NAJK is boos over uitvoering GLB 2025

NAJK heeft kennisgenomen van de Kamerbrief ‘Gecombineerde opgave en aanmelding GLB 2025’, die op 4 juli is gepubliceerd. Uit de brief blijkt dat de voorlopige resultaten laten zien dat het budget voor 2025 voor het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) – voor zowel de basispremie en eco-regeling – met ruim 70 miljoen euro is overschreden. Dit heeft tot gevolg dat de basisinkomenssteun wordt verlaagd naar €158 per hectare. Daarnaast vallen de tarieven voor goud, zilver en brons maximaal 10% lager uit dan de oorspronkelijk gecommuniceerde bedragen van respectievelijk €200, €100 en €60.

NAJK is boos over deze gang van zaken. Herhaaldelijk heeft NAJK het ministerie gewaarschuwd voor het gevaar van de opzet van de huidige regeling en bijbehorende communicatie. Daarbij heeft NAJK ook voorstellen aangedragen om deze situatie te voorkomen. “Jonge boeren en tuinders willen graag bijdragen aan de verduurzaming van de landbouw, maar dit is alleen mogelijk wanneer de overheid zich opstelt als een betrouwbare partner, en vooraf duidelijk is welke waarde wordt toegekend aan de inspanningen die door een boer worden geleverd,”, aldus Gerben Boom, portefeuillehouder internationaal.

Komende week zal het NAJK met het ministerie in gesprek gaan over het vervolg van het huidige GLB-jaar en dat van volgend jaar.

 

Herziening pachtwet: jonge boeren en tuinders wordt langjarig perspectief geboden

Donderdag 3 juli heeft Staatssecretaris Rummenie de Besluitenbrief Pachtherziening gepubliceerd. In deze brief zijn de gemaakte keuzes voor de herziening van de pachtwetgeving bekend gemaakt. Het voorstel van onder andere NAJK en LTO biedt samen met de initiatiefnota van VVD en Groenlinks-PVDA de basis voor de gemaakte keuzes. “Rummenie heeft eerder al laten zien stappen te willen zetten op dit dossier, met deze brief maakt hij dit concreet. De gemaakte keuzes bieden jonge boeren en tuinders echt langjarige zekerheid als het gaat om pachtgronden” aldus Merel Straathof, portefeuillehouder Leefomgeving bij NAJK.

De noodzaak van langjarige pacht

Voor jonge boeren en tuinders is het van belang dat er voldoende toegang is tot pachtgronden met een lange looptijd. Ook moeten er tussen pachter en verpachter prijsafhankelijke afspraken gemaakt kunnen worden over duurzaamheid. Daarnaast is het voor grondmobiliteit belangrijk dat de bedrijfsmatigheidstoets gaat voorkomen dat landbouwgronden niet-agrarisch worden beheerd. In een eerdere reactie maakte NAJK duidelijk waarom het huidige pachtstelsel het in praktijk nagenoeg onmogelijk maakt om duurzaam en langlopend te (ver)pachten. Terwijl jonge boeren langjarige zekerheid zo hard nodig hebben om hun bedrijven te kunnen door ontwikkelen. De genomen besluiten brengen hier verandering in aan en biedt jonge boeren wat ze nodig hebben. Een overzicht van de belangrijkste elementen van het nieuwe pachtstelsel is opgenomen in de tabel onderaan dit persbericht, afkomstig uit de Besluitenbrief pachtherziening.

Nieuwe vormen van pacht

Het nieuwe pachtstelsel vergroot de mogelijkheden voor jonge boeren om langjarig grond te pachten. Zo wordt de looptijd van kortlopende pachtcontracten verruimd naar maximaal 12 jaar. Tegelijkertijd wordt deze vorm van pacht ontmoedigd door een oplopend prijsstelsel, waarbij de regionorm als bovengrens geldt. Dit maakt kortlopende pacht financieel minder aantrekkelijk, maar flexibiliteit blijft behouden. Daar staat tegenover dat voor nieuwe reguliere (langjarige) pachtcontracten de verpachter niet langer gebonden is aan de regionorm. Dit vergroot de prijsvrijheid en maakt het voor grondeigenaren aantrekkelijker om langdurig te verpachten. Ook worden er twee nieuwe pachtvormen toegevoegd. Als eerst duurzaam langlopende pacht, dit biedt de mogelijkheid langjarig (>24 jaar) te verpachten tegen voorwaarden die passen bij de wensen van pachter én verpachter. Als tweede natuurpacht. Deze pachtvorm gaat gelden voor gronden met een natuurbestemming. Door de minimale looptijd van 6 jaar, met de voorwaarde dat beheersafspraken flexibel zijn als dit nodig is voor het natuurdoel, krijgen boeren veel langer zekerheid op het beheer van deze gronden.

Handreiking en convenant

Het ministerie werkt ook aan een handreiking voor, en een convenant met medeoverheden over de inrichting van duurzaam pachtbeleid. Langjarigheid is hierin een belangrijk component. “Overheden dienen het juiste voorbeeld te geven, een convenant met afspraken over langjarige duurzame verpachting van overheidsgronden stemt NAJK dan ook zeer positief”, aldus Straathof.

Vervolg

De keuzes worden tegen het eind van de zomer doorvertaald naar een concreet wetsvoorstel. Als alles spoedig verloopt, kunnen jonge boeren en tuinders vanaf 2028 profiteren van de nieuwe wetgeving. “De komende maanden blijft NAJK zich inzetten voor de puntjes op de i. Op naar een pachtstelsel dat aansluit bij de wensen van pachter en verpachter én bijdraagt aan verduurzaming van de agrarische sector”, aldus Straathof.

Tabel: Pachtvormen op hoofdlijnen

Bron: Besluitenbrief Pachtherziening, LVVN, 3 juli 2025.

Lumpy Skin Disease in Italië en Frankrijk

Op 21 juni is Lumpy Skin Disease (LSD) vastgesteld op een rundveebedrijf op het Italiaanse eiland Sardinië. Afgelopen week werd ook een besmetting ontdekt in Frankrijk, vlakbij de grens met Italië. Dit vraagt om alertheid bij rundveehouders, omdat LSD een meldingsplichtige en bestrijdingsplichtige dierziekte is. In dit bericht leest u meer over LSD.

Wat is LSD?

Lumpy Skin Disease (LSD) is een virale aandoening van runderen. Het meest opvallende symptoom zijn de uitwendig zichtbare bulten verspreid over het lichaam. De ziekte heeft een grote impact op de gezondheid van runderen.

LSD valt onder meldingsplichtige dierziekte

LSD is een meldingsplichtige en bestrijdingsplichtige ziekte volgens de Europese Diergezondheidsverordening, de Animal Health Regulation (AHR). LSD valt onder categorie A-ziekte, wat betekent dat lidstaten verplicht zijn tot bestrijding.

Voor LSD geldt in Nederland een meldplicht bij de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA).

Het zo snel mogelijk melden is van essentieel belang voor het beschermen van de veehouderijsector.

Op dit moment zijn er geen aanwijzingen dat LSD in Nederland voorkomt. Toch is het van belang om alert te blijven op de situatie.

Kijk voor meer informatie over LSD op de site van de gezondheidsdienst voor Dieren (Royal GD) via deze link: Lumpy skin disease .

 

 

Peter Meedendorp herkozen als voorzitter Europese jonge boeren

NAJK-bestuurder Peter Meedendorp is op 2 juli op de algemene ledenvergadering van CEJA, de Europese jonge boeren, opnieuw verkozen als voorzitter. De andere leden van het CEJA-bestuur komen uit Letland, Zweden, Oostenrijk en Italië.

 

NAJK is blij en trots dat Peter, als Nederlandse jonge boer en NAJK-er, zijn voorzitterschap mag voortzetten. De afgelopen twee jaar was de uit Groningen afkomstige akkerbouwer ook al CEJA-voorzitter.

De afgelopen jaren heeft hij samen met zijn team, de Europese jonge boeren al flink op de kaart gezet. Met als belangrijke resultaten de oprichting van een grond-observatorium, de openstelling van de Europese investeringsbank voor jonge boeren en flexibele investeringssteun in het GLB.

Meedendorp: “Ik vind het super om mijn voorzitterschap voort te zetten. Jonge boeren in Europa vragen om continuïteit en daadkracht in een tijd vol onzekerheden en daar ga ik me dus volop voor inzetten!”

De komende periode richten CEJA en NAJK zich op het vergemakkelijken van EU-wetgeving, de positie van jonge boeren in het nieuwe GLB en op de aangekondigde strategie voor generatievernieuwing en bedrijfsovername.

NAJK vindt sterke vertegenwoordiging van jonge boeren op Europees niveau van groot belang. CEJA speelt hierin een cruciale rol, juist in een tijd waarin het Europees landbouwbeleid voor ingrijpende veranderingen staat.

Lees hier het officiële nieuwsbericht van CEJA over de herbenoeming van Peter Meedendorp: https://www.ceja.eu/press-releases/2020

 

NAJK beoordeelt initiatiefwet Holman op belangen jonge boeren

NAJK heeft kennisgenomen van de plannen van NSC-Kamerlid Harm Holman om eind deze zomer een initiatiefwetsvoorstel over grondgebondenheid te presenteren. De inhoud van het voorstel wordt na publicatie zorgvuldig bestudeerd, waarna NAJK via de reguliere consultatieroute met een formele reactie zal komen.

Politieke context

Hoewel het Kabinet demissionair is en de verkiezingen naderen, heeft minister Wiersma toegezegd om zeer binnenkort met een eerste uitwerking van grondgebondenheid te komen. Daarnaast heeft het Kabinet nog altijd de afspraak met de Europese Commissie om in 2032 een vorm van grondgebondenheid te realiseren vanuit het Addendum, 7e Actieprogramma Nitraatrichtlijn.

We zien dat het thema grondgebondenheid inmiddels politieke aandacht heeft gekregen en brede steun krijgt bij maatschappelijke organisaties. Tegelijkertijd ontbreekt het nog aan een concrete invulling. Indien er een brede Kamermeerderheid is, richt NAJK zich met name op een uitwerking die werkbaar is voor jonge boeren, met oog voor regionale verschillen en ontwikkelruimte voor agrarisch ondernemerschap.

Criteria van jonge boeren

Bij het beoordelen van onze inhoudelijke reactie toetsen wij het voorstel aan drie kernvragen:

  1. Is het voorstel uitvoerbaar voor jonge boeren?
  1. Worden jonge boeren voldoende ondersteund?
  1. Draagt het voorstel bij aan langetermijnperspectief voor jonge agrarische ondernemers?

Convenant ‘stappen naar een dierwaardige veehouderij’ richting 2040 getekend

Dinsdag 24 juni is het convenant ’Stappen naar een dierwaardige veehouderij’ gezamenlijk getekend door minister Wiersma (ministerie Landbouw Visserij Voedselzekerheid en Natuur (LVVN)), Sectorpartijnen, markt-en ketenpartijen en maatschappelijke partijen. Sinds september 2022 is door alle partijen hard gewerkt aan een gezamenlijk convenant met doelen om de dierwaardigheid richting 2040 te verhogen. Veehouders kunnen dit niet alleen realiseren, de hele keten, van boer tot consument, is hiervoor verantwoordelijk. ‘”Het convenant straalt verbondenheid uit,” aldus Wendy Kicken, Dagelijks Bestuurder NAJK. “De brede samenwerking toont aan dat dit een gedragen onderwerp is binnen de keten.”

De basis van het convenant is terug te herleiden naar de 6 leidende principes die de Raad voor Dieraangelegenheden (RDA) opstelde in 2021. Vanuit deze basis zijn afgesproken ambities tussen betrokken partijen opgesteld. Hierbij staan realistische en verantwoorde stappen centraal tussen sectorpartijen, markt- en ketenpartijen en maatschappelijke partijen.  Met het convenant wordt er gewerkt aan doelen richting 2040, waarbij de stappen altijd moeten blijven aansluiten bij de integrale opgaves, verdienvermogen, afzetmarkt en vergunningverlening. Zonder deze voorwaarden kunnen we geen stappen zetten. Samenwerking is cruciaal, want de boer is niet gehouden aan het onmogelijke,” aldus Wendy Kicken, Dagelijks Bestuurder NAJK. Daarom wordt de Autoriteit Dierwaardige Veehouderij opgericht.

Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB)

Naast het convenant ‘’Stappen naar een dierwaardige veehouderij’’ is ook het ontwerp- Algemeen Maatregel van Bestuur (AMvB) gepubliceerd en ter consultatie voorgelegd aan de samenleving. Vanaf publicatie is het mogelijk om zes weken input te leveren door iedereen. Het convenant en het ontwerp- AMvB hangen nauw samen. De AMvB, opgesteld door de overheid, bevat wet- en regelgeving voor veehouders, terwijl het convenant bovenwettelijke afspraken vastlegt. “De AMvB vormt de basis, en binnen het convenant zetten partijen samen verdere stappen naar dierwaardigheid,” aldus Ruben Klein Teeselink, Dagelijks Bestuurder NAJK. Het convenant, AMvB en de Autoriteit Dierwaardige Veehouderij zijn onlosmakelijk verbonden.

Autoriteit Dierwaardige Veehouderij

De nieuw op te richten ‘’Autoriteit Dierwaardige Veehouderij’’ meet, monitort en rapporteert de voortgang op de gezamenlijke doelen van de convenantspartijen. ‘’De autoriteit moet transparant en objectief oordelen over de status van bepaalde afspraken die door convenantspartijen zijn gemaakt. “De autoriteit fungeert als een gas- of rempedaal, afhankelijk van de ontwikkelingen,” aldus Wendy Kicken, NAJK Dagelijks Bestuurder. Ze onderzoekt financierbaarheid, marktopname, vergunningen en de voortgang in de primaire sectoren. Daarnaast adviseert ze over de inwerkingtreding van de AMvB en waarborgt dat wettelijke maatregelen verantwoord worden ingevoerd. Indien nodig kan de inwerkingtreding worden uitgesteld.

Perspectief jonge boer

Door het convenant, opgesteld met het Ministerie Wiersma (ministerie LVVN), sectorpartijen, markt- en ketenpartijen en maatschappelijke partijen krijgen jonge boeren meer zekerheid en duidelijkheid over de stappen richting 2040 betreft dierwelzijn. Door de gezamenlijk stappen, ziet de politiek dat deze afspraken samen verder komen, dan enkel wet- en regelgeving . “Met het convenant, AMvB en de Autoriteit Dierwaardige Veehouderij zetten we gezamenlijk verantwoorde stappen, zonder het onmogelijke te vragen. Nu het convenant is gesloten, begint de uitvoering en start voor ons het echte werk’’, sluit Wendy Kicken, Dagelijks Bestuurder NAJK vastbesloten af.

NAJK deelt inbreng voor debatten over stikstof, mest en controversieel verklaren onderwerpen

Op woensdag 18 juni bespreekt de Tweede Kamer of bepaalde landbouwdossiers al dan niet controversieel worden verklaard. In aanloop naar dit debat heeft NAJK samen met LTO een duidelijke boodschap afgegeven aan de Kamerleden: stel cruciale landbouwonderwerpen zoals stikstof, mest, dierwaardige veehouderij en pachtwetgeving níet uit.

De agrarische sector verkeert in grote onzekerheid sinds de val van het kabinet. Juist nu is het belangrijk om door te pakken op dossiers die al in gang zijn gezet. Vertraging is niet in het belang van Nederland en al helemaal niet van de Nederlandse land- en tuinbouw.

Belangrijke punten uit onze inbreng:

  1. Het startpakket op het stikstofdossier had onlangs groen licht gekregen van de Tweede Kamer en kan niet langer wachten. Nog dit jaar moet de spoedwetgeving aangeboden worden om de KDW uit de wet te halen. Emissiereductiedoelen in te voeren en uit te werken middels doelsturing. Een legalisatieprogramma te ontwikkelen voor PAS-melders en interimmers met een hedendaags referentiemoment. En de rekenkundige ondergrens juridisch te introduceren.
  2. Het Convenant Dierwaardige Veehouderij stond op het punt om afgerond te worden na een intensief proces. Met meer duidelijkheid over de algemene maatregelen van bestuur (AMvB) waarin wordt beschreven hoe een dierwaardige veehouderij er in 2040 uit moet zien. De behandeling van de AMvB moet doorgang vinden, zodat de invoeringsdatum van 1 juli gehaald kan worden en daarmee de benodigde duidelijkheid wordt gegeven.
  3. De omslag naar doelsturing is ingezet, onder meer met het 8e actieprogramma Nitraatrichtlijn. Deze verschuiving biedt boeren en tuinders ruimte om acties te ondernemen die het beste bij hun bedrijfsvoering passen, met als doel een nog verdere verbetering van de waterkwaliteit in Nederland op een manier die beter aansluit bij de praktijk. Hiervoor is het noodzakelijk dat het begrote budget hiervoor in de voorjaarsnota doorgang krijgt.
  4. Ook de pachtwetgeving stond in de startblokken, nadat er brede politieke steun was voor de ingeslagen koers. Na jarenlange vertraging is het van belang nog dit jaar de huidige pachtwetgeving te vervangen. Deze wetgeving sluit onvoldoende aan bij de praktijk en de transitieopgaven die er liggen voor het landelijk gebied. Een nieuwe pachtwet is cruciaal om jonge boeren toekomst te bieden en duurzaam grondgebruik te stimuleren.
    Door het wegvallen van de derogatie is er een groot mestprobleem ontstaan. Dat raakt de melkveehouderij enorm. De sector wil graag een generieke korting voorkomen. Daarom zijn NAJK en LTO in samenwerking met andere sectorpartijen en het bedrijfsleven met een extensiveringsregeling gekomen die de minister heeft begroot in de voorjaarsnota. Boeren en bedrijfsleven staan klaar om deze regeling tot een succes te maken, maar dan moet de regeling wel doorgang vinden met bijbehorend budget.
    De Europese discussie rondom het toekomstige Gemeenschappelijke Landbouwbeleid (GLB) en het Meerjarig Financieel Kader (MFK) loopt door. In de komende maanden worden de voorstellen voor zowel het GLB alsook het MFK verwacht. Deze hebben in potentie een grote impact op de Nederlandse landbouw voor de komende jaren. Nederland zal zich daartoe moeten verhouden door kleur te bekennen en een actieve rol op EU niveau te spelen. NAJK en LTO roepen daarom op om specifiek op het GLB en het MFK met duidelijke en door de Tweede Kamer gedragen Nederlandse standpunten te blijven werken. Alleen op die manier kunnen de belangen van de Nederlandse landbouw in Europa ook in de komende maanden behartigd blijven worden.
    Daarnaast vraagt NAJK aandacht voor drie grote knelpunten binnen het stikstofdossier:
    Geen oplossing voor PAS-melders en interimmers zonder NB-vergunning;
    Een onbetrouwbaar systeem voor vergunningverlening;
    Gebrek aan structureel beleid en uitvoeringskracht voor zowel stoppers als doorgroeiers.

Lees hier onze volledige inbreng omtrent beide debatten (‘Groslijst controversieel verklaren’ en ‘Stikstof en mestbeleid’) of lees hier onze volledig onderbouwing voor het stikstofdebat.

Puinhoop is compleet voor jonge boeren en tuinders

Vanochtend is duidelijk geworden dat de PVV uit het kabinet is gestapt. Daarmee is het huidige kabinet, bestaande uit PVV, VVD, NSC en BBB gevallen. Dit betekent dat er voor jonge boeren en tuinders nog steeds onduidelijkheid blijft. “Jonge boeren en tuinders staan na zes jaar stilstand nog steeds met lege handen. De puinhoop is compleet”, aldus Roy Meijer, voorzitter NAJK.

Opnieuw is gebleken dat de politiek vooral met zichzelf bezig is, en niet met de uitdagingen waar dit land voor staat. NAJK vindt dit onverantwoord. Jonge boeren en tuinders weten nog steeds niet waarin ze moeten investeren, aan welke regels ze moeten voldoen, op welke juridische zekerheid zij kunnen bouwen, en hoe zij hun bedrijf moeten inrichten om te kunnen verduurzamen en verder te ontwikkelen. “We kunnen onze sector niet klaarmaken voor de toekomst, omdat we nog steeds geen stikstofvergunningen hebben gekregen en helderheid over de doelstellingen per bedrijf die we moeten behalen.”, stelt Meijer.

Jonge boeren en tuinders willen werken aan een toekomst die past bij de samenleving. Dat kunnen we alleen als we weten wat die samenleving wil en waar we aan toe zijn. Daarvoor zijn snel verkiezingen nodig, een nieuw kabinet en vervolgens bestendig beleid. “We moeten weer gaan bouwen.”, besluit Meijer.

STIKSTOF: Coalitiepartijen moeten verantwoordelijkheid nemen voor vlot trekken stikstofdossier!

Vandaag heeft de ministeriële commissie Economie en Natuurherstel (MCE&N) haar contourenbrief gepresenteerd waarin de basis is gelegd over hoe dit kabinet het stikstofdossier wil vlottrekken. Volgens NAJK is die basis gelukt, maar ontbreekt er nog altijd een langjarig programma waarin legalisering, vergunningverlening en emissiereductie samen komen. Dit komt volgens kabinet door het ontbreken van een langjarig budget in de Voorjaarsnota. “Beseffen de coalitiepartijen zich dat zonder langjarig budget er geen langjarig programma gemaakt kan worden die legaliseert, nieuwe projecten vergund en emissiereductie mogelijk maakt.”, aldus Roy Meijer voorzitter NAJK.

In december vorig jaar deed de rechter uitspraken in de zaken Amercentrale en Rendac. Sindsdien is het intern salderen niet langer vergunningsvrij en zit Nederland volledig op slot. De MCE&N werd opgericht en de afgelopen maanden heeft NAJK zich hard gemaakt voor een volwaardige oplossing voor het stikstofdossier waarin we al sinds 2019 verzeild zijn geraakt. Als we Nederland van het slot willen krijgen is een totaaloplossing nodig. NAJK is vanaf dag één helder geweest: los het op met daadkracht en geef duidelijkheid over welk opties jonge boeren en tuinders hebben ook als is de boodschap niet altijd prettig is. Jonge boeren en tuinders willen hun schouders onder grote opgaves zetten, maar die inspanning moeten dan ook daadwerkelijk ergens toe leiden.

Een startpakket; een gebrek aan concreetheid en middelen

De brief die de minister van LVVN vandaag naar de Tweede Kamer stuurde betreft een zogenoemd startpakket. De landbouw moet een emissiereductie realiseren van 42% tot 46%. Deze reductie moet op bedrijfsniveau worden behaald via doelsturing. De doelstelling wordt naar beneden bijgesteld door het aandeel stoppende bedrijven, de autonome daling. Daarnaast komt er een regionale maatwerkaanpak rondom De Veluwe en De Peel. Hiervoor is 600 miljoen euro gereserveerd in de Voorjaarsnota. Daarnaast zet het kabinet 1,6 miljard euro in wat voortkomt uit het budget van in totaal 5 miljard uit het Hoofdlijnenakkoord. Dit budget wordt gebruikt voor vrijwillige opkoop, tijdelijke extensivering van de melkveehouderij en doelsturing. Door het ontbreken van langjarige financiering, kan er nog geen langjarige totaaloplossing ontwikkeld worden door het kabinet. Zowel de totaaloplossing als het bijbehorende budget worden door het kabinet pas na de zomer verwacht. “De grote vraag voor ons is of het kabinet dan wel genoeg middelen krijgt van de coalitiefracties in de Tweede Kamer. Zo niet, dan strand deze poging mogelijk ook.”, aldus Meijer.

Conclusie

De eerst stappen zijn gezet, maar er is zeker geen sprake van een totaaloplossing. Er is werk aan de winkel voor het kabinet en de coalitiepartijen in de Tweede Kamer om eind augustus wel met zowel budget als een totaaloplossing te komen. “Zo niet, dan helpen we dit land en onze sector economisch om zeep en dat is onverantwoord”, stelt Meijer. NAJK zal daarom de komende maanden volop in gesprek gaan met de MCE&N.

Verdieping

Waar toetst NAJK het plan van de MCE&N op?

NAJK vindt een totaaltoplossing pas geslaagd als er een positief antwoord gegeven kan worden op de onderstaande vragen:

  1. Krijgen PAS-melders en interimmers een onherroepelijke natuurbeschermingswetvergunning (NB-vergunning)?
  2. Komt er een betrouwbaar, voorspelbaar en snel afwikkelend NB-vergunningensystematiek?
  3. Komt er structuurbeleid met uitvoeringskracht waarin boeren die vrijwillig willen stoppen en boeren die willen doorgaan financieel, fiscaal en ruimtelijke ordening technisch worden ondersteund?
PAS-melders en Interimmers

NAJK ziet op dit vlak zowel negatieve en als positieve punten. NAJK is negatief over het feit dat interimmers niet benoemd worden in de brief. “Deze groep ondernemers wordt stelselmatig door dit kabinet vergeten en dat is triest.”, aldus Meijer. Tevens is er geen duidelijke oplossingsrichting geformuleerd voor de legalisatie van PAS-melders en interimmers. NAJK is zeer bezorgd over wat dit betekent voor de handhavingszaken die nu lopen bij onder andere PAS-melders. NAJK hoopt op een snelle invoering van een rekenkundige ondergrens die genoeg onderbouwing biedt om handhaving tegen te gaan. NAJK vraagt zich af of de rekenkundige ondergrens ook een onherroepelijke NB-vergunning oplevert voor PAS-melders en interimmers. “Een onherroepelijke NB-vergunning geeft zekerheid die deze groep verdient.”, zegt Meijer.

Positief is wel dat het kabinet de gehele vergunningensystematiek wil herzien. “Dat biedt aanknopingspunten voor nieuwe legalisatiemethoden voor PAS-melders en interimmers. Voor NAJK is die oplossing een nieuwe hedendaagse referentiedatum voor zij die geen NB-vergunning hebben in combinatie met stikstofemissie reductie doelen voor de sector.”, stelt Meijer. NAJK zal hierover met de MCE&N verder in gesprek gaan.

Is er een betrouwbaar, voorspelbaar en snel afwikkelende vergunningensystematiek?

NAJK ziet dat het kabinet stappen heeft gezet in de juiste richting. Zo wordt er gewerkt aan een rekenkundige ondergrens die deposities tot 1 mol vrijstelt van vergunningsplicht, een alternatief voor de KDW in de wet en de huidige systematiek van vergunningverlening wordt op de (middel) lange termijn herzien. Daarnaast wil het kabinet werken aan zogenaamde significantiestroken van 250 meter rondom stikstofgevoelige hexagonen in Natura2000gebieden waarin alle sectoren op gebiedsniveau emissies dienen te reduceren. Het kabinet wil dit concreet uitwerken rondom twee gebieden: De Peel en de Veluwe. Dit in combinatie met het invoeren van doelsturing waarin zij die al stappen hebben gezet worden beloond. Een aanpak die in de basis goed aansluit op de inzet van NAJK.

Een stuk kritischer is NAJK op de vraag of dit voldoende is om te voldoen aan het aditionaliteitsbeginsel waarin aangetoond moet worden welke maatregelen er getroffen worden om verslechtering van de natuur tegen te gaan. Als de overheid dit niet goed onderbouwd, kan niemand intern of extern salderen. De landsadvocaat zegt hierover: “Zonder gebiedsgerichte doorrekening van de effecten en zonder bedoelde aanvullende gebiedspecifieke bronmaatregelen en natuur(herstel)maatregelen, inclusief tijdige uitvoering en goede borging, is geen sprake van het door u gewenste perspectief op juridisch houdbare vergunningverlening.” Aangezien deze doorrekeningen niet meegestuurd zijn, is het onduidelijk of deze maatregelen voldoende zijn om te voldoen aan het additionaliteitsbeginsel.

NAJK is dan ook sceptisch of deze maatregelen een betrouwbaar, voorspelbaar en snel afwikkelend vergunningensystematiek opleveren. “Zo lang niet wordt voldoen aan het additionaliteitsbeginsel blijft vergunningverlening juridisch onmogelijk. Legalisering, verduurzaming, emissiereductie, bedrijfsontwikkeling en bedrijfsovernames staan hierdoor nog altijd op de tocht.”, aldus Meijer.

Wel of geen structuurbeleid met uitvoeringskracht

NAJK is van mening dat geborgde emissiereductie door alle sectoren, maar ook het beheren van gronden met bijvoorbeeld agrarisch natuurbeheer in een directe strook om het Natura2000gebieden het meeste effect hebben op het verbeteren van de natuur. Daarom begrijpt NAJK de aanpak van dit kabinet als het gaat om het aanleggen van stroken rondom stikstofgevoelige hexagonen. NAJK vindt wel dat jonge boeren in deze stroken gelijk boter bij de vis moeten krijgen. “Je moet als jonge boer kunnen schakelen. Wat mijn mogelijkheden zijn? Welke keuzes moet ik hiervoor maken? Wat heb ik hiervoor nodig? Wie helpt mij hierbij? Pas dan krijg je beweging.”, aldus Meijer. Die duidelijkheid ontbreekt volgens NAJK.

Daarom moet voor bedrijven in de stroken van 250 meter rondom Natura2000gebieden De Peel en de Veluwe zo snel mogelijk duidelijk worden wat ze moeten doen en hoe de overheid hen hierbij ondersteunt. Denk aan het mogelijkheden voor verplaatsing buiten de zone, hulp bij extensiveren, hulp bij innoveren of hulp bij vrijwillig bedrijfsbeëindiging. NAJK gaat hierover in gesprek met zowel haar afdelingen rondom de Peel als rondom de Veluwe, zodat zij met die input naar de MCE&N kan.

NAJK is wel blij dat uitvoeringskracht mogelijk via nieuwe publiek-private samenwerkingsvormen een aandachtspunt is voor de MCE&N. Volgens NAJK zijn vernieuwde vormen van productschappen of een dienst landelijk gebied zeer gewenst.

Extensiveringsregeling

Het kabinet geeft in de Kamerbrief weer dat zij werkt aan een tijdelijke, vrijwillige extensiveringsregeling voor de melkveehouderij. NAJK is zeer verheugd om te zien dat hier een substantieel bedrag van €627 miljoen voor beschikbaar is gemaakt (2025-2029). NAJK pleit al geruime tijd voor deze vrijwillige extensiveringsregeling die voor verlichting van de mestmarkt kan zorgen. “Deze vrijwillige extensiveringsregeling is één van de weinige maatregelen die oplossing bied aan meerdere uitdagingen. De vrijwillige extensiveringsregeling kan een aanzienlijk positieve impact maken op de gespannen mestmarkt. Nog belangrijker is de rol die deze regeling kan hebben in het voorkomen van een generieke korting. Bijvangst is dat deze regeling ook een positief effect heeft op emissiereductie van stikstof en broeikasgassen.” aldus Ruben Klein Teeselink, portefeuillehouder melkveehouderij bij NAJK. Vooruitlopend op conclusies over de impact is het essentieel om de exacte invulling van de vrijwillige extensiveringsregeling te weten. Dat de regeling vrijwillig is en melkveehouders er zelf de keuze voor kunnen maken is in elk geval positief.

NAJK steunt koers naar doelsturing in 8e Actieprogramma Nitraatrichtlijn

Op vrijdag 11 april publiceerde minister Wiersma een Kamerbrief over de contouren van het 8e Actieprogramma Nitraatrichtlijn (APN). In deze brief aan de Tweede Kamer schetst de minister een koerswijziging waarbij maatwerk en doelsturing centraal staan. Een noodzakelijke stap richting het verbeteren van de waterkwaliteit en het versterken van het ondernemerschap in de landbouw. “De koers die nu wordt geschetst biedt kansen om met vakmanschap middels doelsturing zélf te werken aan de waterkwaliteit als ondernemer. De komende maanden zijn cruciaal om dit verder in te vullen.” aldus Hilde Coolman Portefeuillehouder Akkerbouw.

Doelsturing

NAJK is positief over het voorgenomen ingroeipad naar doelsturing. Daar pleiten wij al langer voor: doelsturing geeft ondernemers keuzevrijheid bij het nemen van maatregelen om de waterkwaliteit te verbeteren. Zij kunnen dan zelf bepalen welke maatregel het meest effectief is binnen hun bedrijfsvoering én op het juiste moment en de juiste plaats wordt toegepast. Daarmee vormt doelsturing de basis voor de omslag van generiek beleid naar vakmanschap en eigen verantwoordelijkheid van de ondernemer.

Een effectieve, uitvoerbare en haalbare uitwerking is echter van essentieel belang. Daarbij valt of staat het plan bij de ontheffingen die verleend kunnen worden bij goede resultaten. Het is echter ook van belang om een doelstelling per grondsoort vast te stellen, metingen uit te voeren volgens een geborgd protocol en om te voorzien in kennis, inzicht en instrumenten om het doel te halen.

NAJK is onderdeel van een consortium dat de komende maanden samen met het ministerie werkt aan de verdere uitwerking van dit traject. Wij zijn gemotiveerd om die handschoen op te pakken.

Aanvullende maatregelen

Voor gebieden waar de waterkwaliteitsdoelen nog niet worden gehaald, zijn aanvullende maatregelen aangekondigd. NAJK volgt met belangstelling de doorrekeningen die moeten aantonen wat deze maatregelen bijdragen aan de waterkwaliteit, maar ook wat hun impact is op de bedrijfsvoering en economie van boerenbedrijven.

“Ik begrijp heel goed dat de voorgestelde maatregelen forse gevolgen zullen hebben in die gebieden. Dat benadrukt nogmaals het belang van een snelle, zorgvuldige invoering van doelsturing, zodat ondernemers die goed presteren vrijstelling van aanvullende maatregelen kunnen krijgen.” – aldus Hilde Coolman, portefeuillehouder akkerbouw.

Lokaal doen wat lokaal kan

In de Kamerbrief wordt verwezen naar de ‘restopgave’ die mogelijk in sommige gebieden overblijft. Regionale overheden krijgen een rol bij het nemen van eventuele aanvullende maatregelen. Het is logisch dat (mede)verantwoordelijkheid in het gebied wordt gelegd en dat er aansluiting wordt gezocht bij andere trajecten.

Tegelijkertijd onderstrepen wij het belang van duidelijke landelijke kaders. Waar komt welke beslissingsbevoegdheid te liggen? Wie is het aanspreekpunt voor overleg? Zonder heldere afspraken dreigt versnippering van verantwoordelijkheden en onduidelijkheid over uitvoering. Dit kan leiden tot willekeur en verminderde slagkracht in het gebied. NAJK denkt graag mee over een goede inrichting van dit proces.