Waar zijn de jonge boeren?

Nederland is in het eerste half jaar van 2016 voor de 12e keer voorzitter van de Raad van Ministers van de Europese Unie. Dit biedt kansen voor de landbouw: als EU-voorzitter ben je agendazettend.

Op 11 januari mocht onze kersverse staatssecretaris Martijn Van Dam laten zien welke ambities hij heeft voor het komende halfjaar. In de huidige tijd, met slechte prijzen in de melkveehouderij en de vleesvarkenssector is dit een uitdaging. Want hoe voorkom je dat een sector zich achtergesteld voelt? Of dat landen zich benadeeld voelen doordat hun grootste zorgen niet geagendeerd worden? Van Dam liet met een brede maar ambitieuze agenda zien dat dit te voorkomen valt. Per portefeuille mag iedere vakminister zijn of haar ambities voor het voorzitterschap komen toelichten voor de betreffende commissie van het Europees Parlement, waarna vragen gesteld worden. Begin januari deed Van Dam dit voor de commissie landbouw en plattelandsontwikkeling.

Van Dam begon zijn betoog met een persoonlijke noot. Wanneer hij denkt aan de toekomst van voedsel en landbouw dacht hij aan de volgende generatie en specifiek aan zijn eigen kinderen. Want wat eten zijn kinderen in de toekomst? Hoe staan we ervoor wanneer er in 2050 9 miljard monden te voeden zijn? De staatssecretaris gaf aan niet te denken dat de EU het wereldvoedselprobleem kan oplossen maar dat zij hier wel een grote bijdrage aan kan leveren. Hij heeft dan ook een aardige ambitie: er moet duidelijkheid komen over het kwekersrecht, er moeten betere afspraken worden gemaakt over biologische landbouw, er zal gesproken worden over genetische modificatie en er moet meer gedaan worden tegen voedselverspilling. Hiermee zet hij de lijn die zijn voorganger Sharon Dijksma inzette door.

Ook pleitte Van Dam voor een gezamenlijke aanpak rond het verminderen antibioticagebruik in de veehouderij. Een beetje trots vertelde de staatssecretaris dat Nederland hier de afgelopen jaren ontzettend hard aan heeft gewerkt en het antibioticagebruik met tientallen procenten is afgenomen. Van Dam wil dat landbouw- en volksgezondheidsspecialisten samen om tafel gaan om te besluiten hoe het antibioticagebruik in de veehouderij ook elders in Europa verminderd kan worden. Ik hoop dat er ook elders in de EU echt gehandhaafd gaat worden als het gaat om antibioticagebruik. Om te kunnen concurreren met andere EU-landen zullen er duidelijke afspraken gemaakt moeten worden over vermindering van antibioticagebruik in de veehouderij. Ook sprak de staatssecretaris over de situatie rond de varkens- en melkveehouderij. Hij gaf aan niet meer geld te willen spenderen, ook al zijn de problemen groot. Hij wil inzetten op het aanboren van afzetmarkten in opkomende economieën en daarmee het verkennen van nieuwe exportmogelijkheden.

Al met al, niet verkeerd, de ambities van Van Dam, hoewel we natuurlijk nog moeten zien hoeveel er daadwerkelijk gerealiseerd wordt. Toch miste ik als NAJK-bestuurder de warme woorden voor jonge boeren en tuinders. De staatssecretaris ging niet in op de échte toekomst van de sector, er was geen visie of vergezicht. Er werd zelfs niet gerept over afnemende bodemvruchtbaarheid of stijgende grondprijzen. Een gemiste kans want wij, de jonge boeren en tuinders, gaan in 2050 die miljarden monden voeden.

Iris Bouwers
Dagelijks bestuur NAJK, portefeuille internationaal