Showtime!

Selamat soree (ja, het is hier alweer avond!)

Gisteren en vandaag was het showtime voor ons, de training voor de 21 Indonesische jonge boeren. Deze deelnemers zijn door FrieslandCampina geselecteerd uit 260 aanmeldingen en behoren dus tot de meest getalenteerde en gemotiveerde (toekomstige) jonge boeren van West Java. Maar daarover straks meer, want ik wil eerst vertellen over de prachtige, meest bijzondere ochtend van onze reis; het ontbijt op de bergtop.

De wekkers stonden vroeg, om 5 uur zouden we vertrekken om de zon op te zien komen vanaf een bergtop in de theeplantage. Zo gezegd zo gedaan, en om 5 uur zaten we allemaal met kleine oogjes in de auto. Wie had gedacht dat hij in de auto wel verder kon slapen, had het mis, want de weg naar de bergtop was eigenlijk geen weg te noemen. Met een gangetje van 5 km/uur hobbelden we over keien, stenen, gaten en scheuren, maar jongens, was dát het waard! Boven op de top stond een klein rond huisje, oorspronkelijk bedoeld om de theeplukkers in de gaten te kunnen houden. Vanaf dat huisje had je een fantastisch uitzicht over de plantage, de bergen, de vallei, de ondergaande volle maan, het meer en het dorp Pangalengan. Het begon al te schemeren en elke minuut veranderde het daglicht van kleur. Van paars naar rood, naar oranje en vervolgens naar het vroege daglicht. Het beeld van de zon die langzaam boven de bergtop uitkomt maakte ons allemaal (ja, allemaal!) sprakeloos. Syamsul en Tino, medewerkers van FrieslandCampina Indonesia hadden zelfs gedacht aan romantische muziek. Een beter begin van de dag kan je je niet wensen. Toen de brommertjes van de theeplukkers de berg op kwamen rijden, zijn wij met pijn in ons hartje teruggereden, want er was immers werk aan de winkel!

De 21 deelnemers zijn jongens en meisjes tussen de 16 en 25 jaar, die ofwel zoon/ dochter van een melkveehouder zijn, ofwel geschoold zijn tot melkveehouder. Het verschil tussen beide groepen is dat de een al een bedrijf heeft, en de ander nog vanaf nul moet beginnen. Omdat de bedrijven hier gemiddeld uit 2 tot 3 koeien bestaan, heeft de boer er vaak een baan naast. Daardoor krijgt de melkveetak niet de aandacht die het verdient en valt er veel meer rendement te halen voor de boer. Onze opdracht is tweeledig; motiveer de jonge boeren om een bedrijf te starten/ te verstevigen en help de jonge boeren bij het opzetten van een eigen jonge boerenorganisatie.

De groepen werden gesplitst en volgden de ene dag het ene onderdeel, en de volgende dag het andere onderdeel. Wij moesten de training dus dubbel geven. De eerste dag was voor iedereen nog wat onwennig. De taalbarriere is groter dan we van tevoren gedacht hadden, dus alles wat wij vertelden, moest vertaald worden naar het Bahasa. Dat kost niet alleen tijd, maar haalt ook de snelheid uit je verhaal. Ondanks dat verliep de eerste dag prima. De deelnemers zijn enthousiast, leergierig en vooral erg gemotiveerd. Ze weten precies hoe de zaken ervoor staan en hebben voor het opzetten van de jonge boerenorganisatie een helder doel; het hebben van een netwerk en kennisuitwisseling. Met een paar kleine wijzigingen in het programma hebben we vandaag de tweede dag getraind. We hebben onder andere gezorgd voor meer interactie. Ook hielp het om kortere zinnen te gebruiken, zodat de vertaling snel verliep. Dat verliep perfect, de training verliep op rolletjes. Halverwege de dag kwamen er trouwens 17 mensen van verschillende media langs, om een deel van de training mee te kijken en twee van ons te interviewen. Stel je voor: de voorzitter van de coöperatie, 2 Indonesische deelnemers, 2 NAJK-leden en Liesbeth, de NAJK-medewerker op een rijtje, met daartegenover 17 man aan Indonesische pers! Het voelde als een waar kruisverhoor, maar we hebben ons er kranig doorheen geslagen, al zeg ik het zelf. Daarna nog een groepsfoto, en de tweede trainingsdag was alweer ten einde! Morgen presenteren de deelnemers hun plannen; in groepjes het stappenplan voor het opzetten van een jongerenvereniging, en individueel een businessplan voor hun melkveebedrijf. Wij zullen de deelnemers allemaal voorzien van feedback, maar aan het enthousiasme en de betrokkenheid van de deelnemers te zien, verwacht ik niet dat er iets is aan te merken op de presentaties.

Na de presentaties morgen worden wij weer terug naar Jakarta gebracht (een vijf uur durende rit), waarna we zaterdag alweer terug naar Amsterdam vliegen. Jammer, Indonesië heeft zoveel moois te bieden, we waren graag langer gebleven! Al zijn de meeste deelnemers nu wel weer toe aan wat anders dan Nasi Goreng bij het ontbijt, lunch en avondeten.

 

Blog 2

5 september 2017, Pangalengan

Vandaag vertrekken we richting Pangalengan, meer zuidelijker dan Bandung. Pangalengan ligt in de heuvels en is daardoor koeler en groener dan Lembang en Bandung, en dus beter geschikt om melkvee te houden. De reis ernaartoe was adembenemend, eerst de stad uit zien te komen (wat bijzonder lang duurde, Bandung en Pangalengan lijken naadloos in elkaar over te lopen) maar via erg kronkelige weggetjes hadden we prachtige uitzichten en zicht op schitterende bergtoppen!
Als eerste stond een bezoek aan melkveecooperatie KPBS op het programma. We werden hartelijk ontvangen door de voorzitter Aun Gunawan. Dhr. Gunawan vertelde ons over de coöperatie en wat zij voor de leden doen. In grote lijnen komt het aanbod overeen met dat van KPSBU waar we gisteren waren. Dus veel service voor de leden, zoals medische zorg voor koe en mens, inseminatie, medicijnen voor de koeien, veevoer uitgifte enz.

KPBS telt momenteel 4200 leden, waarvan 3300 actieve leden. Inactieve leden zijn leden die op het moment geen melk leveren (bv door droogstand). De leden bezitten samen 13500 koeien, wat neerkomt op wederom 2 a 3 koeien per lid. De coöperatie ontvangt per dag 85000 liter melk. Een deel ervan wordt gepasteuriseerd verkocht in bekers en verwerkt tot mozzarella.

De grootste uitdaging ook hier weer is land. De meeste boeren hebben geen land en moeten dus op zoek naar gras, het snijden en mee terugnemen naar de boerderij. Dit alles gaat handmatig en kost dus veel tijd. Hij hoopt dus dat de overheid ervoor kiest om land te kopen en dat aan de melkveehouders te verhuren.

Dhr Gunawan vertelt blij te zijn met onze aanwezigheid, hij hoopt dat wij de jonge boeren op Java kunnen motiveren om volledig boer te worden. Nu is het zo dat 2 a 3 koeien niet rendabel zijn, en zij er dus een baan naast hebben. Dhr. Gunawan zou graag zien dat zij zich volledig focussen op of het melken van koeien, of een baan buitenshuis zoeken, want nu gebeurt het melken van de koeien niet met de aandacht die het verdient.

Na het bezoek aan de coöperatie en een lokale lunch, vertrokken we naar de boerderij van de zoon van de voorzitter van de coöperatie. Hij had een prachtig bedrijf met een vrijloopstal voor 100 koeien (inclusief jongvee). 30 daarvan zijn aan de melk. Hij heeft grootse plannen voor de toekomst; zo heeft hij onlangs een 6×6 melkmachine uit Nederland gekocht, deze staat nu in Singapore en kan elk moment arriveren op Java. Als die machine is geinstalleerd, melkt hij de koeien in een melkput en slaat de melk gekoeld op in een eigen koeltank. Hij hoopt over 5 tot 10 jaar 500 koeien in de stal te hebben lopen. Aan ambitie geen gebrek dus!

Daarna hebben we een erg traditionele melkveehouder bezocht. Deze man heeft 5 koeien, in een ouderwetse grup (lees: een vervallen overkapping met zeilen eromheen gespannen waar de koeien in staan met de stront tot achter hun oren). Wat een contrast vergeleken met het bedrijf hiervoor!

Verder hebben we een melkcollectiepunt bezocht, een punt waar de melkveehouders na het melken hun melk naartoe brengen. Daar wordt het overgegoten in standaard melkbussen, gewogen, een monster van genomen en in de koeltank gegoten. Via een chipkaart wordt precies opgeslagen hoeveel de melkveehouder heeft weggebracht, en de melkveehouder krijgt daar direct een uitdraai van. Daarna moeten de eigen melkbussen via een streng systeem gewassen en gedroogd worden. Op dit moment heeft FrieslandCampina Indonesia vijf van dit soort melkcollectiepunten, en twee zijn in opbouw. Het grote voordeel is dat er een schakel uit het systeem gehaald is. Een belangrijke, namelijk het ongekoeld vervoer per melktank.

Op alle bedrijven waar we vandaag geweest zijn, waren we een ware attractie. Kinderen renden de straat op en riepen “Buli, buli!” (uitgesproken als bullee), wat “witte mensen” betekent. De kinderen, maar ook hun ouders wilden graag met ons op de foto. Elk bezoek werden we achtervolgd door hordes kinderen, die uiteindelijk ook een high five durfden te geven (na eerder luid gillend weg te rennen als we te dicht in de buurt kwamen).
Na de bedrijfsbezoeken hebben we nog een bezoek gebracht aan een grote theeplantage, opgezet in 1887 door de Nederlander dhr. Bosscha. Hij heeft onder andere deze theeplantage opgezet, een universiteit gebouwd, een observatorium, de Technische Hogeschool in Bandung en de sociëteit. Hij wordt tot op de dag van vandaag gerespecteerd. Helaas was het mistig geworden en konden we niets van het schijnbaar spectaculaire uitzicht zien. Maar morgenochtend 5.00 uur brengt Tino ons naar de top van de berg voor een ontbijt met zonsopgang. Het belooft prachtig te worden!

Na deze volle dag werden we naar ons nieuwe hotel gebracht. Zojuist hebben we samen met Tino, Samju en Akhmad gegeten en de komende dagen besproken. Morgen gaat het echte programma beginnen, de training aan de jonge boeren. We hopen ze de komende dagen te motiveren om een agrarisch bedrijf op te zetten of te verbeteren, en ze te helpen bij het opzetten van een jongerenorganisatie. Een vol programma dus!

Sampei jumpa vanuit het prachtige Pangalengan! Helaas is het internet hier te slecht om foto’s te posten. Jammer, want ze zijn jaloersmakend en facinerend!

    Eerste dagen op Java

    4 september 2017, Bandung, Java Indonesia

    Na een reis van 26 uur zijn we eindelijk op de plek van bestemming; ons hotel in Bandung. Het was al donker toen we in Jakarta landden, maar wat we vanuit de auto gezien hebben, is Jakarta een megastad. Zoveel hoogbouw, zoveel verkeer, we keken onze vermoeide ogen uit! Op het vliegveld van Jakarta stonden twee chauffeurs ons op te wachten en zij brachten ons in 3,5 uur rijden naar het hotel. Onderweg even gestopt bij een lokaal eettentje waar we van alle kanten aangestaard werden en we kennis hebben gemaakt met de lokale keuken.

    De volgende dag (zondag), stond er niets op het programma. Tino, een medewerker van FrieslandCampina Indonesia appte om te vragen wat we die dag op het programma hadden staan. Ons originele idee om een kratermeer te bezoeken, werd hartelijk weggelachen, veel te ver weg van Bandung. Tino kwam met de suggestie om met ons naar een park in het noorden van de stad te gaan. Zo gezegd, zo gedaan en anderhalf uur later stond Tino, zijn vrouw en twee kinderen klaar om ons op sleeptouw te nemen. Na nog eens een uur in de auto (het Indonesische verkeer is net een mierennest, er zal vast een systeem in zitten, maar onbegrijpelijk voor een buitenstaander) zijn we in het park aangekomen. Het is een bos met verschillende grotten die in de oorlogstijd gebruikt zijn door zowel de Nederlanders als de Japanners om munitie in op te slaan. Indrukwekkend om door de zogenaamde Goa Belanda te lopen.

    En vandaag begon dan het programma; een bezoek aan de coöperatie KPSBU en enkele melkveebedrijven in Lembang. Bij de coöperatie zijn we verwelkomd door drs. Dedi Setiadi, de voorzitter van de coöperatie, een bestuurslid en de secretaris. Akhmad Sawaldi, projectleider Dairy Development Programme bij FrieslandCampina Indonesia heeft ons het een en ander uitgelegd over de melkveehouderij in Indonesië.

    De coöperatie heeft momenteel zo’n 4500 actieve leden, telt 20.000 koeien die samen 150.000 liter melk per dag produceren. De coöperatie biedt werk aan 310 medewerkers. De gemiddelde zuivelconsumptie in Indonesië is 12 liter per persoon per jaar, het op een na laagste niveau van Azië (ter vergelijking: in Nederland is dit 350 liter pp/jaar). Indonesië telt 261 miljoen inwoners, dus kan je je voorstellen wat voor ’n uitdaging er ligt wanneer de melkconsumptie ook maar met 1 liter pp/jaar zou stijgen? De grootste uitdagingen waar Indonesië mee te kampen heeft, zijn de infrastructuur, de afhankelijkheid van import, educatie, armoede/ inkomenskloof, investeringen en corruptie. Aan de andere kant zijn er ook voldoende kansen; export (palmolie, mineralen, soja), natuurlijke bronnen, bevolking (60% van de Indonesiërs is jonger dan 30 jaar!) en de hoge economische groei (gemiddeld 5%).
    De meeste melkveebedrijven zijn familiebedrijven en bevinden zich in de hoger gelegen (dus koelere) gebieden van Java. 98% van alle zuivelproductie gebeurt op Java, enkel en alleen omdat hier de verzamel- en verwerkingsstations zijn. Een gemiddeld melkveebedrijf heeft 2 a 3 koeien, melken gebeurt veelal met de hand (enkele boeren hebben een handmelkmachine).

    De coöperatie verzamelt en verwerkt niet alleen de melk van de leden, maar importeren ook krachtvoer wat ze aan de leden verkopen, verstrekken renteloze kredieten, verkopen melkproducten aan de mensen in de omgeving, hebben een supermarkt voor de leden (de leden geven schriftelijk door wat ze nodig hebben en dat wordt thuisbezorgd) en verzorgen de ziektekostenverzekering van de leden.

    Na het bezoek aan de coöperatie gaan we onderweg naar 3 relatief grote melkveebedrijven. Onderweg kwamen we langs een melkophaalpunt, waar op dat moment net de melkwagen aankwam. Op zo’n punt komen alle boeren volgens een bepaald schema twee keer per dag hun melk brengen. De melk wordt ter plekke gemonsterd en indien goed bevonden, in de melktank gegooid. De melk wordt ongekoeld in melkbussen naar het verzamelpunt gebracht, en overgebracht in een eveneens ongekoelde melktank. Het is dus zaak om in deze hitte zo snel mogelijk naar de coöperatie te rijden met de melk. Er zit maximaal 1,5 uur tussen melkbus en koeltank, aldus Rik-rik (medewerker FrieslandCampina Indonesia). Een bijzonder gezicht, al die boeren met hun melkbussen (sommige achterop de brommer, andere aan een stok over hun nek).
    De stallen van de bezochte bedrijven staan achter het huis, door smalle steegjes en vrij dicht bij de buren. Veel stallen worden gedeeld met hun vader, broers of oom. Vanaf 5 tot 6 koeien is een medewerker eigenlijk noodzakelijk, omdat er veel werk verzet moet worden. De koeien worden gevoerd met voornamelijk (olifanten)gras wat soms op eigen grond geteeld wordt, maar vaak langs de weg geplukt wordt. Het voer van de coöperatie wordt aangelengd met cassave. Omdat de koeien in een grup-opstelling staan, schijten ze zichzelf en de vloer onder, zodat hun plek elke keer schoon gemaakt moet worden. Om mastitis te voorkomen, worden de koeien minimaal om de dag schoon gemaakt. De werkzaamheden bestaan dus uit schoonmaken, gras plukken en melken. Arbeidsintensief dus! De NAJK-leden zagen al snel veel kleine punten voor verbetering, zoals droge vloeren en de continue beschikbaarheid over water en voer. De bezochte bedrijven waren zonder meer erg netjes, en de boeren ambitieus! Een van de jonge boeren (die later deze week ook deelneemt aan het Farmer2Farmer programma) heeft als droom een vrijloopstal en voersilagesysteem, zodat hij het teveel aan voer uit het regenseizoen op kan slaan voor mindere tijden in het droge seizoen.

    Een heel verhaal zo, terwijl we nog veel meer hebben meegemaakt (een boom op de auto, de keuze tussen een boete of mee naar het bureau omdat je je gordel niet om hebt, drinken uit een kokosnoot, Indonesiërs die met ons op de foto wilden, je maakt wat mee in een paar dagen!)

     

    Wat deed NAJK voor jou in juni?

    Iedereen bij NAJK zet zich dag in dag uit voor 100% in voor jou als lid. We zorgen bijvoorbeeld voor het materiaal, achtergrondinformatie en gespreksleiders voor interessante bijeenkomsten of discussieavonden, ontwikkelen trainingen en cursussen, regelen winacties en behartigen jouw belangen in Den Haag of Brussel. Wat deed NAJK voor jou in juni? Hier een kleine greep uit alle activiteiten:

    • In juni konden NAJK-leden vrijkaarten winnen voor de Zwarte Cross. De actie is mogelijk gemaakt door ForFarmers.
    • In het eerste weekend van juni kwam de BNDR over luchtkwaliteit uit. Ben jij NAJK-lid, maar heb jij de BNDR niet ontvangen? Zorg dan dat jouw gegevens goed in de ledenadministratie staan. Dan blijf je op de hoogte van alle updates en acties en profiteer je van alle voordelen.
    • Op 3 juni stond in de Nieuwe Oogst een opiniestuk van portefeuillehouder bedrijfsovername, Sander Thus, over kringloopboeren.
    • Betaseed is sinds juni partner van NAJK. Wil jouw AJK een avond gericht op de suikerbietenteelt? Neem dan contact op met NAJK.
    • Bart van der Hoog, dagelijks bestuurder NAJK met de portefeuille melkveehouderij, schreef een column over klimaathysterie.
    • NAJK heeft de actie PIPM MY FARMSHOP gedeeld. Wil jij jouw boerderijwinkel in een trendy farmshop omtoveren? Meld je dan voor 1  augustus aan op overdevloerbijdeboer.com
    • NAJK lobbyt voor een goed pachtstelsel. Deze maand bracht Boerderij een artikel uit over pacht, waarin Sander Thus, portefeuillehouder bedrijfsovername, aan het woord kwam.
    • De jubileumcommissie heeft ook in juni weer hard gewerkt aan de organisatie van het 40-jarig jubileum van NAJK. Binnenkort volgt meer informatie over alle activiteiten. Houd onze website en social media in de gaten.
    • NAJK-voorzitter, Andre Arfman, en portefeuillehouder intensief, Stijn Derks, waren op de algemene ledenvergadering van het Limburgs Agrarisch Jongeren Kontakt. Daar bedankten zij Ilse Verhoijsen, bestuurder LAJK, voor haar bestuurswerk.
    • Sander Thus is in gesprek geweest over de aanpassing van het minimale investeringsbedrag en uitbreiding van de investeringslijst van de Jonge Landbouwersregeling (JOLA).
    • Op 16 juni gingen NieuweStroom en NAJK een samenwerking aan. Wil jij weten wat NieuweStroom voor jouw bedrijf kan betekenen of heb je al NieuweStroom? Kijk dan op de website van NAJK.
    • Iris Bouwers, dagelijks bestuurder NAJK met de portefeuille internationaal, is herverkozen als bestuurder tijdens de algemene ledenvergadering.
    • Andre Arfman, NAJK-voorzitter, heeft een Roemeense delegatie ontvangen op zijn melkveebedrijf. Samen gingen zij in gesprek over de ontwikkelingen en de toekomst van de agrarische sector.
    • NAJK stond met een stand op de NRM in Zwolle.

    Wat zal NAJK voor jou doen in juli en augustus?

    Natuurlijk zal in juli en augustus ook veel door NAJK worden georganiseerd. Lees het laatste nieuws op de NAJK-website. Hierbij alvast een voorproefje:

    • Op 13, 14, 15 en 16 juli staat NAJK weer in het Hard Brok Café van ForFarmers op de Zwarte Cross. Kom gezellig langs!
    • 16 juli 2017 om ongeveer 12.30 uur opent tante Rikie feestelijk het 40-jarig jubileum van NAJK. Kom allemaal naar het ForFarmersterrein en proost met ons op dit heugelijke feit.
    • NAJK biedt verschillende activiteiten aan voor jouw AJK-avonden. Binnenkort ontvangen jullie de seizoensgids met alle activiteiten. Kun je niet wachten? Kijk dan alvast op de NAJK-website.

    NAJK dichter op GLB

    In een brief aan de Tweede Kamer geeft staatssecretaris Van Dam van Economische Zaken zijn visie op het nieuw Europese Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) na 2020. Het Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt (NAJK) onderschrijft deze toekomstvisie van staatssecretaris Van Dam maar mist één belangrijk ingrediënt voor een geslaagd GLB: de jonge boer aan het roer. Daarom neemt NAJK het heft in eigen handen.

    Aanstaande donderdag draagt het bestuur van NAJK Iris Bouwers, dagelijks bestuurder met de portefeuille internationaal, voor als kandidaat voor het vicevoorzitterschap van de Europese Raad voor jonge boeren (CEJA).

    Modernisering en vereenvoudiging van het GLB

    Maandag 3 juli stuurde staatssecretaris van Dam van het ministerie van Economische Zaken een brief naar de Tweede Kamer over de modernisering en vereenvoudiging van het GLB. Hierin pleitte hij voor het ondersteunen van maatschappelijke diensten van boeren: inzet voor meer biodiversiteit, een beter milieu en het tegengaan van klimaatverandering. Jonge boeren en tuinders staan positief tegenover de verduurzaming van de agrarische sector. “Op dit moment kan de sector zich maar beperkt ontwikkelen door het beleid dat gevoerd wordt. Er is een ander beleid nodig en daarvoor doet de staatssecretaris een goede voorzet”, aldus Bouwers. “Wat ik niet terugzie in de ambitie van de staatssecretaris, zijn diegenen waar het beleid het meeste impact op heeft: de jonge boeren en tuinders. Daar gaat NAJK wat aan doen.”

    Kandidaatstelling Iris Bouwers

    De afgelopen twee jaar was Bouwers afgevaardigde van NAJK richting CEJA (The European Council of Young Farmers). Daar vertegenwoordigde zij de Nederlandse jonge boeren en tuinders. CEJA is de belangenbehartiger voor Europese jonge boeren en tuinders en vertegenwoordigt één miljoen jonge boeren en tuinders uit heel Europa. Bouwers: “De Nederlandse jonge boer en tuinder is vooruitstrevend. Door mij te kandideren als vicevoorzitter kunnen we nog sterker ons geluid afgeven en het GLB bewegen naar een duurzaam en doeltreffend beleid.” Op donderdag 6 juli is de verkiezing tijdens de algemene ledenvergadering. Ook jonge boeren uit België, Finland, Tsjechië, Ierland, Duitsland en Frankrijk hebben zich gekandideerd voor het bestuur van CEJA.

     

    Wat deed NAJK voor jou in mei?

    Iedereen bij NAJK zet zich dag in dag uit voor 100% in voor jou als lid. We zorgen bijvoorbeeld voor het materiaal, achtergrondinformatie en gespreksleiders voor interessante bijeenkomsten of discussieavonden, ontwikkelen trainingen en cursussen, regelen winacties en behartigen jouw belangen in Den Haag of Brussel. Wat deed NAJK voor jou in mei? Hier een kleine greep uit alle activiteiten:

    Wat zal NAJK voor jou doen in juni?

    Natuurlijk zal in juni ook veel door NAJK worden georganiseerd. Lees het laatste nieuws op de NAJK-website. Hierbij alvast een voorproefje:

    In juni vindt de algemene ledenvergadering van NAJK plaats. Dit jaar is OAJK (Overijssel) onze gastheer. Tijdens de alv worden de financiën aan het NAJK-bestuur ter goedkeuring voorgelegd. Ook vindt herverkiezing van een lid van het dagelijks bestuur plaats.

    NAJK in gesprek over zesde actieprogramma Nitraatrichtlijn

    Op dit moment vinden de gesprekken plaats over het zesde Actieprogramma Nitraatrichtlijn met de betrokken ministeries. NAJK is één van de gesprekspartners voor de ministeries. In dit actieprogramma komen maatregelen te staan waar Nederlandse boeren de komende vijf jaar voor de Europese Nitraatrichtlijn aan moeten voldoen. Het zesde Actieprogramma Nitraatrichtlijn moet per 1 januari 2018 van kracht zijn.

    De Nitraatrichtlijn schrijft voor dat er niet meer dan 50 mg stikstof per liter in het bovenste grondwater mag voorkomen. In een intensief en waterrijk landbouwland als Nederland is het voldoen aan deze eis geen gemakkelijke opgave. Daarom wordt er veel aandacht besteed aan een goed werkend actieprogramma. Partijen uit de landbouw proberen in overeenstemming te komen over de maatregelen met partijen uit de waterwereld. Een ander belangrijk punt is dat een goed onderbouwd actieprogramma van cruciaal belang is voor het verkrijgen van de felbegeerde derogatie voor de melkveehouderij. Op dit moment wordt het doel voor de grondwaterkwaliteit in het zuidoostelijk zand- en lössgebied en dan met name op bouwlandpercelen niet overal gehaald.

    Inzet NAJK

    Bart van der Hoog, portefeuillehouder melkveehouderij, en Doeko van ’t Westeinde, portefeuillehouder akkerbouw, zetten zich namens NAJK in voor een actieprogramma met een werkbaar maatregelenpakket. Zij werken aan een pakket dat zo goed mogelijk aansluit bij de wensen van jonge boeren. “Ons uitgangspunt is dat het actieprogramma geen opeenstapeling mag zijn van extra regels en maatregelen. Het actieprogramma moet juist maatregelen stimuleren die goed zijn voor de boer en het milieu. Alleen dan krijg je draagvlak voor de maatregelen en werken ze zoals bedacht”, aldus Bart van der Hoog.

    Van generiek naar meer specifiek beleid

    Een van de belangrijkste uitgangspunten is evenwichtsbemesting. Voor zowel akkerbouw als melkveehouderij is het cruciaal dat bemest moet kunnen worden naar onttrekking van de bodem. “We zien dat we tegenwoordig met gemak 90 ton bieten van een hectare halen. De opgenomen voedingstoffen kunnen we niet voldoende terug geven aan de bodem. Dat is in mijn ogen geen volhoudbare landbouw. We moeten in dit actieprogramma de stap maken van generiek naar meer specifiek beleid”, aldus Doeko van ’t Westeinde. Ook de melkveehouderij wil inzetten evenwichtsbemesting door de BEP- en BES-pilots flink te verruimen zodat er meer melkveehouders gebruik van kunnen maken. “Deze pilots zie ik als een eerste stap naar kringlooplandbouw waarin we kunstmest kunnen vervangen voor meer dierlijke mest en kunnen bemesten naar behoefte”, aldus Bart van der Hoog.

    Verder pleit NAJK voor het opheffen van het scheurverbod in het voorjaar van grasland op zandgrond, vaste mest op grasland jaarrond toe te laten en het gebruik van bodemverbeteraars verder te stimuleren. De komende weken gaan de gesprekken verder en zal het ministerie haar definitieve inzet gaan bepalen.

    Wat deed NAJK voor jou in april?

    Iedereen bij NAJK zet zich dag in dag uit voor 100% in voor jou als lid. We zorgen bijvoorbeeld voor het materiaal, achtergrondinformatie en gespreksleiders voor interessante bijeenkomsten of discussieavonden, ontwikkelen trainingen en cursussen, regelen winacties en behartigen jouw belangen in Den Haag of Brussel. Wat deed NAJK voor jou in april? Hier een kleine greep uit alle activiteiten:

    • Dagelijks bestuurders Andre Arfman, Sander Thus en Doeko van ’t Westeinde hebben de visie van jonge boeren en tuinders uitgedragen op de bijeenkomst ‘zaaien voor een toekomstig GLB’.

    • Op 12 april heeft NAJK de terugkomdag georganiseerd op het ministerie van Economische Zaken.

    • Dagelijks bestuurder met de portefeuille melkveehouderij, Bart van der Hoog, heeft een bijdrage geleverd aan de publicatie de kracht van zuivel van NZO.

    • NAJK heeft een brief geschreven aan informateur Schippers. Daarin staan twaalf punten die meegenomen moeten worden volgens de jonge boeren en tuinders tijdens de formatie.

    • NAJK heeft de winnaar van de Jonge Boer Proof!-competitie bekendgemaakt: Schrijver stalinrichting.

    • Op 18 april heeft NAJK samen met LLTB, ZLTO, LTO en Agriterra de Agripooldag georganiseerd.

    • NAJK heeft een bijdrage geleverd aan de studentendag voor gras en beweiding van de Aeres Hogeschool Dronten.

    • NAJK heeft leden opgeroepen te reageren op de Wet veedichte gebieden.

    • Voorzitter, Andre Arfman, heeft Lins Keijzers bedankt voor zijn inzet als voorzitter van BAJK.

    • Iris Bouwers, dagelijks bestuurder met de portefeuille internationaal, heeft Tweede Kamerlid CDA, Maurits von Martels ontvangen op haar varkens- en akkerbouwbedrijf. Zij zijn in gesprek geweest over jonge boeren en tuinders, gewasbescherming en GLB.

    • Dagelijks bestuurder met de portefeuille intensief, Stijn Derks, heeft input geleverd aan de Raad voor de leefomgeving en infrastructuur over hoe veeteelt en leefomgeving op een positieve manier elkaar kunnen beïnvloeden.

    • Portefeuillehouder internationaal, Iris Bouwers, heeft de visie van NAJK op het GLB na 2020 gedeeld met Follow the Money.

    • NAJK heeft jonge landbouwers opgeroepen hun inschrijving bij de Kamer van Koophandel te controleren.

    • Tot 2 mei kunnen EU-inwoners laten weten hoe zij over het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) denken. NAJK heeft leden aangespoord de enquête in te vullen.

    Wat zal NAJK voor jou doen in mei?

    Natuurlijk zal in mei ook veel door NAJK worden georganiseerd. Lees het laatste nieuws op de NAJK-website. Hierbij alvast een voorproefje:

    • Tot 15 mei kunnen telers hun innovatieve idee indienen bij het Innovatiefonds voor telers en daarmee kans maken op een financiële beloning.

    • Portefeuillehouder internationaal, Iris Bouwers, neemt deel aan de adviesgroep directe betalingen en vergroening, die de Europese Commissie ondersteunt.

    • 3 juni valt de nieuwe BNDR op de mat.

    Controleer je inschrijving bij de Kamer van Koophandel vóór 15 mei

    De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) heeft de werkwijze om jonge landbouwers te beoordelen veranderd. Vanaf 2017 is de Kamer van Koophandel (KvK) inschrijving leidend voor de beoordeling. Uit de KvK-inschrijving moet blijken of de jonge landbouwer recht heeft op de top-up (extra bedrijfstoeslag per hectare), betalingsrechten uit de Nationale Reserve en JOLA.

    RVO heeft in het verleden alleen de akte van de firma of maatschap gebruikt om de blokkerende zeggenschap te controleren. Vanaf 2017 wordt de KvK-inschrijving leidend en moet deze uitwijzen dat de blokkerende zeggenschap goed is geregeld. In de praktijk blijkt dit vaak in de maatschapsakte wel goed geregeld te zijn, maar bij de inschrijving bij de KvK niet. NAJK roept de jonge landbouwers die gebruik willen maken van de genoemde regelingen op om hun inschrijving bij de KvK te controleren. De registratie bij KvK moet uiterlijk 15 mei in orde zijn. De akte van firma of maatschap kan echter nog steeds door RVO ter controle opgevraagd worden. De blokkerende zeggenschap moet daarom ook nog steeds in de akte goed opgenomen zijn.

    Blokkerende zeggenschap

    Eén van de voorwaarden voor de toekenning van extra bedrijfstoeslag is, dat de jonge landbouwer beschikt over “ blokkerende zeggenschap”. Een jonge landbouwer heeft een blokkerende zeggenschap, indien hij/zij ondernemersbeslissingen van meer dan € 25.000 kan tegen houden.
    Indien alle maten/vennoten onbeperkt bevoegd zijn, is er geen sprake van blokkerende zeggenschap en kan geen toeslag worden verkregen. Wanneer het gaat om een samenwerking van alleen jonge landbouwers, dan mogen alle maten of vennoten wel onbeperkt bevoegd zijn.

    Verder is er geen sprake van blokkerende zeggenschap, wanneer in de akte is opgenomen, dat de andere maten of vennoten de samenwerking eenzijdig kunnen opzeggen, zonder dat de Jonge landbouwer het zogenoemde voortzettingsrecht heeft. Hiervan is bijvoorbeeld sprake bij proefmaatschappen. Deze komen dus niet in aanmerking voor de extra jonge-boeren steun. Klik hier voor meer informatie.

    Jong en oud hebben elkaar nodig

    Een gemengde groep jongere en oudere boeren en tuinders verzamelden zich op 18 april 2017 in het LLTB Landbouwhuis te Roermond voor de start van het nieuwe, landelijke Agripoolnetwerk van LTO en NAJK. Klaas Johan Osinga van LTO Team Internationaal schreef een artikel hierover.

    De ontwikkeling van de landbouw vraagt samenwerking tussen jong en oud. De situatie in landbouworganisaties en –coöperaties verschilt daarbij niet zo gek veel van die in het gezin. Ouderen, met al hun ervaring, moeten durven open te staan voor kritiek, en jongeren moeten hun visie ontwikkelen en tonen.  Zij moeten namelijk er namelijk nog een halve eeuw mee door.

    Op 18 april was de start van het nieuwe, landelijke Agripoolnetwerk van LTO en NAJK. Agripoolers zijn deskundigen op een bepaald terrein die voor Agriterra voor korte tijd op pad gaan naar een project of organisatie voor advies, training of evaluatie. Leden van NAJK, ZLTO, LLTB en LTO Noord worden door Agriterra gerekruteerd. Agriterra is actief in 15 landen in Zuid-Amerika, Afrika en Azië. De organisatie is in 1998 opgericht door de LTO’s, NAJK, Zij Actief, Vrouwen van Nu en de Nederlandse Coöperatieve Raad (NCR).

    Na het welkom door LLTB-bestuurder Jan Veltmans leidde vruchtboomkweker Han Fleuren de bijeenkomst. Het thema “verjonging en vernieuwing” in de landbouw werd ingeleid door Bertine Schieven aan de hand van een studie door haar collega Nicole Sloot. Zij en Ilse Verhoijsen (Limburgs Agrarisch Jongeren Contact) waren op dat moment namens Agriterra op pad in Nepal. Het jaar 2017 is voor Agriterra het ‘Year of the Youth’.

    De jonge melkveehouders Marije Klaver en Roy Meijer, beide Agripooler, presenteerden hun visie op de positie van jonge boeren in coöperaties. Marije gaf aan dat het werk in jongerenraden van coöperaties (De Samenwerking, FrieslandCampina) haar veel heeft opgeleverd: “Je bent vaak al op de hoogte voordat iets in het nieuws komt”. De coöperatie heeft jongeren nodig voor ‘versnelling van verandering’.  Roy noemde als voordeel een financiering die makkelijker rond kwam want: “Jij hebt wat van de wereld gezien”.

    In de tweede helft van het programma werd in kleine groepjes nagedacht over praktijksituaties die Agripoolers tegenkomen. Dit leverde levendige discussie op over achterliggende factoren zoals de lokale cultuur en het imago van landbouw. “Waarom doet men wat men doet?”, is een vraag die de Agripooler zich vaak moet stellen.  Respecteer hiërarchie, luister goed en geef voorbeelden, waren enkele van de tips. Er rolde een lijst uit van ‘do’s’ en ‘don’ts’, zoals:

    –          Respecteer de relatie

    –          Pak de informele momenten

    –          Zet je westerse bril af

    –          Stel je open voor kritiek en verandering

    Marianne Koebrugge gaf het voorbeeld van een generatiekloof in Zimbabwe. Om de dorpsoudste te winnen voor een bepaalde idee, werd hij uitgenodigd in Nederland. Daarna werden de jongeren uitgenodigd. Uiteindelijk kreeg het project steun van de dorpsoudste. Dat lukte door respect te tonen voor de lokale cultuur. Maar ook door de tijd te nemen. “Wij als Nederlanders willen meestal te snel”.

    De positie van coöperaties in de land- en tuinbouw is niet voor vanzelfsprekend, zo bleek tijdens de discussies. Ook niet in Nederland. Niet iedereen gelooft in het coöperatieve model. Dit kan een terugkerend thema worden voor het nieuwe Agripoolnetwerk.

    De reacties op deze eerste netwerkbijeenkomst waren overwegend positief. Vóór, tijdens en na de bijeenkomst was er veel ruimte voor informeel contact tussen de Agripoolers. Dit is een doelstelling van het netwerk: Agripoolers leren elkaar kennen, wisselen informatie uit en leren van elkaar. Een andere doelstelling is om het draagvlak binnen LTO en NAJK voor het werk van Agriterra te behouden en versterken. Daarnaast kan het netwerk gaan dienen als platform voor vragen en discussies over internationale samenwerking en de positie daarin van boeren en tuinders wereldwijd. De volgende netwerkbijeenkomst wordt gepland voor het najaar van 2017.

    Klaas Johan Osinga