“Gewasbescherming is noodzakelijk in onze teelt”

Johan de Jong teelt 36 hectare appels en peren

Op 36 hectare in Leerbroek, Harmelen en Kedichem teelt Johan de Jong (28) in VOF met zijn ouders en broer zeven rassen appels en peren. Op de hoofdlocatie van fruitbedrijf De Jong in Leerbroek wordt naast de boomgaard gewerkt aan het koelen, sorteren, verpakken, verkopen en transporteren van hardfruit voor eigen bedrijf en voor derden. Johan is verantwoordelijk voor de teelt van het fruit en het toedienen van gewasbeschermingsmiddelen in de boomgaard.

Tekst en beeld: Ellen van den Manacker

Groei

“Naast de fruitteelt, verzorgen we ook dienstverlening als koelen, sorteren en verpakken voor andere fruitbedrijven”, vertelt Johan. Vanuit de toenemende vraag voor deze dienstverlening is het bedrijf van familie De Jong in de afgelopen vijftien jaar enorm gegroeid. Inmiddels telen ze op 36 hectare appels en peren, daarnaast koelen, sorteren, verpakken, verkopen en transporteren ze fruit. “Dat doen we voor bedrijven door heel Nederland”, vertelt Johan. “Zo’n 90% van het fruit dat over onze sorteerbanden gaat, is voor andere bedrijven.”

Passie

“Ik zit in VOF met mijn broer en ouders. Mijn zus werkt in loondienst op de sorteerafdeling”, legt Johan uit. De passie van Johan in het familiebedrijf ligt bij de fruitteelt. “Het hele plaatje van mooi fruit tot een financieel goed resultaat, dat vind ik interessant.” In de vennootschap heeft elke vennoot zijn eigen specialisatie. Zo is Johan verantwoordelijk voor de fruitteelt, zijn broer Dirk voor de commerciële tak, zijn vader voor de sorteerafdeling en zijn moeder neemt de boekhouding voor haar rekening.

Ziektes en plagen

“Gewasbescherming is heel belangrijk in onze teelt”, vindt Johan. “Als we niet spuiten, dan krijgen we last van ziektes en plagen in onze boomgaard.” Vanaf het voorjaar, als de boom begint uit te lopen, tot juni is gewasbescherming een groot aandachtspunt in de boomgaard van familie De Jong. Op jaarbasis schat Johan dat hij vijftien uur per hectare gewasbeschermingsmiddelen toedient. Schurft, een schimmel die zorgt voor zwarte plekken op appels en peren, is een van de belangrijkste plaagdoeners in de teelt van appels en peren.

Advies

Voor het spuiten werkt De Jong met een teeltadviseur en een vast model dat op basis van vorige bespuitingen en het klimaat berekent wanneer er weer gespoten moet worden. “Ik wil niet overmatig spuiten, daarom moet ik goed inspelen op de weersvoorspelling. De teeltadviseur en het werken met zo’n model helpen mij om een betere indicatie te maken van wanneer ik wat moet spuiten”, vertelt Johan.

Gevolgen

“Tegen plagen in de fruitteelt is goed te spuiten”, geeft Johan aan. “Maar als het misgaat, dan is het ook goed mis.” Afgelopen seizoen kampte de boomgaard van familie De Jong met een koude en natte bloeiperiode. “In de oogst van vorig jaar was dat terug te zien”, geeft Johan aan. Voor het aankomende seizoen heeft dat ook gevolgen: “We moeten harder werken om de schimmels van afgelopen jaar te verwijderen.”

Minder middelen

Ondanks dat vele spuitmomenten nodig zijn op het bedrijf van De Jong, ziet Johan de noodzaak om minder chemische middelen te gebruiken. “Er worden steeds meer middelen verboden of er worden beperkingen opgelegd. We zijn continu op zoek naar mogelijkheden om minder te spuiten of met middelen van biologische oorsprong te werken.”

Natuurlijke vijanden

“Wij werken met een natuurlijke vijand voor fruitmotaantasting”, vertelt Johan. “Veel natuurlijke vijanden voor plagen in de boomgaard zijn er niet of ze zijn moeilijk verkrijgbaar en prijzig. Het toedienen van gewasbeschermingsmiddelen is daardoor voor ons een goedkopere oplossing.”

Genetische modificatie

Helemaal geen gewasbeschermingsmiddelen meer toepassen in de fruitteelt is onmogelijk, voorziet Johan. “In de biologische teelt wordt veel kalkzwavel gespoten. Zij moeten vaker spuiten dan gangbare telers en de kwaliteit van het fruit is onder de maat.” Wel denkt Johan dat met genetische modificatie veel te winnen is in het reduceren van gewasbeschermingsmiddelen. “Ik spuit gemiddeld 22 keer per jaar tegen schurft. Als schurft er door genetische modificatie uitgehaald kan worden, zou dat veel spuitbeurten schelen”, legt Johan uit.

Schurftresistent ras

Een stormloop van consumenten op schurftresistente rassen is er echter niet, zo ervoer Johan vorig jaar. Hij teelde het schurftresistente appelras ‘Santana’. “Ik heb in dat ras twee keer gespoten tegen schurft”, vertelt Johan. “Ondanks het sterk verminderde aantal spuitbeurten, was de appel slecht verkoopbaar. Dat vind ik jammer. Voor de Nederlandse fruitteelt is dit een goed product, maar het wordt niet opgepakt door media en consumenten”, concludeert Johan.

Consument

Vorig seizoen stond de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD) bij familie De Jong op de stoep. Een echtpaar dat naast een perceel van De Jong woont, kreeg last van hoestbuien. “Daarnaast dacht het echtpaar, omdat ik vanwege het klimaat voornamelijk vroeg in de ochtend of in de avond spuit, dat mijn werkzaamheden het daglicht niet konden verdragen”, vertelt Johan. De AIVD heeft zijn percelen en spuit onderzocht op onder andere middelengebruik, de wijze en tijd van toediening. “Alles is uiteindelijk goedgekeurd.”

Verschuiving

Johan voorziet, ondanks de discussie in de samenleving en politiek over gewasbeschermingsmiddelen, niet direct gevaren voor de fruitteelt. “De fruitteelt zal altijd blijven. Er zal wel een verschuiving komen in het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen”, verwacht Johan. “We moeten meer op onze middelen letten of de consument moet schade aan het product accepteren.”