Wat te doen met 75 miljoen?

Jonge agrariërs en het ministerie van LNV denken samen na over de invulling van het bedrijfsovernamefonds

Bedrijfsovername van agrarische familiebedrijven is een zorgpunt van het kabinet. In het regeerakkoord werd dit bevestigd met het bedrijfsovernamefonds voor jonge boeren en tuinders, ter waarde van 75 miljoen euro. Tijdens de inspiratiedag ter ere van het 40-jarig jubileum van NAJK sprak minister Carola Schouten vele jonge boeren en tuinders toe. Ze bekrachtigde de toezegging van het bedrijfsovernamefonds in het regeerakkoord. Nu is het tijd voor de invulling hiervan. Geen woorden maar daden, aldus minister Schouten.

Er staan twee dingen vast: kabinet Rutte III, bestaande uit de VVD, CDA, D66 en de Christen Unie, gaat overname van agrarische familiebedrijven ondersteunen én hiervoor is een bedrag van 75 miljoen euro beschikbaar. De invulling hiervan ligt helemaal open. Minister Schouten wilde graag kennismaken met jonge boeren en tuinders. NAJK verzamelde twaalf jonge boeren en tuinders met ieder zijn of haar achtergrond. Zij konden hun ervaring delen met de minister. Het gesprek, voorafgaand aan de inspiratiedag van NAJK op 2 december, heeft indruk gemaakt op de minister. Ook de betrokkenheid van de minister heeft indruk gemaakt op de aanwezige jonge boeren en tuinders.

Inventarisatie wensen

De wens van de minister is dat het fonds ontwikkeld wordt met hulp van jonge agrarische ondernemers. Omdat de bedrijfsovernameproblematiek heel divers is en geen enkele bedrijfsovername gelijk is, hebben NAJK en het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) besloten gezamenlijk het land in te gaan. In december 2017 startte NAJK de inventarisatieronde. Op diverse provinciale en lokale bijeenkomsten van AJK’s spraken ook ambtenaren van het ministerie met jonge ondernemers. Het ging veelal over de problemen die jonge boeren en tuinders ondervinden wanneer zij een bedrijfsovername willen doen en over een effectieve besteding van het bedrijfsovernamefonds.

Het ministerie gaf aan te willen weten tegen welke obstakels jonge boeren en tuinders aan lopen bij bedrijfsovername. NAJK ging in op de praktische oplossingen waar het ministerie mee moet komen om hen te helpen. Het ministerie gaf aan dat het fonds is bedoeld voor jonge boeren en tuinders én voor opvolgers én zelfstandige starters. De inventarisatieronde leverde goede gesprekken en relevante informatie op.

NAJK heeft standpunten ingenomen over de besteding van de 75 miljoen, zie kader. Jonge boeren en tuinders hebben drie behoeftes:

  1. Toegang tot grond
  2. Toegang tot kapitaal
  3. Toegang tot kennis

De behoefte ‘toegang tot grond’ hoort volgens NAJK thuis in de pachtwetgeving en het GLB. Het bedrijfsovernamefonds richt zich daarom op de behoeften ‘toegang tot kapitaal en kennis/begeleiding’.

Standpunt NAJK

NAJK wil dat bedrijfsovernames vaker slagen en niet langer uitgesteld worden omdat er sociaal of financieel geen mogelijkheden gezien worden. Het bedrijfsovernamefonds moet zich daarom enerzijds op de begeleiding rondom bedrijfsovername en de toekomstplannen van opvolgers en starters richten, anderzijds op de financiële uitdagingen rondom bedrijfsovername.

NAJK heeft over het bedrijfsovernamefonds de volgende standpunten gevormd:

  • De maatregelen uit het bedrijfsovernamefonds moeten gericht worden op alle sectoren in de land- en tuinbouw, voor zowel starters als bedrijfsopvolgers tot en met 40 jaar.
  • 20% van het budget moet benut worden voor kennisontwikkeling rondom bedrijfsovername.
    • Bedoeld ter voorbereiding op de bedrijfsovername.
    • Voor iedereen beschikbaar, ook voor partners van bedrijfsopvolgers.
    • Beschikbaar voor begeleiding/coaching, bedrijfsovernamecursussen en het schrijven van een ondernemersplan.
    • Bij activiteiten wordt ook een eigen bijdrage van de deelnemers gevraagd.
  • 80% van het budget moet benut worden voor toegang tot kapitaal en lagere lasten na bedrijfsovername.
    • Voorwaarde hiervoor is dat men iets aan cursussen heeft gedaan of een deel van een ondernemersplan heeft geschreven.
    • Het is bedoeld om te ondersteunen bij overname en moet geen tweede JOLA worden.
    • Bedoeld voor de overname zelf, om het makkelijker te laten verlopen, mogelijk te maken en te vervroegen. Hierdoor zal de sector verjongen: jonge ondernemers vol passie stappen de land- en tuinbouw in.

Een goede besteding

De eerste opmerking van de jonge boeren en tuinders is dat bedrijfsovername te duur is waardoor de overname uitgesteld wordt. Na doorvragen blijkt hier vaak meer achter te zitten. Essentieel bij een proces van bedrijfsovername is een goede samenwerking tussen opvolgers, overdragers en overige betrokken partijen zoals familieleden. De financiële mogelijkheden zijn daarna (last, but not least) van belang. Het sociale aspect van bedrijfsovername wordt niet altijd als eerst benoemd. Dit is wel een essentieel aspect van bedrijfsovername.

Kortom ook jonge ondernemers geven twee belangrijke aspecten van bedrijfsovername aan:

  1. Begeleiding van bedrijfsovername
  2. Financiële (on)mogelijkheden

Volgens NAJK moet voor een goede besteding van het budget 20% naar ondersteuning en begeleiding en 80% naar financiering.

Begeleiding van bedrijfsovername

In de begeleiding van bedrijfsovername kwam tijdens de inventarisatieronde dat communicatie rondom de bedrijfsopvolging en de ontwikkeling van het ondernemerschap nodig zijn.

  • Communicatie rondom de bedrijfsopvolging
    NAJK vindt dat het aanbod van begeleiding bij bedrijfsovername bedrijfsspecifiek en persoonsgericht moet zijn. Een goede bedrijfsovernamebegeleiding is een combinatie van onderwijs op school en cursusaanbod, passend bij de situatie van de ondernemer en individuele coaching, waar nodig.
  • Ontwikkeling van het ondernemerschap
    Jonge ondernemers hebben handvatten nodig om hun ondernemerschap te ontwikkelen. Daarbij dienen ook de maatschappelijke wensen in acht genomen te worden. Daarnaast is het schrijven van een ondernemersplan essentieel om het starten of overnemen van een bedrijf richting te geven.

In de gesprekken gaven jonge boeren en tuinders aan dat hun ouders het vaak lastig vinden om het bedrijf los te laten. Zowel opvolgers als ouders zitten met vraagstukken als: hoe om te gaan met broers/zussen die het bedrijf niet overnemen? De één heeft behoefte aan handvatten zoals cursussen of sparringpartners om de overname goed te laten verlopen en bespreekbaar te maken. De ander heeft écht behoefte aan individuele coaching of een externe frisse blik op de overname.

Financiële (on)mogelijkheden

Bijna elke jonge boer en tuinder kwam tot de conclusie dat het opdelen van de 75 miljoen (of bij 80% de 60 miljoen) opdelen over alle bedrijfsovernames geen zoden aan de dijk zet bij overnames van bedrijven met een waarde van circa drie miljoen. Financiële ontlasting is dan vooral te zoeken in het mogelijk maken van de financiering. Financieringen kunnen op twee punten vastlopen:

  1. Tekort aan eigen vermogen (solvabiliteit)
  2. Te weinig rendement op vermogen (rentabiliteit)

Het probleem ‘te weinig eigen vermogen’, waarbij de businesscase op zichzelf wel rendabel is, is bijvoorbeeld op te lossen door meer krediet beschikbaar te stellen. Bij bedrijven waarbij de rentabiliteit onder druk staat ligt de oplossing in het verlagen van de financieringslasten. Je kunt hierbij denken aan lagere rentelasten of variabele aflossingen. Bij bedrijfsovername van (vooral grondgebonden) bedrijven waar de overnameprijs vaak onder de vrije marktwaarde ligt, is voldoende zekerheid voor de bank geen probleem maar de hogere financieringslasten door de extra bedrijfsovernamefinanciering wel.

Voor bedrijfsovernames en -starters waarbij eigen vermogen een probleem is, ziet NAJK graag dat er vanuit het fonds extra financieringen beschikbaar gesteld worden. In de gevallen dat de toegenomen financieringslasten het probleem zijn, zien we graag lagere rentelasten, meer flexibiliteit in aflossingen en een herinvoeren van het fiscale voordeel op familieleningen: oude Tante Agaathregeling.

Tante Agaathregeling

Een oude maar nog altijd bekende vorm van startkapitaal is de Tante Agaathregeling, ook wel durfkapitaal genoemd. Tante Agaath staat synoniem voor goedkope leningen voor startende ondernemers. Het gaat om een lening tussen een extern persoon en een startende ondernemer. Dit is mogelijk omdat de overheid een fiscaal voordeel gaf aan particulieren die hiervoor geld beschikbaar stelden. Met het schrappen van deze goedkope leningen, in 2010, kwamen met name startende boeren en tuinders in de problemen. NAJK ziet deze regeling graag weer terugkomen waardoor de overdrager fiscaal aantrekkelijk vermogen in het bedrijf kan laten. Dit kan tegen gunstige voorwaarden en gezamenlijk besloten aflossingstermijn.

Een aantal dingen kan buiten het fonds opgelost worden, vindt minister Schouten. Zo wil ze naast het opzetten van het bedrijfsovernamefonds werken aan duidelijke wet- en regelgeving en het imago van de agrarische sector verbeteren.

De verwachting is dat in de tweede helft van 2018 de maatregelen al ingezet worden. Zoals het er nu naar uitziet gaat het bedrijfsovernamefonds zich richten op:

  1. Jonge agrarische ondernemers klaarstomen voor hun toekomst.
  2. Overname van het bedrijf mogelijk maken met als resultaat een jongere innovatievere, duurzamere land- en tuinbouw in Nederland

Tips van jonge boeren en tuinders:

  • Maak de financiële lasten niet te hoog
  • Zorg dat de periode van bedrijfsovername niet te lang door blijft sudderen
  • Zorg dat de overnamemogelijkheid niet alleen afhankelijk van de bank is
  • Zet goede adviseurs in. Niet alleen financieel maar ook op sociaal vlak
  • Zet in op het ondernemerschap op individueel niveau
  • Zorg ook dat het ondernemerschap op scholen meer op peil is
  • Zorg voor duidelijke wet- en regelgeving
  • Zorg voor lage uitvoeringskosten
  • Werk aan de verbinding met de burger
  • Zorg dat de bedrijfsovername plaatsvindt, innovatie en duurzaamheid volgen vanzelf

Dit artikel is ook terug te lezen in BNDR maart 2018