NAJK-bestuurder Annet van den Akker over uitbraak vogelgriep

Op zondagochtend 16 november is op een pluimveebedrijf in Hekendorp een hoog pathogene (zeer besmettelijke) aviaire influenza, ofwel vogelgriep, geconstateerd. Vanaf zondag 16 november 2014 om 11.30 uur is er een tijdelijke standstill afgekondigd in heel Nederland. De standstill heeft tot doel om de virusverspreiding zoveel mogelijk in te dammen. Er geldt een vervoersverbod voor pluimvee en ander gevogelte, eieren, pluimveemest en gebruikt strooisel. Op gemengde bedrijven met commercieel gehouden pluimvee geldt het vervoersverbod ook voor de overige diersoorten, rauwe melk en mest van overige dieren op het bedrijf. Het vervoersverbod geldt voor maximaal 72-uur.  Daarnaast is er een ophok- en afschermplicht voor pluimvee en ander gevogelte afgekondigd voor heel Nederland. Ook is een bezoekersregeling op alle pluimveebedrijven en gemengde bedrijven met pluimvee verplicht gesteld en geldt een verzamelverbod en tentoonstellingsverbod voor pluimvee. De verplichtingen gelden ook voor hobbypluimveehouders en houders van ander gevogelte. 

Er is een zone ingesteld van 10 km rondom het bedrijf in Hekendorp, waarvoor extra maatregelen gelden. In dit gebied geldt een vervoersverbod voor pluimvee, eieren, pluimveemest en gebruikt strooisel voor 30 dagen. Binnen de 10 km-zone liggen 11 andere pluimveebedrijven, waarvan er 5 leeg staan. Van 2 bedrijven in een straal van één kilometer om het besmette bedrijf in Hekendorp is intussen bekend dat daar geen virus is geconstateerd (één ervan stond leeg). Resultaten van overige screenings in de 10 km-zone worden morgen verwacht. Op 6 bedrijven wordt vandaag de screening uitgevoerd. De beperkingen gelden ook voor gemengde bedrijven met pluimveehouderij. Het verbod geldt ook hier voor andere dieren en mest van andere dieren. Deze bedrijven worden bemonsterd en onderzocht op vogelgriep. Voor deze bedrijven geldt voor deze hele periode een bezoekersregeling en ook dienen hier extra hygiënemaatregelen in acht te worden genomen.

Tijdens een basisoverleg van het ministerie van Economische Zaken vandaag, is nadere informatie verstrekt over de vogelgriep uitbraak. De regelingen voor transport van vlees en eieren (pakstations) wordt met terugwerkende kracht aangepast; vervoer van en naar distributiecentra en supermarkten en im- en export is toegestaan voor zover die niet rechtstreeks van veehouderijbedrijven afkomstig zijn. Over mogelijke oorzaken en tracering wordt gedacht aan twee opties: wilde vogels en mogelijke contacten naar andere bedrijven en regio’s. En zijn geen contacten (geweest) met de recentelijk getroffen bedrijven in Duitsland (kalkoenen) en het Verenigd Koninkrijk (eenden).

Pluimveehouders wordt dringend aangeraden hun koppels extra goed in de gaten te houden. Als er lichte, afwijkende verschijnselen zijn, wordt geadviseerd om dit te melden. Ook bij het getroffen bedrijf waren er aanvankelijk op maandag lichte verschijnselen en pas op vrijdag beperkte uitval. Er wordt rekening gehouden met een incubatietijd van 5 á 6 dagen.

In het beperkingsgebied van 10 km wordt geadviseerd geen bijeenkomsten voor veehouders te houden. Voor de rest van Nederland wordt veehouders met een (neventak) commerciële pluimveehouderij geadviseerd in elk geval gedurende de standstill geen bijeenkomsten te houden en te bezoeken. Voor de overige sectoren kunnen ledenbijeenkomsten ‘gewoon’ doorgaan. Ook hierbij geldt dat voorzichtigheid voorop moet staan.

Gevolgen uitbraak

De producten in de winkelschappen zijn veilig en kunnen zoals altijd worden geconsumeerd. Mensen kunnen bij intensief contact met besmette dieren, o.a. pluimveehouders zelf en degenen die ruimen, griep oplopen. In die gevallen gaat het om een milde vorm van griep en milde verschijnselen. De ziekte is niet overdraagbaar van mens op mens. De precieze effecten op de pluimveesector zijn niet goed in te schatten. Er is nog veel onduidelijkheid over de uitbraak. Annet van den Akker, dagelijks bestuurder NAJK met de portefeuille Intensief: ‘Voor nu is het voornamelijk zaak om de maatregelen strikt op te volgen en de uitbraak in te dammen. Dat de uitbraak op een scharrelbedrijf zonder uitloop heeft plaatsgevonden laat zien dat elk houderijsysteem besmet kan worden door vogelgriep en deze ziekte dus de gehele pluimveesector raakt. Dit is een goed leermoment waar de pluimveesector uiteindelijk meer verbonden en sterker uit zal komen. Voor de toekomst is het van belang dat er binnen de EU, en wellicht ook daarbuiten, eenzelfde beleid komt om het risico op uitbraak en verspreiding van (hoog pathogene) vogelgriep te minimaliseren. Voor nu is het te hopen dat de financiële gevolgen door de uitbraak minimaal zijn. De pluimveesector zit op dit moment al in zwaar weer.’

Informatie

Voor actuele informatie over de regelgeving verwijzen we naar RVO, T 088 – 042 42 042, en de sites van het ministerie en de RVO.

Directe links naar meer informatie en de volledige regelingen:

Kamerbrief van staatssecretaris Dijksma over de uitbraak van vogelgriep in Hekendorp
Tijdelijke regeling standstill hoogpathogene aviaire influenza 2014
Regeling instelling beschermings- en toezichtsgebied hoogpathogene aviaire influenza

Stuur jouw innovatie voor morgen in en maak kans op € 5.000,-!

Wie kan er beter een geslaagde innovatie bedenken dan diegene die het dichtst bij het vuur zit? Niemand natuurlijk. Daarom roept het Innovatiefonds voor telers de agrarische ondernemers op om hun ideeën en ontwerpen op het boerenbedrijf te delen in ruil voor een vergoeding van maximaal € 5.000 om het idee verder uit te werken. De inschrijving sluit op 15 november. Zorg dat jouw innovatie voor deze tijd is ingestuurd en verbluf de vakkundige en onafhankelijke jury met jouw briljante idee.

Innovatiefonds voor telers

Het Innovatiefonds voor telers is een initiatief van Abemec, Agrico, Agrifirm Plant, BASF, Bayer CropScience, KWOOT, OCI Agro en Syngenta en wordt gesteund door NAJK. Het Innovatiefonds voor telers is opgezet om innovaties in de land- en tuinbouw te stimuleren.

Past mijn innovatie bij het fonds?

Op elk boerenbedrijf worden eigen trucjes gehanteerd om het gebruiksgemak van machines en productieprocessen zo optimaal mogelijk te maken. Dit kan bijvoorbeeld door het verbouwen of samenvoegen van machines, maar ook door het zelf creëren van een nieuw product. Alle goede ideeën die nog niet te koop zijn op de markt, mogen ingezonden worden bij het Innovatiefonds voor telers. Een onafhankelijke vakjury beoordeelt de ingezonden innovaties. Zien zij potentie in jouw innovatieve concept, product of dienst, dan wordt de beloning toegekend.

Meld jouw innovatie aan

Heb jij een vernieuwend idee op jouw agrarische bedrijf en ben je bereid om dat verder uit te voeren? Meld jouw innovatie dan voor morgen, 15 november 2014, aan op de website.

Neem ook eens een kijkje bij innovaties die het Innovatiefonds voor telers al toegekend hebben gekregen.https://www.innovatiefondsvoortelers.nl/nominaties

Wat deed NAJK voor jou in oktober?

Iedereen bij NAJK zet zich dag in dag uit voor 100% in voor jou als lid. We zorgen bijvoorbeeld voor het materiaal, achtergrondinformatie of gespreksleiders voor interessante bijeenkomsten of discussieavonden, ontwikkelen trainingen en cursussen, geven vrijkaarten weg of behartigen jouw belangen in Den Haag of Brussel. Wat deed NAJK voor jou in oktober? Hier een kleine greep uit alle activiteiten:

  • NAJK ledenvoordeel: NAJK mocht in oktober vrijkaarten weggeven voor de tentoonstelling ‘Sicco Mansholt, een goede Europeaan’ in Rotterdam. Daarnaast mocht NAJK vrijkaarten weggeven voor de EuroTier in Hannover. Houdt de website van NAJK,Facebook of Twitter in de gaten om geen enkele ledenactie te missen.
  • NAJK organiseerde een beurstraining tijdens de RMV Hardenberg. De jongeren kregen de unieke kans om voorafgaand aan de beurs de vloer op te mogen en een exclusief kijkje achter de schermen te nemen. Deze speciale behandeling had één doel: optimaal gebruik (leren) maken van alles dat de beurs jou te bieden heeft. Houd de website van de NAJK in de gaten om je aan te melden voor de volgende editie van “Haal meer uit je beurs”.
  • NAJK was op de RMV Hardenberg aanwezig met onze eigen stand. Tijdens deze beurs hebben we 47 nieuwe leden mogen verwelkomen. Dit seizoen staat NAJK nog op 3 agrarische beurzen.
  • NAJK biedt je de kans om €5.000 euro te verdienen met jouw idee. Meedoen is heel makkelijk en aanmelden kan nog tot 15 november! Kijk hier voor meer informatie.
  • Op het gebied van belangenbehartiging was vooral het wetsvoorstel Verantwoorde Groei Melkveehouderij erg actueel. NAJK is nauw betrokken bij de stellingname omtrent dit  wetsvoorstel. Volg het via deze link. Namens NAJK is Koen Bolscher vanuit het dagelijks bestuur betrokken bij dit dossier.
  • NAJK organiseert op 20 november een groot symposium speciaal voor jou! ‘Van Traditie naar Ambitie’. Mis deze NAJK-dag niet. Op 21 oktober mochten we bekendmaken dat Koningin Maxima en staatssecretaris Dijksma allebei bij ons symposium zullen zijn. Bestel je kaart snel via deze link.
  • NAJK is een belangenorganisatie en vecht in Brussel en Den Haag om de positie van jonge boeren en tuinders te verbeteren. NAJK vraagt in de media en bij bijeenkomsten steeds aandacht voor de uitdagingen waar jullie voor staan. Afgelopen maand verschenen berichten van NAJK onder andere Boerderij Vandaag, Nieuwe Oogst, Veldpost, Veeteelt, de regionale bladen Brabants Dagblad, De Gelderlander, BN De Stem, De Stentor, Tubantia, De Limburger en Eindhovens Dagblad.

Wat zal NAJK voor jou doen in november?

Natuurlijk zal er in november ook veel door NAJK worden georganiseerd. Lees het laatste nieuws via de NAJK-website, dus houd die goed in de gaten. Hierbij alvast een voorproefje:

  • Het activiteitenseizoen is in volle gang. Heb jij het programma van jouw AJK nog niet compleet? Geen probleem. NAJK biedt voldoende keuze. Wil jij een avond ‘Versier met Plezier’, ‘AgroEnergiek’, een cursus ’Financieel Inzicht’ of ‘Bewust Op Weg naar Overname’? Of ben je benieuwd naar het werk van een dagelijks bestuurder van NAJK en onze lobby omtrent bijvoorbeeld de Melkveewet, pachtbeleid, bedrijfsovername of Gemeenschappelijk Landbouwbeleid? Wij komen graag bij jouw AJK. Meer informatie  bij Kirsten Haanraads, algemeen secretaris NAJK via khaanraads@najk.nl. Kijk op de website van NAJK voor het meestactuele aanbod van avondprogramma’s, trainingen en cursussen.
  • Natuurlijk de NAJK-dag voor onze leden: ‘Van Traditie naar Ambitie’. Volg het ook via social media met #VTNA of bekijk de berichtgeving op www.vantraditienaarambitie.nl.
  • De stellingen van het discussiestuk ‘kostprijs’ zullen in november worden vastgesteld. Jonge boeren en tuinders, vertegenwoordigd in de 124 lokale en 10 provinciale afdelingen van NAJK, gaan tot en met eind november de discussie aan met maatschappelijke organisaties en met elkaar over de kostprijs van de agrarische sector. Jullie standpunten worden door NAJK uitgedragen.

NAJK bij Next Generation Farmer

Op woensdag 5 november gingen in Houten 75 deelnemers aan het Seminar Next Generation Farmers (and the future community which supports them) met elkaar in gesprek over de onvermijdelijke generatiewissel die de komende jaren in agrarische familiebedrijven zal plaatsvinden. Jonge ondernemers staan voor complexe uitdagingen en nieuwe kansen. Een cruciale rol om dit proces te laten slagen is weggelegd voor het sociale krachtenveld waarin de jonge boer moet opereren. Juist over dit krachtenveld ging het gesprek. Namens NAJK gingen voorzitter Eric Pelleboer en dagelijks bestuurder bedrijfsovername Sander Thus met de deelnemers het gesprek aan.

De agrarische sector is in verandering. Jonge boeren hebben meer verantwoordelijkheden en meer rollen dan voorheen. Als jonge boer ben je ondernemer op een mondiale markt, maar ook landschapsbeheerder, netwerker, voorlichter en representant van het voedsel in ons winkelschap. Succes wordt niet langer gedefinieerd door alleen de winst van het bedrijf. Sociale acceptatie, zichtbaarheid voor de consument, aanspreekbaarheid en het creëren van draagvlak zijn nieuwe, belangrijke elementen van succes geworden. Zelfkennis, visievorming, reflectie en persoonlijke competenties spelen daarin een belangrijke rol. Agrarisch ondernemerschap vraagt meer dan kennis van de bedrijfsvoering alleen. Na een gezamenlijke aftrap gingen de deelnemers in groepjes uiteen om tafelgesprekken te voeren. In het tafelgesprek ging NAJK dieper in op de verschuiving en daagde deelnemers uit te onderzoeken wat de agrarisch ondernemer van de toekomst nodig heeft om succesvol te zijn. Met de deelnemers werd daarom het interactieve kwaliteitenspel gespeeld: welke kwaliteiten zorgen voor een toekomstbestendige ondernemer en wie en wat heeft hij of zij nodig om dit verder te ontwikkelen?

Een paar concrete punten die naar voren kwamen gedurende het gesprek:

–  Veel boeren zijn teveel op het eigen bedrijf gericht, er moet meer naar buiten gekeken worden!;
–  Om een transitie teweeg te brengen, moet je als boer zelfbewust zijn. Ken je eigen sterkten en zwakten;
–  Wat bijvoorbeeld goed werkt is het Rabobank Opvolgers Perspectief. Hiermee wordt gekeken waar de talenten zitten;
–  Vakkennis is daarbij belangrijk, maar nog veel belangrijker is ambitie, de motivatie, het willen samenwerken. Met je karakter onderscheidt je jezelf.
–   Het onderwijs kan helpen in het stimuleren van creativiteit en flexibiliteit, door deze aspecten bij een persoon op originele manieren en met nieuwe ‘tools’ aan te zwengelen.

Ambities van jonge agrarische ondernemers

Als kleine jongen wilde ik met dieren werken en trekker rijden. Later het bedrijf van mijn ouders overnemen. Nu, inmiddels ons gezinsbedrijf, wil ik het bedrijf ook verder ontwikkelen. Dat is in mijn ogen agrarisch ondernemen: een generatie lang met plezier een bedrijf runnen, verbeteren en deze wellicht ‘later’ ook weer overdragen. Bij dit idyllisch beeld hoort continuïteit, voldoening in het werk en trots op het familiebedrijf.

Ambities van jonge boeren zijn gestoeld op continuïteit van het bedrijf en plezier in het werk. Continuïteit betekent echter niet dat er geen sprake is van verandering. Ondernemers zonder plannen ben ik nog niet tegengekomen. Dit varieert van kleine verbeterpunten tot de grootste investeringsplannen. Continuïteit betekent ook meegaan met de tijd. De wereld verandert, techniek verandert en de maatschappij verandert. Van voldoende en goedkoop voedsel naar divers, veilig en maatschappelijk verantwoord geproduceerd. Dat betekent aanpassen. Het agrarisch gezinsbedrijf is daardoor ook geen statisch gegeven. Het bedrijf van vandaag is anders dan het bedrijf gisteren was.

De visie van jonge boeren en tuinders op de toekomst van de landbouw verandert ook. Een sterke landbouw is cruciaal bij het zekerstellen van de voedselvoorziening in de toekomst. Koningin Máxima bevestigde dit twee weken geleden bij de opening van een conferentie bij de Wereldvoedselorganisatie FAO in Rome. Een sterke landbouw betekent juist anticiperen op veranderingen. Kijk bijvoorbeeld naar de ontwikkelingen van de afgelopen 20 jaar in de landbouw. Ik verwacht dat de komende generatie de ontwikkelingen op allerlei vlakken alleen maar sneller zullen gaan. Wat betekent dit voor de landbouw? Hoe kan de jonge generatie hierop anticiperen? Wat betekent dit voor de ontwikkelruimte die jonge landbouwers moeten krijgen? Wat betekent dit voor de traditionele gezinsbedrijven? Vaak wordt de vraag gesteld of het traditionele agrarische gezinsbedrijf zoals wij dat nu kennen nog wel houdbaar zal zijn. NAJK organiseert hierover een groot symposium op 20 november in Utrecht: ‘Van Ambitie naar Traditie’. De aanwezigheid van zowel Koningin Máxima als staatssecretaris Dijksma geeft aan hoe belangrijk verandering en ontwikkeling van agrarische gezinsbedrijven voor Nederland zijn.

Voor mij liggen juist daarin ook het antwoord op de vraag verscholen: ontwikkeling en verandering. Een agrarisch gezinsbedrijf heeft de afgelopen jaren uitstekend bewezen in staat te zijn om in een dynamische omgeving te overleven. Wat mij betreft is het einde van het agrarisch bedrijf dan ook nog niet in zicht. Dat deze bedrijfsvorm anders zal worden, dat het zal veranderen, is overduidelijk. Dit is echter inherent aan het agrarisch gezinsbedrijf.

Zonder paniekerige reacties op marktschommelingen en wet- en regelgeving geloof ik dat elk bedrijf zich geleidelijk aan door moet blijven ontwikkelen. Soms in een stroomversnelling, bijvoorbeeld bij bedrijfsovername. Of met een ingrijpende koerswijziging als dat beter bij de ondernemer past. Stilstand is niet van deze tijd en stilstand betekent achteruitgang. Alles vanuit de ambitie van de ondernemer om het bedrijf te continueren, met plezier te werken en trots te zijn op het bedrijf. Dat is een goede basis voor een sterke landbouw, voor nu en in de toekomst.

Sander Thus
dagelijks bestuur NAJK, portefeuille bedrijfsovername

Van traditie naar ambitie

Ook mijn jaar staat volledig in het teken van het agrarisch gezinsbedrijf. Toen bekend werd dat de Verenigde Naties dit onderwerp kozen wist ik: daar wil ik mee aan de slag. Nederland is bij uitstek het land van de agrarische gezinsbedrijven. Nederland is op agrarisch gebied ook koploper. Voor jonge boeren en tuinders is de samenhang tussen die twee gegevens van groot belang. Jonge boeren en tuinders staan immers aan het begin van de ontwikkeling van hun eigen bedrijf. Zal dat een gezinsbedrijf zijn? Of doet de jonge boer er, met het oog op de toekomst, misschien verstandiger aan om de traditie los te laten? Ik ben het afgelopen jaar op zoek gegaan naar de antwoorden. Het was een interessante reis waarin ik veel verschillende visies op de toekomst van het agrarisch gezinsbedrijf ben tegengekomen.

Ik sprak met de wetenschappers. Zij spraken over de wijze waarop de rol van het gezin in het bedrijf is veranderd. De wetenschappers schetsten hoe het boerenbedrijf door de jaren heen een andere positie kreeg: binnen het gezin, in de samenleving en op de markt van vraag en aanbod. Zij twijfelen of het huidige gezinsbedrijf, bestaande uit een bedrijf met één gezin, op één locatie, nog lang zal kunnen blijven bestaan.

Ik sprak met de agrarisch ondernemers. Deze ondernemers bleven steeds benadrukken dat het gezinsbedrijf meer is dan alleen het bedrijfsmodel. Boeren en tuinders wezen mij op de waarde van het gezinsbedrijf als het fundament van hun familiegeschiedenis. Zij spraken met mij over hoe sterk hun bedrijf geworteld is in hun omgeving en hoe bedrijf en omgeving zich in samenhang hebben ontwikkeld.

Ik sprak met de bankiers.  Zij rekenden mij het toekomstperspectief van het gezinsbedrijf voor. Spraken over kostprijs, schaalvergroting, onze positie op de wereldmarkt en het vasthouden van de koploperspositie die de Nederlandse land- en tuinbouw nu heeft.

Ik sprak met de agrarisch adviseurs. De adviseurs gaven mij inzicht in de rol die gezinsleden in het bedrijf vervullen. De waarde van hun inzet en geduld. Zij lieten zien dat het ‘bedrijfsmodel’ van het gezinsbedrijf alleen kan bestaan bij een samenwerking die zo nauw en onbaatzuchtig is, dat je dat alleen in een gezin zal vinden.

Al deze gesprekken lieten mij inzien: er zal iets gaan veranderen. Het agrarisch gezinsbedrijf zoals wij dat nu kennen biedt geen perspectief. Jonge ondernemers staan voor een nieuwe realiteit. Tijd voor de volgende vraag dus: wat dan wel? Hoe combineren wij de ‘zachte’ en ongrijpbare waarden van het gezinsbedrijf met de harde werkelijkheid van het ondernemerschap? De agrarisch ondernemers van de toekomst, de jonge boeren en tuinders, zullen daar nu al een oplossing voor moeten bedenken.

De afgelopen maanden vormden een opmaat voor het moment waarop alles rondom dit bijzondere jaar samenkomt. Het blijkt noodzakelijk om de kennis die we de afgelopen tijd hebben opgedaan en de discussies die we hebben gevoerd om te zetten in nieuwe perspectieven. Op 20 november zetten we de volgende stap. We organiseren, speciaal voor jonge boeren en tuinders uit Nederland, een groot symposium in Utrecht. We blikken samen terug op de belangrijke functie die het gezinsbedrijf generaties lang op het agrarische bedrijf bekleedde, maar we kijken ook vooruit: hoe toekomstbestendig is de huidige vorm van het gezinsbedrijf? En vervolgens: wat gaan we daar mee doen?

Inge van Schie
dagelijks bestuur NAJK, portefeuille internationaal

Gezinsbedrijf heeft sleutel in handen

Ga het bij jezelf eens na: hoe vaak heb je moeten uitleggen waar je dagelijks mee bezig bent? Dat je met liefde en passie werkt in een modern varkensbedrijf waar dierenwelzijn hoog in het vaandel staat? Hoe vaak ben je gestuit op onwetendheid, misverstanden, vooroordelen of kritiek?

Te vaak en onterecht, durf ik te stellen, en dat terwijl er overal wordt gesproken over het belang van maatschappelijk draagvlak en de noodzaak om de veehouderij in Nederland toekomstbestendig te houden. Maatschappelijk draagvlak en ‘de consument’ zijn vaak abstracte begrippen die ver van de gemiddelde ondernemer af lijken te staan: zullen ‘zij’ ooit snappen wat ‘wij’ doen?

Maatschappelijk draagvlak is niet altijd ver weg. Het is de steun die je krijgt uit je directe omgeving als je een aanvraag doet voor een vergunning, het enthousiasme waarmee kinderen aan vriendjes en vriendinnetjes vertellen dat zij thuis een boerderij hebben. Het is ook jouw dorpsgenoot die in de buurtsupermarkt kiest voor jouw product.  Maatschappelijk draagvlak begint dichtbij je bedrijf  en soms lijkt jouw bijdrage daaraan zo klein of vanzelfsprekend dat je het waarschijnlijk niet eens opmerkt.

De kennis over de varkenshouderij, of van andere agrarische sectoren in Nederland, is bij de gemiddelde consument klein. Een aantal decennia geleden had iedereen wel een familielid met een boerderij. Ook stond er op elke boerderij wel een varken. De ontwikkelingen die in loop der jaren hebben plaatsgevonden, zijn echter aan de meeste mensen voorbij gegaan. Zelfs binnen jouw eigen familie! Jouw ooms en tantes, broers en zussen weten waarschijnlijk weinig over de praktijk van alledag.

In het internationale jaar van het gezinsbedrijf wil ik niet alleen kritisch zijn op het gezinsbedrijf, maar ook een belangrijk onderscheidend element onder de aandacht brengen: gezinsbedrijven zijn diep geworteld in de maatschappij. Generaties lang woont en werkt jouw familie in deze omgeving. De omgeving is misschien veranderd, jouw werk ook. De mate waarin je verbonden bent met mensen, jouw familie, jouw dorp, verenigingen en school, waarschijnlijk niet. Als het aankomt op het vergroten van het maatschappelijk draagvlak hebben we daarmee een groot voordeel in handen.

Als belangenbehartigers van de agrarische sector kunnen wij grootse evenementen organiseren om de sector te promoten. Hierbij zijn wij echter niets zonder jouw bijdrage. Op zaterdag 13 en zondag 14 september openen varkensbedrijven hun deuren om met trots te laten zien en te laten ervaren hoe varkens in Nederland gehouden en verzorgd worden. Het is een uitgelezen kans voor varkenshouders om op een laagdrempelige en leuke manier te laten zien wat dagelijkse werkzaamheden zijn, hoe varkens gehouden worden en het gesprek aan te gaan.

Misschien kunnen wij dit jaar, in het internationale jaar van het gezinsbedrijf, de kracht van ons gezin ook nadrukkelijk inzetten: nodig bijvoorbeeld de klasgenoten van jouw kinderen uit om met hun ouders langs te komen, dorpsgenoten via het buurtcentrum, jouw teamgenoten van de sportvereniging, vraag je familie om ook hun vrienden en collega’s uit te nodigen. Wat jij beschouwt als jouw ‘gewone’ netwerk van familie, vrienden en kennissen, is eigenlijk een kostbaar goed: ons draagvlak.

Annet van den Akker
dagelijks bestuur NAJK, portefeuille intensief

Het bestuur van… AJK Cubar

Voor het bouwen van een nieuwe stal in of rondom Brabant ben je bij Arian Aerts (26) aan het juiste adres. Hij werkt als adviseur bij een ontwerp- en adviesbureau gespecialiseerd in veestallen. Van de bouwtekening tot het eindresultaat, tijdens zijn werk begeleidt Arian veehouders van A tot Z. Naast zijn werk is Arian al zes jaar actief als secretaris bij AJK Cubar.

Hoe ben je in het bestuur van AJK Cubar terechtgekomen?

“Als lid van AJK Cubar bezocht ik regelmatig de activiteiten die georganiseerd werden. Tijdens een avond, zes jaar geleden, werd ik gevraagd voor het bestuur. Ik heb toen een keer meegedraaid met een vergadering. Het leek me leuk om het bestuur te versterken en ik ben gelijk in de functie van secretaris gerold.”

Wat houdt jouw functie in?

“Als secretaris verzorg ik de uitnodigingen voor onze activiteiten. Daarnaast neem ik de ledenadministratie voor mijn rekening en organiseer ik een of meerdere avonden in een seizoen.”

Wat is het leuke van bestuurswerk?

“Ik vind het leuk om mijn steentje bij te dragen aan het organiseren van activiteiten voor jonge agrarische ondernemers uit mijn buurt.”

Wat heeft AJK Cubar al georganiseerd voor zijn leden?

“We organiseren elk jaar in de wintermaanden een stuk of zes activiteiten. Het afgelopen jaar hebben we onder andere avonden georganiseerd over mestbeleid, diergezondheid en de financiële kant van bedrijfsovername. Tijdens onze activiteiten proberen we serieuze momenten af te wisselen met gezelligheid. Daarom sluiten we altijd af met een drankje.”

Wat vind je het leukst om te organiseren?

“We zijn in de afgelopen jaren een aantal keer een dag weggeweest met de AJK. Met een bus gingen we langs bedrijven bij ons uit de buurt. Zo zijn we een keer gaan kijken in een groenteveiling en een steenfabriek. Zo’n hele dag weg met zijn allen vind ik altijd heel gezellig.”

Wat hoop je nog te bereiken in het bestuur van AJK Cubar?

“Ik zou graag een opvolger vinden voor mijn functie. Ik zit al zes jaar in het bestuur en vind het tijd worden voor een frisse wind in ons bestuur.”

De teloorgang van het gezinsbedrijf?

Het agrarische bedrijf wordt steeds groter. Zodanig dat het voor jonge ondernemers financieel lastiger wordt om het bedrijf van hun ouders voort te zetten. Ondanks deze zichtbare trend ziet Marijn Dekkers, sectormanager veehouderij bij Rabobank Nederland, nog geen teloorgang van het agrarische gezinsbedrijf.Rabo-partner

Tekst: Ellen van den Manacker

Succesfactor

Al zolang het agrarische bedrijf in Nederland bestaat, wordt het van generatie op generatie gerund. Het succes van deze bedrijven schuilt in het gezin: alle gezinsleden hebben hetzelfde doel voor ogen en zijn bereidwillig om mee te helpen dat doel te bereiken. “Het gezin heeft een sterke binding met het bedrijf. Als het nodig is, helpen gezinsleden met werkzaamheden op het bedrijf. Omdat de gezinsbedrijven geen vaste salarissen hoeven te betalen, hebben ze meer veerkracht in een periode van minder goede tijden”, legt Dekkers uit.

Ontwikkelingen

Door de jaren heen heeft het agrarische gezinsbedrijf de nodige ontwikkelingen doorstaan. “Van specialist naar generalist”, zo noemt Dekkers deze evolutie. “Er zijn steeds meer facetten bijgekomen waardoor het agrarische bedrijf is blijven bestaan. Eerst waren boeren heel vakspecifiek, nu zijn het meer ondernemers.”

Overname

Automatisering en schaalvergroting zijn trends die het afgelopen decennium het agrarisch bedrijf passeerden. Landbouwmechanisatie nam langzaamaan het zware werk over en zorgde voor mogelijkheden om met dezelfde arbeid het bedrijf uit te breiden. Volgens het CBS had een doorsnee landbouwbedrijf in 2013 ruim 50 procent meer grond dan in 1995. Deze spurt in omvang zet jonge boeren aan het wikken en wegen: is het financieel voor hen mogelijk om het ouderlijk bedrijf over te nemen? “Er komt een steeds grotere last op de schouders van jonge agrarische ondernemers te liggen”, beaamt Dekkers. “Het is niet minder aantrekkelijk om opvolger te worden van een agrarisch bedrijf, de uitdaging is groter geworden. Er zijn tegenwoordig veel meer aandachtsgebieden dan vroeger. Toen kon je melkveehouder worden als je het werk in de stal leuk vond, nu moet je een hele brede scoop hebben om succes te hebben met je bedrijf.”

Ondernemingsvormen

Een verandering in ondernemingsvormen zoals die nu gebruikelijk zijn, de vennootschap onder firma (vof) en de besloten vennootschap (bv), voorziet Marijn Dekkers niet. “Het gezin zal altijd een stuwende kracht blijven achter het agrarische bedrijf. Dit zorgt voor veerkracht en betrokkenheid. Dat vinden wij als bank ook belangrijk.”

Financiering

Om het overnemen van het agrarische gezinsbedrijf ook in de toekomst mogelijk te maken, is Rabobank op zoek naar nieuwe financieringsvormen. “Op dit moment hebben we daar nog geen kant-en-klare oplossing voor”, vertelt Dekkers.

Tools

Voor ondernemers die met vraagstukken over de toekomst van hun bedrijf kampen, biedt Rabobank de nodige tools aan. Zo kunnen jonge ondernemers het Rabo Opvolgers Perspectief volgen. Een training waarbij samen met de jongeren hun visie op het bedrijf en de toekomst wordt uitgetekend. Ook biedt de Rabobank bedrijfsspecifieke tools aan, zoals de M-Tool voor melkveehouderijbedrijven. Dekkers: “Wij willen enerzijds als bank kennis leveren en anderzijds ondernemers stimuleren om zelf over hun bedrijf en toekomst na te denken.”

Update wet ‘Verantwoorde groei melkveehouderij’

Tekst: Koen Bolscher
Illustratie: Henk van Ruitenbeek

Door de afschaffing van het melkquotum in 2015 kan de melkveehouderijsector groeien en de kansen op de wereldwijde markt benutten. Staatssecretaris Dijksma van Economische Zaken wil dat deze mogelijke groei van de melkveehouderij verantwoord plaatsvindt. Hiervoor heeft Dijksma een wetsvoorstel ingediend bij de Tweede Kamer. In dit wetsvoorstel krijgt de melkveehouderij ruimte om te groeien op basis van grondgebondenheid of mestverwerking. Hiermee wil Dijksma zorgen dat de groei van de melkveehouderij niet leidt tot extra milieudruk. Om de groei van bedrijven te bepalen krijgt iedere melkveehouder, mits het wetsvoorstel wordt goedgekeurd, een fosfaatproductiereferentie en fosfaatoverschotreferentie over 2013 toegewezen. Bij toename van het fosfaatoverschot op een bedrijf, zal extra grond of mestverwerking geregeld moeten worden. Daarbij moet Nederland zorgen om binnen het totale fosfaatproductieplafond te blijven dat door de Europese Commissie is vastgesteld in het laatste derogatiebesluit. Als dit plafond wordt overschreden, zullen dierrechten het gevolg zijn. NAJK zal in samenspraak met andere belangenorganisaties kritisch kijken naar het wetsvoorstel. De focus in de belangenbehartiging ligt bij het belang van een goede ontwikkeling van de sector en aandacht voor bedrijfsopvolgers. Wanneer het nodig is, stelt NAJK samen met de andere partijen veranderingen voor richting de politiek. Naast het wetsvoorstel van de staatssecretaris zijn de NZO en LTO bezig met het uitwerken van hun visie op een verantwoorde groei van de melkveehouderij. De eerste uitwerking hiervan werd in december 2013 gepresenteerd.

Wil je op de hoogte blijven van de vorderingen in de wet ‘Verantwoorde groei melkveehouderij’ kijk dan op www.najk.nl. Vragen over dit onderwerp kunnen gericht worden tot Koen Bolscher, dagelijks bestuurder bij NAJK met portefeuille melkveehouderij.