Toegang tot land

Column 1/3 | Ondersteuning jonge boeren

Er is een top 3 van zaken waar jonge ondernemers behoefte aan hebben: 1) toegang tot land; 2) toegang tot kapitaal en 3) kennisontwikkeling. In deze eerste column van de reeks ga ik in op toegang tot land.

Startende jonge boeren ervaren de beschikbaarheid van grond als grootste drempel om te starten. Het begint al voor de bedrijfsovername. Grond maal € 64.000,- per hectare drukt hard op de balans. Een bedrijf overnemen vraagt om veel kapitaal. Laat staan wanneer je extra hectares bij wilt kopen. Een externe verkoper zal wellicht minder vriendelijk zijn in het vaststellen van de hectareprijs dan je eigen ouders. Maar grond is wel nodig. De maatschappij stuurt immers naar een meer extensieve manier van landbouwbedrijven of naar meer weidegang. Als jonge ondernemers geen grond kunnen kopen, blijven de mogelijkheden van pachten of huren over. Het liefst tegen een prijs waarmee er nog een inkomen overblijft.

Namens NAJK mag ik in gesprek met verpachters en organisaties die verpachters vertegenwoordigen. Wat opvalt is het grote onrecht dat verpachters zich aangedaan voelen. Ze kopen dure grond, drukken de grondprijzen omhoog, klagen dat ze daarom veel vermogensrendementsheffing moeten betalen (1,2% x € 64.000,- is € 768,-) en dat er daarom weinig overblijft van de pacht die ze ontvangen. Als ‘wij’ ze helpen de vermogensrendementsheffing te verlagen willen ‘zij’ genoegen nemen met een lagere pachtsom. De omgedraaide wereld. De prijs van grond staat volledig los van de pachtprijs die een landbouwer kan betalen. Dat is het niveau waar de pachtprijs bij een schaarse grondmarkt naar toe beweegt en overstijgt. Het zou veel beter zijn de vermogensrendementsheffing op landbouwgrond fors te verhogen. Zo wordt het kopen van landbouwgrond door particulieren minder aantrekkelijk. Dan verliest de grote ballon op de grondmarkt wat lucht en dalen de grondprijzen tot een lager niveau. Door de lagere waarde hoeft de particulier ook nog eens over een lager bedrag vermogensbelasting te betalen (al bevind ik mij met die laatste zin op hetzelfde niveau als verpachters).

Waar het mij om gaat is dat uitmelkerij van grond niet meer van deze tijd is. Iedere landbouwer wil investeren in goede grondkwaliteit, met een vruchtbare bodem, hoge organische stof, veel waterbergend vermogen en weinig uitspoeling van mineralen. Echter, bij hoge pachtprijzen is er op korte termijn maar één manier om de pacht rendabel te maken. Dat zijn hoog intensieve en risicovolle teelten, met als gevolg een hoge belasting op de grond. Ten eerste is het voor jonge boeren zonder veel extra kapitaal niet mogelijk met zulke hoogrenderende intensieve teelten te starten en ten tweede moeten ze dit niet eens willen als de grond vervolgens geen tijd krijgt te herstellen. Misschien geluk bij een ongeluk, dat je een opstart van een bedrijf zonder zekerheden niet eens gefinancierd krijgt.

Ik was blij met de instemming van alle pachtpartijen dat er flankerend beleid moet komen om toegang tot pachtgrond door jonge boeren te bevorderen. Ik vind het jammer dat verpachters de insteek hebben dat hun vermogensbelasting op alle gronden, zowel kort als langdurig verpacht, zo laag mogelijk moet zijn. Dat doet geen recht aan de wens van de maatschappij om op een volhoudbare wijze landbouw te bedrijven. Ik pleit voor het verder verlagen van belasting voor verpachters die grond in reguliere pacht uitgeven, bij voorkeur aan jonge landbouwers en starters, en verder verhogen van belastingen voor degenen die enkel kort verpachten en door de hoofdprijs te vragen de grond uitmelken. Voor de belastingdienst maakt het per saldo niet uit. De (jonge) boer heeft langdurig zekerheid over de grond en kan erop financieren en investeren, de verpachter wordt fiscaal beloond wanneer hij zijn grond op een verantwoorde wijze uit gebruik geeft en het klimaat plukt de vruchten van een beter bodembeheer. Hoog tijd om te denken in het belang van het klimaat en de jonge boer.


Sander Thus

Binnen het dagelijks bestuur van NAJK is Sander Thus verantwoordelijk voor de portefeuille bedrijfsovername. Dit combineert hij met zijn werk op het vleesvarkens- en akkerbouwbedrijf in Wehl.