BLOG – Nederland zet in Argentinië de bloemetjes buiten!

Nederland zet in Argentinië de bloemetjes  buiten!

Dag 6 – 17 december 2016

Stress, we hebben het nog niet gekend deze reis maar vanochtend was het zover. Waar de laatste beneden kwamen om te ontbijten, werden deze direct doorverwezen naar de bus. Dit is ook niet typisch Argentijns, meer een gevolg van onze Nederlandse reisleidster. We wilden op tijd zijn voor het bezoek wat gepland stond aan een kweker van vaste kamerplanten.

Aangekomen bij de kwekerij Argenplugs, hadden we een taal technische meevaller. De eigenaar is een tweede generatie Nederlandse immigrant die ook een woordje Nederlands sprak. Zijn ouders hebben de kwekerij opgestart die door de broers met vallen, maar ook vooral met doorgaan wordt voortgezet. Het ‘vallen’ heeft te maken met de Argentijnse omstandigheden, onder andere de politieke en economische instabiliteit.

Vooral het verhaal over ondernemen in Argentinië komt bij dit bezoek naar voren, omdat niemand van ons in de kwekerijwereld thuis is.  Het zien van een kwekerij was daarom nieuw en interessant. Argenplus bestaat uit meerdere onderdelen. Allereerst het opkweken van plantjes van zaad tot stekje, kamerplanten en sierplanten importeren vanuit Nederland en verkopen in Latijns-Amerika en handelen in toebehorende materialen voor de plantenteelt. Veelvoorkomende planten in zijn kwekerij waren pioenrozen, viooltjes, afrikaantjes, geraniums en amaryllis bollen. Zijn kassen hebben een licht kasframe met plastic zeil en schaduwnetten, in tegenstelling tot de praktijk in Nederland waar het merendeel onder glas wordt geteeld, vanwege de koudere buitentemperatuur en lagere lichtinstraling. Om het juiste klimaat te creëren in de kas, maakt hij gebruik van  een Pad cooling systeem en verwarmingsbuizen onder de stelling met potjes.

Zijn laatste investering in het bedrijf is het produceren van plastic potjes voor zijn klanten en plastic trees om zijn eigen zaaizaad in op te kweken. De machine die hiervoor wordt gebruikt is geïmporteerd uit China, vanwege het eenvoudige gebruik en onderhoud. Geen poespas. Het gebrek aan kennis bij de leverancier van de geleverde machines, zorgde voor veel vertraging bij installatie en afstellen van de machine. Voor deze investering is gekozen om zelf de marge te kunnen pakken die gemaakt wordt bij het produceren van potjes en onafhankelijk te zijn van de Chinese producenten van plastic potjes.

Een groot verschil met Nederland zijn de financieringsmogelijkheden of eigenlijk het gebrek aan financieringsmogelijkheden. Hierdoor is hij er toe genoodzaakt om investeringen uit zijn cash flow te betalen. Om te kunnen blijven ondernemen moet hij een hoge marge rekenen, omdat er grote risico’s zijn bij transport, import/export, korte bewaarduur van zijn producten, de hoge inflatie (40%) en de lange betalingstermijn of onzekerheid in betalingen.

Het middagprogramma stond in het teken van de Argentijnse cultuur. We verzamelden ons in de luxe buitenwijken van Buenos Aires. Voor de mensen uit de stad is dit de plek om in de weekenden de drukke stad te ontvluchten. Een buitenwijk in de delta van rivier de Tigre, met een rijke geschiedenis en prachtige natuur. Al wandelend vertelde onze gids Sander over de geschiedenis en anekdotes van deze wijk. Vervolgens zijn we per boot verder gegaan om de Tigre te bewonderen. Het is duidelijk dat er een enorme rijkdom is geweest, maar geld voor onderhoud lijkt er nu niet meer te zijn. Een hoop vergane glorie. Scheepswrakken en andere rotzooi lijken bij de decoratie van dit prachtige gebied te horen.
Voor de terugreis was gekozen voor de trein, die ons zeker niet tegenviel. De verwachting was een slecht onderhouden trein aan te treffen waar flink in gezweet zou worden door het gebrek aan koeling. Volledig in lijn met de huidige staat van de rest van het spoorwegennet dat grotendeels vervallen is. Echter, de coupés waren gekoeld en in een nette staat.

Zoals gehoopt, sloten we de dag weer af met een lekkere steak.

Joop Ybema, Luuk de Gooijer en Marco Thiessen

BLOG – Jeepsafari tussen de koeien

Jeepsafari tussen de koeien

Argentinië dag 5 – 16 december 2016

Vandaag begon de dag Rosario. Vanuit Rosario zijn we een rivierdelta overgestoken. De dijk en de bruggen die ons door deze delta leiden, zijn aangelegd met inzet van Nederlandse kennis. Daarna volgden nog stoffige zandpaden en kwamen we uiteindelijk met een vieze bus aan bij Las Colas. Dit bedrijf is voornamelijk gericht op de vleesproductie en is onderdeel van het bedrijf Salentein. Het totale bedrijf heeft 22.000 hectare in eigendom en huurt er nog 20.000 bij, verspreid over 11 bedrijven.

Vandaag hebben we het bedrijf bezocht waar de koeien de laatste 90 dagen klaargemaakt worden voor de slacht. Op deze vestiging lopen er gemidddeld 3000-3500 koeien rond. Rond deze vestiging lag er 2400 hectare en was goed voor 70% van de voerproductie van de koeien. Het overige voer werd aangekocht. De koeien komen hier binnen op een leeftijd van 2 jaar en zijn dan ongeveer 300 kg zwaar. In de laatste negentig dagen groeien de koeien door tot 400 kg. De koeien krijgen een mix gevoerd van 20% snijmais, 35% maiskorrels,35% sojahullen, 9% zonnebloempitschroot en 1% premix.

Op deze locatie werken 12 mensen. Het is voor deze bedrijven lastig om goed personeel te vinden. Het personeel woont op het erf van de boerderij, maar veel jongeren verkiezen de stad boven het platteland. Om het personeel aan het bedrijf te binden wordt er naast de huisvesting ook het vervoer van de kinderen naar de school geregeld.  Op andere locaties wordt zelfs op de boerderij onderwijs gegeven. Ook het personeel krijgt een interne opleiding en cursussen aangeboden.

Op dit moment waren ze een betonnen Feedlot aan het bouwen om de benutting van het voer  mineralenefficiëntie te verbeteren. De mest kan in de nieuwe situatie beter opgevangen worden, zodat dit weer gebruikt kan worden als bemesting. Daarnaast liggen er plannen om een biogasinstallatie te bouwen. De mogelijkheid om stroom te leveren aan het electriciteitsnet is er echter nog niet in Argentinie.

Na het bedrijfsbezoek werd ook ditmaal de innerlijke mens niet vergeten. Een overheerlijke barbecue werd onze lunch. Deze vleesgerechten, broodjes en fruit met ijs konden we opeten in de schaduw van de bomen in de tuin van het bedrijf. Het is dus prima vertoeven in Argentinië.

Na het eten zijn we doorgereden naar Estancia Nueva. Op dit bedrijf verbleven de kalveren tussen de 200 en 300 kg. Van hieruit gaan ze naar het Feedlot, die we ’s ochtens bezocht hadden. Op Estancia Nueva liepen 10.000 koeien op 12.000 hectare. De bus was niet geschikt om de weide in te gaan. In de pickup cruisden we door de praïrie. En 12000 hectare is groot! De koeien graasden tussen de struisvogels, papegaaien, paarden, ooievaars en Argentijnse havik.

Sjoerd Reitsma, Sander Habing en John de Bruijckere

BLOG – Roadtrip to Rosario

Roadtrip to Rosario

Argentinië dag 4 – 15 december 2016, ‘From the seed to the world’ powered by united young farmers

Deze zonnige ochtend begon met een prachtige busreis om 06:00 uur richting Rueda. Onderweg zijn we ontvangen door agrarische jongeren van de Federal Agricultural Argentinos (FAA) en de coöperatie Agricultures Federados Argentinos (AFA). Samen met hen hebben we de enige verwerkingsfabriek bezocht waar popcorn-maïs, bonen, linzen en doperwten worden verwerkt. Dit gebeurt voor zowel de Argentijnse markt en export met name naar Brazilië.

De AFA is vertegenwoordigt in 9 provincies en heeft 123 fabrieken. De coöperatie biedt werkgelegenheid voor 1600 mensen. De totale coöperatie is opgericht in 1932 door 28 boeren. Tegenwoordig heeft de AFA 38.000 leden, waarvan de gemiddelde leeftijd 60 jaar is. Het is een coöperatie die de belangen van de ‘kleine’ boer behartigt (100-120 hectare per bedrijf). Samen kunnen ze concurreren met de groot grondbezitters die meer dan 1000 hectare in bezit hebben. Over het algemeen wordt het land gehuurd door de kleine boer. Het voordeel voor de kleine boer is dat deze gebruik kan maken van teeltbegeleiding van een specialist van de AFA. Hierdoor wordt de opbrengst, de logistiek en verwerking verder geoptimaliseerd. Met in totaal 130 teeltspecialisten begeleidt de AFA van zaaien tot oogst.

De AFA en telers maken contracten over de eisen en kwaliteit van de producten. De boer is niet verplicht om aan de AFA te leveren. Voor de teler is de prijsopbouw transparant en inzichtelijk te zien op een website. Door de gunstige prijs van soja is er de afgelopen jaren grootschalig sojaproductie ontstaan waardoor er te weinig vruchtwisseling is toegepast en de bodemvruchtbaarheid achteruit is gegaan. De hoeveelheid die anderhalf jaar geleden geëxporteerd werd was 7.000 ton. Vanwege de opgeheven exportheffingen door de nieuwe overheid is dit gestegen tot 26.000 ton eindproduct. Vanuit de wereld neemt het vertrouwen om met Argentinië samen te werken toe. Met de fabriek voor de verwerking van bonen en zaden proberen ze waarde toe te voegen aan de markt.

Het vruchtwisselingsplan welke AFA adviseert is om tijdens de eerste oogst bonen of doperwten te verbouwen en bijvoorbeeld de tweede oogst van het jaar soja. Het meest gangbaar bij de overige fabrieken is om alleen soja, mais en tarwe te verbouwen. De opbrengst per oogst is voor erwten rond de 3000 kg per hectare en van linzen 2300 kg per hectare. Dit verschilt natuurlijk per gebied. In de tabel hieronder zijn de meest typerende gewassen per regio uitgezet.

Regio Gewassen
Noorden (Formosa & Chaco Uien, bananen, matte thee, fruit

Midden (Cordoba, Pampa’s & zuiden provincie BA)

Entre Rios

Aardappels (pootgoed en friet )

Soja, maïs, tarwe, vleesvee, appels, peren, kersen en schapen.

Citroenen

Westen (Tucuman, Mendosa) Wijnproductie, suikerriet, citroenen
Zuiden Schapen, weinig productie max 15 graden

Na de lunch met mate thee waarbij we door een rietje allemaal uit een kop mochten drinken, kregen we een rondleiding door de moderne fabriek. Met helm en oordoppen op hebben we de verwerking van doperwten gezien, van laboratorium tot verpakking. De doperwten worden geselecteerd op gewicht, kleur en grootte. De restproducten voor de consumentenproductie wordt verwerkt tot veevoer. Het opstapelen gebeurt met volautomatische opstapelrobots. Bij aanvoer van het product wordt de vrachtwagen gewogen en bemonsterd waarna de vracht wordt gelost eerst in een opslag (14.000 ton op het terrein). De grootste oogst van de bonen en zaden wordt direct van het land naar de fabriek gebracht. De transportkosten wordt betaald door de boer zelf. De winst van de coöperatie wordt gebruikt voor de verbetering van de opslag, opvangen van tegenvallende oogsten en een compensatie van transportkosten voor boeren die meer dan 500 kilometer van de fabriek gelegen zijn. De raad beslist ieder jaar hoe deze winst verdeeld wordt.

Na de rondleiding zijn we ontvangen op het hoofdkantoor van AFA in Rosario. Hier hebben wij als NAJK voorgesteld wie we zijn en wat we doen met behulp van diverse foto’s. De exportmanager van de AFA en de jongeren waren geïnteresseerd in bijvoorbeeld hoe wij de waterstanden in ons land regelen of wat de overheid de Nederlandse boer opdraagt. We hebben kennis uitgewisseld tussen de Argentijnse en Nederlandse landbouw. Wat opviel is dat zelfs de exportmanager geen Engels spreekt en de jongeren ook niet. We hadden onze tolk dus zeker nodig.

Daarna zijn we 5 blokjes omgegaan naar het gebouw van de FAA en hebben we kennis uitgewisseld met de Argentijnse jongeren. Iedere geïnteresseerde mag lid worden van FAA. De FAA bestaat uit 15.000 leden en is opgedeeld in 16 districten, afhankelijk van de sector.

De FAA behartigd de belangen van jongeren van de kleine bedrijven. Zij proberen hun stem te laten horen richting de overheid en de burgers. De jongeren hebben enige wantrouwen richting de overheid die belooft de landbouw te bevorderen. Dit in verband met het verleden. In het belang van een leefbaar platteland zet de FAA zich in voor het behoud van de kleine agrariër om de werkgelegenheid in de dorpen te behouden en daarbij zoeken zij steun bij de overheid. Burgerprojecten zoals eten bij de boer vonden de jongeren bijzonder om te zien. Zij zijn bezig om het nut van het gebruik van gewasbescherming en de voor- en nadelen hiervan uit te leggen aan de burgers. De FAA gaat vaak naar beurzen, organiseren brainstorm-congressen, kampen en trainingen.

De agrarische opleidingen sluiten niet aan bij de praktijk. Er is weinig landbouwonderwijs waardoor de jongeren naar de stad toe trekken. Er is alleen een universiteit voor veeartsen, managers en agro-economen. De kennis wordt nu uitgewisseld met de oudere generatie waardoor er weinig innovatie is op de bedrijven. De jongeren hebben voor hun eigen bedrijf nog geen visie en missie waar ze naar toe willen. Bedrijfsovername vindt pas plaats na overlijden van de oudere generatie. De grond wordt steeds duurder en de banken willen niet veel lenen door de instabiele economie zoals de hoge inflatie. Hierdoor is het zeer moeilijk om een eigen bedrijf te starten.

Aan het eind van de dag hebben wij een klein boekje overhandigt met oudhollandse gerechten en de toeristische highlights van Nederland. Wij zijn voorzien van twee tassen vol met informatie materiaal, twee Spaanse boeken en een mooie Argentijnse hoed.

Hasta la vista!
Cor-Peter Feitsma, Luuk de Gooijer & Jantine Haverkamp

BLOG – Van vers fruit tot kleverige pizza

Van vers fruit tot kleverige pizza

Argentinië dag 3 – 14 december 2016

Deze dag startten we  bij Mercado Central, een hartelijk ontvangst door de president onder toeziend oog van een fanatieke fotograaf. Mercado Central is de markt van de overheid, voor groente en fruit, die tussenkomst geeft voor producent en supermarkt. Over het land verdeeld zijn er drie van deze markten, het seizoen bepaalt uit welke regio van Argentinië het groente en fruit vandaan komt.

Na de korte uitleg vervolgt de rondleiding door het lokale fitness centrum(Mercado Central), kratje stapelen, trolley duwen en handjeklap waren de sporten.  Het enorme handwerk valt meteen op. Enorme hallen met in totaal 900 kraampjes, welke verhuurt waren aan de handelaren.  Groente en fruit wordt voor een groot gedeelte gedaan door Bolivianen, wat ook op deze markt opvalt. Prijsvorming gaat hier door vraag en aanbod. Van aardappel tot knoflook, alle producten worden ’s nachts binnengebracht en om 4.00 start de handel, tot ’s middags 15.00.  De prijzen en kwaliteit zijn bij opening het hoogst, waarna ze later dalen.

Fabio Fabri geeft ons na de rondleiding uitleg over het ontstaan van de markt en de toekomstplannen. Het idee is dat zowel via spoor, weg en water kan worden aan- en afgevoerd en dat alleen belanghebbende toegang krijgen tot de markt. Hiervoor zal fors geïnvesteerd moeten worden, of dit haalbaar is zal de toekomst uitwijzen. Fabio Fabri geeft ons daarom als tip mee over een aantal jaar terug te komen.

Vanaf Mercado Central gaan we op weg naar Farm Frites.  Onderweg maken we een stop bij  een rivier. Deze is 220km breed en komt uit bij de Atlantische oceaan.
We maken van de gelegenheid gebruik om  een broodje te eten bij een wegrestaurant. Broodje eten is,  een stuk vlees wat je bord vult en een klein stukje brood.

Farm frites heeft een patatfabriek midden in een woonwijk van Buenos Aires. Directeur  Federico Peralta Ramos ontvangt ons hier. Gevoel voor humor hebben de Argentijnen zeker, als clown verkleed mogen we het proces bekijken. Een moderne fabriek in een oud jasje, waar 24 uur per dag 7 dagen in de week in productie is. Dagelijks passeren 12 vrachtwagens de poort, afkomstig van 50 verschillende boeren grotendeels gecontracteerd. Het ras dat de boeren telen is natuurlijk Nederlands. 70% wordt gemaakt van Innovator, daarnaast worden rassen als Russet, Burbank, Spunta en Asterix gebruikt. De aanvoer is 100.000 ton per jaar, hiervan wordt 55.000 ton eindproduct afgeleverd. 75% hiervan wordt geëxporteerd naar Brazilië.

Na  het bezoek bij Farm frites zijn we naar de jumbo supermarkt geweest. Het eten in de supermarkt zag er veel slechter uit als op de Mercado Central. Hier lag het eten overal langs.  Wel in het schap maar niet netjes gesorteerd. Verder waren er veel vliegen en lagen er veel bedorven producten in het schap. 500 peso ( 29 euro)  wisselen was ook een ramp.

Als kers op de kaart werd er een presentatie gegeven door een Chinese vleesexporteur. We belanden ergens in een achterbuurt waar de Nederlandse kroeg “Van Koning” gevestigd was. De deur was op slot dus vervolgden we onze kroegentocht bij  de kroeg op de hoek van de straat.  Na enige vertraging door een lege brandstoftank met de Nederlandse stagiair Ruben startte de paneldiscussie met pittige dame, mevrouw Mercedes. De koeien waar in Argentinië en Europa geen markt voor is worden door deze Chinese vleesexporteur verwerkt en verhandeld voor de Chinese middenklasse. Onder het genot van pizza’s en Argentijnse bitterballen ontbrandde een stevige discussie over de Argentijnse landbouw en de uitdagingen die er nog liggen. Paul Kok van Omnivent en Pepijn van Agrivalue. Paul Kok, commercieel directeur van Omnivent gaf een introductie over de aardappelbewaring, dit is een hele uitdaging om dat in Argentinie voor elkaar te krijgen door het gebrek aan kennis, waar we in Nederland uitblinken over onze kennis van aardappelteelt en bewaring.  Een gedeelte van de groep heeft de dag afgesloten in het nachtleven van Buenos Aires.

Henri van den Boomen, Kasper Bouwmeester en Joop Ybema

BLOG – Van biefstuk tot rauwe ham

Van biefstuk tot rauwe ham

Dag 2 Argentinië

Na het ontbijt vertrokken wij om 7 uur per bus naar het stadsdeel Valeria Tarello in Buenos Aires.  Hier bezochten we een veemarkt voor slachtvee genaamd ‘Mercado de Liniers’. Het bedrijf bestaat al sinds 1901 en is sinds die tijd gevestigd midden in de stad, omdat het houden en verhandelen van vee een grote economische activiteit is rondom Buenos Aires. De markt heeft op dit moment een oppervlakte van 34 hectare. In de toekomst is het de bedoeling om 25 km buiten de stad te gaan vestigen om op die manier efficiënter te kunnen werken en meer markt aandeel te kunnen krijgen. Zo zullen de houten hokken worden vervangen door metalen hokken en kan de aanpak van track & tracing gemoderniseerd worden. De voornaamste reden waarom de verplaatsing naar een nieuwe vestiging nog niet eerder heeft plaatsgevonden is dat de vergunningverlening onder de vorige regering zeer moeilijk was. Ze zijn al 10 jaar bezig met de vergunningaanvraag en verwachten binnenkort onder de nieuwe regering groen licht te krijgen. Alle werknemers zijn lokale mensen waarvan een groot deel generaties werkzaam waren voor de veemarkt. Verplaatsing heeft daarom consequenties voor de werknemers.

Vraag en aanbod van vee komt in Argentinië vaak bij elkaar op markten. Tussenhandelaren halen de koeien op van de boeren en huren hun eigen stukje markt waar ze de dieren verhandelen aan de slachterijen. Ongeveer 30 inkopers van slachterijen lopen achter de marktkoopman aan en de marktkoopman noemt een steeds hogere prijs totdat geen inkoper de hand meer opsteekt. Verkocht!

Op de markt die wij bezochten wordt ongeveer 85% van alle runderen in Argentinië verhandeld. 15% wordt geëxporteerd naar omringende landen. Deze markt is nodig omdat er veel kleine slachterijen zijn in Argentinië en de slachterijen niet de macht hebben om hun eigen prijs te hanteren voor inkoop van de dieren. Daarnaast wantrouwen Argentijnen ook de grote wellicht aan politiek gekoppelde bedrijven. Op drukke dagen worden er 10.000 koeien op een dag verhandeld. Deze dieren komen de avond en nacht van tevoren aan en worden ’s ochtends verhandeld. Op het bedrijf zijn 2300 mensen werkzaam bij het vee en 160 mensen verzorgen de administratie.

De runderen die aangeboden worden zijn vaak rond de 2,5 jaar oud en wegen ongeveer 350 kg. Ze worden relatief jong geslacht omdat er dan een malse smaak aan het vlees zit. Hier komt de typische smaak van de Argentijnse steak vandaan, waar de Argentijnen trots op zijn. Die smaak hebben wij gisteravond ook beoordeeld en ze mogen met rechts trots zijn op hun steak! De gemiddelde prijs die de boeren ontvangen is 25 peso per kg levend gewicht omgerekend komt dit neer op € 1,50 per kg. Met een inslachtingspercentage van 45% is dit ongeveer 2.70 per kg geslacht gewicht.

Na het eten reisden we door naar de plaats General Las Heras. Wij hebben hier een rondleiding gehad bij het varkensvleesverwerkingsbedrijf ‘Gubana Argentina’. Deze verwerking is onderdeel van een integratie van 6000 zeugen en is weer een dochteronderneming van de Lenesma Group. Eerst werd er een presentatie gegeven over het bedrijf, gevolgd door een rondleiding door de vleesverwerkingsfabriek. Deze integratie is één van de weinige integraties in Argentinië. Het bedrijf bestaat uit 3 locaties. Het gesloten varkensbedrijf, de slachterij en de vleesverwerking.

Bij ‘Gubana Argentina’ focussen ze zich op twee dingen, namelijk zelf varkens mesten en zelf de complete keten in eigen hand houden. Op het bedrijf zijn in totaal 500 werknemers, waarvan 200 werkzaam op het varkensbedrijf en 300 werknemers in de slachterij en vleesverwerking.

Gesloten varkensbedrijf

Het zeugenbedrijf heeft PIC als uitgangsmateriaal en heeft een eigen voerfabriek. Het rantsoen bestaat grotendeels uit tarwe en soja. Het bedrijf is volledig SPF, dus vrij van virusziekten. Het klimaat is in de regio rondom Buenos Aires gematigd met niet te tropische zomers en milde winters. Kortom, op het eerste gezicht uitstekende omstandigheden om varkens te houden. De technische resultaten van het bedrijf zijn uitstekend met minder dan 10% uitval in het gehele traject van kraamstal, biggenstal en vleesvarkens. De productie is 30 gespeende biggen per zeug per jaar en de voederconversie per kg vlees inclusief het voer voor de zeugen is 2.40. met één kanttekening dat er veel personeel aanwezig is. Zoals eerder ook al vermeld zijn er op het zeugenbedrijf 200 werknemers. De kostprijs per kg vlees voor het slachten is 1.50 USD. Voorheen was dit ongeveer 1 USD per kg vlees. De stijging komt door de nieuwe politieke wind (lees het verslag van dag 1). De nieuwe regering wil een open economie. Exportrestituties zijn afgezwakt en de importheffingen zijn verdwenen. Hierdoor is het voer duurder geworden en daarmee de kostprijs. Doordat Rusland de grens heeft gesloten voor import van varkensvlees, bleef Brazilië met een grote voorraad varkensvlees zitten. Door de nieuwe regering werd het mogelijke voor Brazilië varkensvlees te exporteren naar Argentinië. Argentijnse varkensboeren hebben het hierdoor nu moeilijk. Voorheen konden de varkensboeren elk jaar geld verdienen maar door de competitie op de wereldmarkt is dit veel moeilijker geworden. De conclusie voor ‘Gabana Argentina’ is dat de efficiëntie omhoog moet om te kunnen concurreren met de wereldmarkt.

Het bedrijf wat wij bezochten is niet een typisch Argentijns varkensbedrijf. In Argentinië zijn ongeveer 700.000 zeugen waarvan ongeveer 80% van de zeugen op bedrijven gehouden worden met minder dan 200 zeugen. Een Braziliaanse integratie is sinds kort begonnen in Argentinië met 8000 zeugen. Het lijkt een kwestie van tijd dat meer buitenlandse partijen inspringen op de mogelijkheden voor het produceren van varkensvlees voor een lage kostprijs. Dit komt ook deels doordat de consumptie van varkensvlees onder de consumenten in Argentinië toeneemt. Dit heeft twee redenen, enerzijds is de prijs van varkensvlees ten opzichte van rundvlees gunstiger geworden voor de consument, anderzijds heeft de varkensindustrie haar varkensvlees goed gepromoot. De Argentijnse consument is zich niet bewust van hoe en waar het vlees geproduceerd wordt. Men eet wat beschikbaar is voor een gunstige prijs en dit betekent dat niet altijd gekozen wordt voor vlees van Argentijnse afkomst.

Slachterij en verwerking

Op een andere locatie is de slachterij hier worden ongeveer 900 varkens per dag geslacht en tijdens het bezoek ongeveer 1000 varkens per dag door de grotere vraag naar varkensvlees tijdens de kerst. Bij de verwerking zagen wij hoe de halve karkassen verder uitgebeend werden tot verse producten en verwerkte producten. Ook hebben wij gezien dat ‘Gabana Argentina’ bezig is om een nieuw product op te zetten met toegevoegde waarde, namelijk Argentijns gerijpte rauwe ham. De hammen worden eerst in zout opgeslagen en daarna 12 tot 14 maanden gedroogd waarna ze klaar zijn voor de verkoop als gehele ham of in kleinere stukken. Dit is een mooi voorbeeld van extra waarde toevoegen aan het eind van de keten.

Krista Berghuis, Jeroen Schuldink en Marco Thiessen

Voorgenomen fosfaatreductieplan zuivelsector

De zuivelsector heeft de afgelopen weken een pakket van maatregelen samengesteld om de fosfaatproductie door de melkveehouderij in 2017 substantieel te verminderen. Betrokken partijen zijn: het Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt (NAJK), LTO Nederland, Nederlandse Melkveehouders Vakbond (NMV), Nederlandse Zuivel Organisatie (NZO), Nevedi, de banken en het Ministerie van Economische Zaken. Gezamenlijk hebben zij een plan opgesteld dat ingrijpend is voor alle betrokkenen, maar ook noodzakelijk.

De leden van ketenorganisatie ZuivelNL (NZO, LTO Nederland en de NMV) verwachten hun deel van het fosfaatreductieplan volgende week te kunnen voltooien. Samen met NAJK en het Ministerie van Economische Zaken leggen zij de laatste hand aan een pakket van maatregelen om de fosfaatproductie door de melkveehouderij in 2017 te verminderen. “Het is goed dat er stappen worden gezet door zuivelondernemingen”, aldus Bart van der Hoog, dagelijks bestuurder van NAJK met de portefeuille melkveehouderij. NAJK heeft zich ingezet op een maximering van de GVE-reductieregeling. Van der Hoog “Hierdoor worden recent gestarte- en gegroeide bedrijven niet buitenproportioneel getroffen.” De GVE-regeling wordt in stappen ingevoerd, tot maximaal 20 procent in de derde periode van 2017.

Solidariteitsheffing

Het Fosfaatreductieplan ZuivelNL stimuleert melkveehouders tot een krimp van hun veestapel indien zij meer koeien en jongvee op hun bedrijf hebben dan op 2 juli 2015 min 4%. Veehouders die hun veestapel niet of onvoldoende aanpassen worden gekort op het uit te keren melkgeld. Melkveebedrijven die de gewenste krimp van hun veestapel hebben gerealiseerd in 2017 worden vrijgesteld van de maatregelen en ontvangen een bonus. Hoe eerder in 2017 de krimp wordt gerealiseerd, hoe hoger de bonus. Van der Hoog: “Om krimp te stimuleren is het goed dat er een solidariteitsheffing is die als bonus wordt ingezet voor bedrijven die vrijwillig minder koeien gaan houden.” Bedrijven die in 2015 geen fosfaatoverschot hadden volgens de definitie van de meststoffenwet en dus grondgebonden zijn, hoeven geen krimp te realiseren ten opzichte van hun veebezetting op 2 juli 2015.

LTO Nederland, NMV, NAJK en de bij de NZO aangesloten zuivelondernemingen leggen het Fosfaatreductieplan ZuivelNL ter besluitvorming voor aan hun bestuurlijke organen.

Vermindering 8,2 miljoen kg fosfaat

Het Fosfaatreductieplan ZuivelNL is onderdeel van een pakket van maatregelen dat samen met de bedrijfsbeëindigers- en krimpregeling en de fosfaatreductie door de veevoersector leidt tot een vermindering van 8,2 miljoen kilogram fosfaat. De maatregelen gelden uitsluitend voor 2017. Vanaf 1 januari 2018 wordt de fosfaatproductie door de melkveehouderij beperkt via het wettelijk fosfaatrechtenstelsel dat begin december 2016 werd aangenomen door de Tweede Kamer.

Belangrijk onderdeel van het Fosfaatreductieplan ZuivelNL wordt een algemeen verbindend verklaring (AVV) voor de maatregelen die de zuivelondernemingen willen nemen voor fosfaatreductie. Met een dergelijke verklaring gaan de maatregelen gelden voor alle zuivelondernemingen en melkveehouders in Nederland. ZuivelNL verwacht deze week of volgende week een aanvraag voor de AVV in te dienen bij het ministerie van Economische Zaken. De AVV zal (na een toets door de Europese Commissie) zo spoedig mogelijk, maar gelet op de te doorlopen procedure, naar verwachting op 1 maart 2017 in werking kunnen treden.

Lees hier alle ins en outs van het voorgenomen fosfaatreductieplan:

BLOG – Landbouw zit Argentinië in de genen

Landbouw zit Argentinië in de genen

Dag 1 Argentinië

Na een 18uur durende vlucht kwamen we aan op het vliegveld van Buenos Aires. We werden op gewacht door Marloes die deze week onze tolk zal zijn.

Langs de op elkaar gestapelde huizen in de voorsteden kwamen we na een korte file aan bij ons hotel in de wijk San Telmo. Nadat we ons even snel hebben opgefrist gingen we richting een Argentijnse lunch. Daar kregen we veel verschillende typische gerechtjes voor geschoteld. Het eten komt wel goed deze reis!

Daarna vervolgden wij onze weg naar de Nederlandse ambassade. Hier werden we opgewacht door Bart Vrolijk. Hij is hoofd van de landbouwraad van Argentinië, Uruguay en Paraguay. Op de Nederlandse ambassade hebben we gesproken over de kansen en bedreigingen van Argentinië. Argentinië is 2x zo groot als Duitsland, Frankrijk en Spanje bij elkaar. De grootste exportproducten zijn soja en pinda’s.

In 2001 is Argentinië failliet verklaard. De inflatie steeg naar ongekende hoogten. De vorige regering met Christina Kirchner als president was de landbouw en boeren niet goed gezind. Dit wil zeggen dat ze de landbouw niet alleen niet stimuleerde, maar juist tegenwerkte. Dit gebeurde vooral via exportheffingen. Om zo staatsinkomsten te genereren. Met de sinds een jaar gekozen nieuwe regering is er een heel andere wind gaan waaien in Argentinië. De exportheffingen worden afgebouwd en de landbouw gaat zich weer steeds meer op de export richten. Zoals gezegd vooral GMO soja, maar ook veel graan en rundvlees. Naar Nederland komt vooral het sojameel. De landbouw maakt momenteel ruim de helft uit van het nationale inkomen.

De ambassade houdt zich vooral bezig met de belangen van Nederlandse bedrijven voor de Argentijnse markt. Het gaat hierbij om onder andere bedrijven actief in tuinbouwzaden en landbouwmachines. Ook de pootgoedsector wil graag voet aan wal krijgen. Maar door een fytosanitaire stop een aantal jaar geleden is dat tot nu toe niet gelukt. Maar de verwachting is dat de importstop er binnen niet al te lange tijd af gaat. De toekomstverwachting is ambitieus. Van alle producten worden hogere productievolumes verwacht de komende jaren. Er is dan ook veel potentieel zowel op het gebied van efficiëntie als onbenutte landbouwgrond.
Daarnaast heerst er in Argentinië een grote informele economie (zwarte markt). Bedrijven en personen zijn niet geregistreerd waardoor ze ook geen belasting betalen. De overheid probeert deze bedrijven in kaart te brengen, maar omdat er dit zoveel zijn valt dit niet mee. Ook corruptie viert nog steeds hoogtij, maar ook dat probeert de huidige regering tegen te gaan.

Kortom, Argentinië is een echt landbouwland met veel potentie. Zie ook de onderstaande link voor meer informatie vanuit de Nederlandse Landbouwraad in Argentinië (www.agroberichtenbuitenland.nl/argentinie). Het was in ieder geval een interessant eerste bezoek en een mooie voorbereiding op de rest van de reis.

Paulien van Beesten, John de Bruijckere en Doeko van ‘t Westeinde

Wat deed NAJK voor jou in november?

Iedereen bij NAJK zet zich dag in dag uit voor 100% in voor jou als lid. We zorgen bijvoorbeeld voor het materiaal, achtergrondinformatie en gespreksleiders voor interessante bijeenkomsten of discussieavonden, ontwikkelen trainingen en cursussen, regelen winacties en behartigen jouw belangen in Den Haag of Brussel. Wat deed NAJK voor jou in november? Hier een kleine greep uit alle activiteiten:

  • NAJK was aanwezig op de Rundvee en Mechanisatie Vakdagen in Hardenberg en Gorinchem. Dankzij de inzet van bevlogen vrijwilligers hebben we veel nieuwe leden mogen verwelkomen.
  • Iris Bouwers, dagelijks bestuurder NAJK met de portefeuille internationaal, heeft bij de voorzitter van de Europese Commissie, Jean-Claude Juncker, aandacht gevraagd voor jonge boeren en tuinders in het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid.
  • In november zijn door het hele land discussieavonden gehouden over het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid na 2020. Iris Bouwers gaf presentaties over het GLB en leidde de discussie.
  • Op 23 november organiseerde NAJK het Boer zoekt Boer-overnamecafé. Tijdens het overnamecafé spraken verschillende experts over thema’s rondom buiten familiaire bedrijfsovername.
  • NAJK heeft diverse bijeenkomsten op het ministerie over het 6e actieprogramma bijgewoond en met verschillende partijen over het actieprogramma gesproken. Het 6e actieprogramma treed 1 januari 2018 in werking.

Wat zal NAJK voor jou doen in december?

Natuurlijk zal in december ook veel door NAJK worden georganiseerd. Lees het laatste nieuws op de NAJK-website. Hierbij alvast een voorproefje:

  • In december valt de nieuwste editie van de BNDR bij jou op de mat. Het thema? Financiering van bedrijfsopvolging. Ook in de BNDR het jaaroverzicht 2016.
  • Na een zeer geslaagde uitwisseling tussen jonge agrariërs en de beleidsmedewerkers van het ministerie van Economische Zeken in 2015, organiseert NAJK dit jaar weer een praktijkdag voor ambtenaren. Dit jaar op 20 december. Mag een ambtenaar bij jou de handen uit de mouwen komen steken? Meld je dan uiterlijk 10 december aan via het aanmeldformulier.
  • Tijdens de Algemene Ledenvergadering zullen de afgevaardigden van de provinciale AJK’s de begroting van NAJK over 2017 vaststellen.
  • Iris Bouwers is op 22 december een van de panelleden tijdens de LTO Noord regiodag. Hoofdgast van de dag en ook panellid is Eurocommissaris van landbouw Phill Hogan.

Kamer geeft steun voor KringloopWijzer en voer-mestcontracten

Dinsdagmiddag 6 december heeft de Tweede Kamer ingestemd met het fosfaatrechtenstelsel en de Wet grondgebonden groei. Na een lange tijd van onzekerheid en met name onduidelijkheid kunnen we nu voorzichtig vooruitkijken. Per 1 januari 2018 gaat het stelsel van fosfaatrechten in werking. NAJK is tevreden over het opnemen van de KringloopWijzer in het stelsel en het opnemen van voer-mest contracten in de Wet grondgebonden groei. Ondanks dat het stelsel ingrijpend is, bevat het ontwikkelmogelijkheden voor jongen boeren.

KringloopWijzer opgenomen

Het voorstel van CDA en ChristenUnie om de KringloopWijzer op te nemen in het stelsel van fosfaatrechten kon op voldoende steun rekenen. Ook NAJK is verheugd dat de KringloopWijzer bij de invoering wordt ingezet. “Het opnemen van de KringloopWijzer in het fosfaatrechtenstelsel zorgt voor meer ruimte bij bedrijven die sturen op fosfaatefficiëntie. Op deze manier kan een deel van de generieke korting worden opgevangen”, aldus Bart van der Hoog, dagelijks bestuurder NAJK met de portefeuille melkveehouderij.

Grondgebondenheid

Er werd al verwacht dat grondgebonden melkveehouders bij de introductie zouden worden ontzien van een generieke korting. Het kwam dan ook niet als een verrassing dat het amendement van ChristenUnie en D66 op voldoende steun kon rekenen.

Fosfaatbank voor jonge melkveehouders

In het door staatssecretaris Van Dam voorgelegde wetsvoorstel zou de fosfaatbank ontheffingen verlenen op basis van duurzaamheids- en dierenwelzijnseisen. Door het amendement van CDA en CU zijn deze eisen komen te vervallen. De fosfaatbank gaat gelden voor jonge melkveehouders en grondgebondenbedrijven. Op hoeveel rechten jonge melkveehouders aanspraak kunnen maken is nog onduidelijk. Wel is zeker dat de kansen toenemen door het schrappen van de twee eisen: duurzaamheid en dierwelzijn. “Het is een goede stap dat de fosfaatbank zich in 2018 ook gaat richten op jonge melkveehouders. Dit biedt extra ruimte voor jonge melkveehouders. Zij dienen de toekomst van de melkveehouderij”, aldus Van der Hoog.

Vervallen fosfaatrechten

Het amendement van de VVD aangenomen. Dit houdt in dat wanneer de derogatie vervalt ook het stelsel van fosfaatrechten komt te vervallen. Ook het amendement van de SGP is aangenomen waardoor een einddatum in de wet voor 2023 is opgenomen als blijkt dat op dat moment fosfaatrechten niet meer nodig zijn. Bijkomend voordeel is dat doormiddel van een einddatum de weg open ligt om fosfaatrechten afschrijfbaar te maken.

Wet grondgebonden groei melkveehouderij

Met een brede steun vanuit de Tweede Kamer werd tijdens de stemmingen eveneens de Wet grondgebonden groei aangenomen. Ook is besloten dat de voer-mestcontracten een plaats krijgen binnen deze wet. Van der Hoog: “Wij zijn erg blij dat er naast het kopen of pachten van grond een extra optie komt in de wet om groei te verantwoorden. Zeker voor jonge melkveehouders, die vaak niet in de kapitaalkrachtige positie zijn, geeft dit extra mogelijkheden om het bedrijf te ontwikkelen.” De precieze invulling van de voer-mestcontracten wordt nog uitgewerkt. Bekend is dat het gaat om een afstand van 20 km waarbinnen een bedrijf regionale samenwerking mag aangaan.

Marathondebat over fosfaatwet

Op donderdag 1 december 2016 is de wet fosfaatrechten besproken in de Tweede Kamer. Een ruim 10 uur durend debat. “Het was een lange zit, maar wij zijn tevreden over het verloop van het debat. Een aantal belangrijke aspecten die NAJK heeft aangedragen is behandeld en kon op steun van de Kamerleden rekenen”, aldus Bart van der Hoog, dagelijks bestuurder NAJK met de portefeuille melkveehouderij.

Grondgebonden melkveebedrijven

Tijdens het marathondebat in de Tweede Kamer heeft de Kamer haar steun uitgesproken voor het geheel ontzien van grondgebonden melkveebedrijven van een generieke korting bij de introductie van het fosfaatrechtenstelsel. Het kortingspercentage zal volgens staatssecretaris Van Dam van Economische Zaken voor de niet-grondgebonden melkveebedrijven waarschijnlijk 2,5% hoger uitvallen wanneer de kamer het amendement hierover aanneemt. Hoe hoog de generieke korting wordt is volgens de staatssecretaris nog niet te berekenen.

KringloopWijzer

De staatssecretaris heeft aangegeven zich in te zetten voor het toepasbaar maken van de bedrijfsspecifieke verantwoording door middel van de KringloopWijzer binnen het fosfaatrechtenstelsel. “NAJK is altijd al groot voorstander geweest van deze bedrijfsspecifieke verantwoording. Het biedt ruimte om voer- en managementmaatregelen toe te passen die ontwikkelingsruimte geven”, aldus Van der Hoog. De staatssecretaris heeft aangegeven dat de Commissie Deskundigen Meststoffenwet (CDM) dit jaar met een wetenschappelijke beoordeling komt van de rekenregels. Daarbij moet de melkveehouderijsector de borging voor haar rekening nemen. Van der Hoog: “Als deze twee zaken met goed gevolg zijn gedaan, staat niets de toepassing van KringloopWijzer per 1 januari 2018 in de weg.”

Voer-mest contracten

Tijdens het debat is ook veelvuldig gesproken over het amendement van CDA en CU om voer-mest contracten op te nemen in de Wet grondgebonden groei melkveehouderij. Voer-mest contracten mogen in een straal van 20 kilometer rondom het melkveebedrijf worden afgesloten. Van der Hoog: “Het lijkt erop dat de Kamer dit amendement gaat steunen, temeer omdat op deze manier regionale grondgebonden groei wordt gestimuleerd. NAJK heeft zich in de afgelopen jaren ingezet voor het opnemen van deze mogelijkheid. Het geeft jonge melkveehouders meer mogelijkheden naast het kopen en pachten van grond.’’

Dinsdag 6 december 22016 wordt er gestemd over de ingediende amendementen.