Kamer geeft steun voor KringloopWijzer en voer-mestcontracten

Dinsdagmiddag 6 december heeft de Tweede Kamer ingestemd met het fosfaatrechtenstelsel en de Wet grondgebonden groei. Na een lange tijd van onzekerheid en met name onduidelijkheid kunnen we nu voorzichtig vooruitkijken. Per 1 januari 2018 gaat het stelsel van fosfaatrechten in werking. NAJK is tevreden over het opnemen van de KringloopWijzer in het stelsel en het opnemen van voer-mest contracten in de Wet grondgebonden groei. Ondanks dat het stelsel ingrijpend is, bevat het ontwikkelmogelijkheden voor jongen boeren.

KringloopWijzer opgenomen

Het voorstel van CDA en ChristenUnie om de KringloopWijzer op te nemen in het stelsel van fosfaatrechten kon op voldoende steun rekenen. Ook NAJK is verheugd dat de KringloopWijzer bij de invoering wordt ingezet. “Het opnemen van de KringloopWijzer in het fosfaatrechtenstelsel zorgt voor meer ruimte bij bedrijven die sturen op fosfaatefficiëntie. Op deze manier kan een deel van de generieke korting worden opgevangen”, aldus Bart van der Hoog, dagelijks bestuurder NAJK met de portefeuille melkveehouderij.

Grondgebondenheid

Er werd al verwacht dat grondgebonden melkveehouders bij de introductie zouden worden ontzien van een generieke korting. Het kwam dan ook niet als een verrassing dat het amendement van ChristenUnie en D66 op voldoende steun kon rekenen.

Fosfaatbank voor jonge melkveehouders

In het door staatssecretaris Van Dam voorgelegde wetsvoorstel zou de fosfaatbank ontheffingen verlenen op basis van duurzaamheids- en dierenwelzijnseisen. Door het amendement van CDA en CU zijn deze eisen komen te vervallen. De fosfaatbank gaat gelden voor jonge melkveehouders en grondgebondenbedrijven. Op hoeveel rechten jonge melkveehouders aanspraak kunnen maken is nog onduidelijk. Wel is zeker dat de kansen toenemen door het schrappen van de twee eisen: duurzaamheid en dierwelzijn. “Het is een goede stap dat de fosfaatbank zich in 2018 ook gaat richten op jonge melkveehouders. Dit biedt extra ruimte voor jonge melkveehouders. Zij dienen de toekomst van de melkveehouderij”, aldus Van der Hoog.

Vervallen fosfaatrechten

Het amendement van de VVD aangenomen. Dit houdt in dat wanneer de derogatie vervalt ook het stelsel van fosfaatrechten komt te vervallen. Ook het amendement van de SGP is aangenomen waardoor een einddatum in de wet voor 2023 is opgenomen als blijkt dat op dat moment fosfaatrechten niet meer nodig zijn. Bijkomend voordeel is dat doormiddel van een einddatum de weg open ligt om fosfaatrechten afschrijfbaar te maken.

Wet grondgebonden groei melkveehouderij

Met een brede steun vanuit de Tweede Kamer werd tijdens de stemmingen eveneens de Wet grondgebonden groei aangenomen. Ook is besloten dat de voer-mestcontracten een plaats krijgen binnen deze wet. Van der Hoog: “Wij zijn erg blij dat er naast het kopen of pachten van grond een extra optie komt in de wet om groei te verantwoorden. Zeker voor jonge melkveehouders, die vaak niet in de kapitaalkrachtige positie zijn, geeft dit extra mogelijkheden om het bedrijf te ontwikkelen.” De precieze invulling van de voer-mestcontracten wordt nog uitgewerkt. Bekend is dat het gaat om een afstand van 20 km waarbinnen een bedrijf regionale samenwerking mag aangaan.

Marathondebat over fosfaatwet

Op donderdag 1 december 2016 is de wet fosfaatrechten besproken in de Tweede Kamer. Een ruim 10 uur durend debat. “Het was een lange zit, maar wij zijn tevreden over het verloop van het debat. Een aantal belangrijke aspecten die NAJK heeft aangedragen is behandeld en kon op steun van de Kamerleden rekenen”, aldus Bart van der Hoog, dagelijks bestuurder NAJK met de portefeuille melkveehouderij.

Grondgebonden melkveebedrijven

Tijdens het marathondebat in de Tweede Kamer heeft de Kamer haar steun uitgesproken voor het geheel ontzien van grondgebonden melkveebedrijven van een generieke korting bij de introductie van het fosfaatrechtenstelsel. Het kortingspercentage zal volgens staatssecretaris Van Dam van Economische Zaken voor de niet-grondgebonden melkveebedrijven waarschijnlijk 2,5% hoger uitvallen wanneer de kamer het amendement hierover aanneemt. Hoe hoog de generieke korting wordt is volgens de staatssecretaris nog niet te berekenen.

KringloopWijzer

De staatssecretaris heeft aangegeven zich in te zetten voor het toepasbaar maken van de bedrijfsspecifieke verantwoording door middel van de KringloopWijzer binnen het fosfaatrechtenstelsel. “NAJK is altijd al groot voorstander geweest van deze bedrijfsspecifieke verantwoording. Het biedt ruimte om voer- en managementmaatregelen toe te passen die ontwikkelingsruimte geven”, aldus Van der Hoog. De staatssecretaris heeft aangegeven dat de Commissie Deskundigen Meststoffenwet (CDM) dit jaar met een wetenschappelijke beoordeling komt van de rekenregels. Daarbij moet de melkveehouderijsector de borging voor haar rekening nemen. Van der Hoog: “Als deze twee zaken met goed gevolg zijn gedaan, staat niets de toepassing van KringloopWijzer per 1 januari 2018 in de weg.”

Voer-mest contracten

Tijdens het debat is ook veelvuldig gesproken over het amendement van CDA en CU om voer-mest contracten op te nemen in de Wet grondgebonden groei melkveehouderij. Voer-mest contracten mogen in een straal van 20 kilometer rondom het melkveebedrijf worden afgesloten. Van der Hoog: “Het lijkt erop dat de Kamer dit amendement gaat steunen, temeer omdat op deze manier regionale grondgebonden groei wordt gestimuleerd. NAJK heeft zich in de afgelopen jaren ingezet voor het opnemen van deze mogelijkheid. Het geeft jonge melkveehouders meer mogelijkheden naast het kopen en pachten van grond.’’

Dinsdag 6 december 22016 wordt er gestemd over de ingediende amendementen.

Innovatiefonds voor telers beloont opnieuw drie teeltinnovaties

Innovatiefonds voor telers beloont opnieuw drie teeltinnovaties

Op woensdag 30 november 2016 heeft het Innovatiefonds voor telers de winnende innovaties van het najaar 2016 bekendgemaakt. Dit gebeurde op het Innovatieplein van de Tuinbouw Relatiedagen bij Evenementenhal Venray. De hoofdprijs ging naar Henk Pol met zijn werkgang ondergronds strokenploegen. Het behoud van organische stoffen en minder uitspoelen van nutriënten overtuigden de jury om deze innovatie tot winnaar uit te roepen.

De ingezonden innovaties zijn beoordeeld op de mate van innovatie, implementeerbaarheid, verbetering van productie, innovatief vermogen en de inbreng van de ondernemer. “Akkerbouwers en tuinders zijn creatief in het bedenken van oplossingen voor hun bedrijf. Het Innovatiefonds wil deze innovatie stimuleren en hun expertise delen met anderen”, aldus Doeko van ’t Westeinde, voorzitter van het Innovatiefonds voor telers. Het Innovatiefonds voor telers heeft uit inzendingen drie innovatieve ideeën van telers beloond met een financiële stimulans.

Ondergronds strokenploegen

De eerste prijs van € 3.000,- ging naar Henk Pol met zijn werkgang ondergronds strokenploegen. Door 10 cm onder het maaiveld stroken te ploegen loopt een teler minder risico bij de maïsteelt. “Maïs wordt weerbaarder, blijft langer droog bij extreem nat weer en de draagkracht bij oogst is aanzienlijk beter”, aldus Henk Pol. “Ook zorgt deze werkgang ervoor dat er minder nutriënten uitspoelen en organische stoffen behouden worden. Hiermee bespaar je organische stof en is er meer bodemleven door minder structuurschade.”

Introductie zoete bataatteelt in Nederland

De tweede winnende innovatie komt van Joep van de Bool uit Neer. Met het ontwikkelen van de zoete bataatteelt in Nederland is Joep geselecteerd door de jury. “Alle zoete bataat die in Nederland verkrijgbaar is, wordt geïmporteerd uit het buitenland. In West-Europa en Nederland is het product erg populair geworden”, vertelt Joep van de Bool. “Wij hebben in 2014 op kleine schaal geëxperimenteerd met het telen van de zoete bataat in Nederland. Na dit succes hebben we onze proef in 2016 vergroot.” Met de financiële stimulans wil Joep van de Bool de teelt van de zoete bataat doorontwikkelen. Hij won hiermee € 2.000,-. Ook won hij de publieksprijs van € 750,-. De publieksprijs van het Innovatiefonds voor telers is de prijs voor de beste innovatie bij agrarische ondernemers in akkerbouw en tuinbouw, gekozen door het publiek.

Toekomstgerichte teeltoptimalisatie boomkwekerij

Stefan Even van Boomkwekerij Even uit Sinderen won de derde prijs van € 1.000,-. Door werkgangen in de teelt van solitaire heesters en bomen te combineren wil hij de teelt verduurzamen. “Dit willen we realiseren door een zitmaaier om te bouwen tot een multifunctionele machine voor de duurzame teelt met grasbanen”, aldus Stefan Even. “Deze machine moet, naast het maaien, onkruid bestrijden en kunstmest strooien. Op deze wijze worden drie werkgangen in één handeling uitgevoerd. Dit bespaart kosten en arbeid.” Bij de ontwikkeling van de machine zijn Agricult BV en SaalTech betrokken.

Met het Innovatiefonds wil NAJK met de partners Abemec, Agrico, Agrifirm Plant, BASF, Bayer Crop Science, Kwoot, OCI Agro en Syngenta, innovatie bij agrarische ondernemers in de akkerbouw en tuinbouw stimuleren. Ook in 2017 kunnen agrarische ondernemers hun innovaties indienen op www.innovatiefondsvoortelers.nl. De volgende openstelling loopt tot 15 mei 2017.

1 december tweede ronde JOLA open

Op donderdag 1 december 2016 is in alle provincies de tweede ronde van de Jonge Landbouwersregeling (JOLA) opengesteld. Boeren en tuinders, jonger dan 41 jaar, kunnen van 1 december 2016 tot en met 16 januari 2017 subsidie aanvragen voor investeringen. Dit is voor hen een steun in de rug. De regeling is qua voorwaarden gelijk aan de openstelling eerder dit jaar, maar de investeringslijst is per provincie veranderd.

Bij deze openstelling zijn de resultaten van de evaluatie van NAJK en de voorlopige resultaten van de provinciale evaluatie over de JOLA meegenomen. “Het was te kort dag voor de provincies om de afgeronde evaluatie mee te nemen in deze openstelling,” aldus Sander Thus, dagelijks bestuurder NAJK met de portefeuille bedrijfsovername. De provincies onderschrijven de resultaten van de NAJK-enquête en hebben toezeggingen gedaan. Zodra de officiële evaluatie van de eerste openstelling afgerond is, houden zij de regeling kritisch tegen het licht.

“Bij deze openstelling is de invulling met investeringsmogelijkheden verbeterd maar we zijn er nog lang niet. De regeling moet volgens NAJK namelijk jonge ondernemers ná bedrijfsovername, wanneer de kapitaalbeschikbaarheid laag is, ondersteunen om investeringen te doen.” De investeringslijst is ten opzichte van de vorige openstelling uitgebreid. Alleen de provincie Noord-Brabant heeft opnieuw veel mogelijkheden uitgesloten.

Jonge boeren en tuinders die gebruik willen maken van de JOLA kunnen een aanvraag doen via de website van hun provincie. Meer informatie over de voorwaarden en investeringsmogelijkheden zijn daar ook te vinden. Voor specifieke vragen kan men ditmaal rechtstreeks bij RVO terecht.

Dagje Praktijk voor ambtenaren!

NAJK zoekt jonge boeren en tuinders die mee willen doen.

Na een zeer geslaagde uitwisseling tussen de jonge agrariërs en de beleidsmedewerkers van het ministerie van Economische Zaken in 2015, organiseert NAJK dit jaar weer een praktijkdag voor ambtenaren.

Dagje Praktijk

Op 20 december 2016, tijdens Dagje Praktijk,  loopt een ambtenaar van het ministerie een dag mee op jouw bedrijf. De ambtenaar maakt al doende kennis met de realiteit op het agrarisch bedrijf. De stagiaire krijgt een goede indruk van het bedrijf en hoe jij hierin staat. Naast technische en zakelijke aspecten kunnen ook de andere aspecten van agrarisch ondernemerschap de revue passeren: motivatie, uitdagingen, visie en wensen.

Terugkomdag

Begin 2017 zijn de deelnemers aan deze praktijkstage voor ambtenaren welkom op het ministerie van Economische Zaken. De ambtenaren willen jou dan graag kennis laten maken met hun ministerie en laten ervaren wat het leven van een ambtenaar inhoudt.

Aanmelden

Voor de uitvoering van Dagje Praktijk 2016 is NAJK op zoek naar enthousiaste jonge boeren en tuinders die de ambtenaren willen ontvangen. NAJK zorgt voor de organisatie en begeleiding. Ben jij trots op je bedrijf en wil je dit laten zien? Mag een ambtenaar bij jou de handen uit de mouwen komen steken? Meld je dan snel aan via het aanmeldformulier. Aanmelden kan tot en met 10 december 2016.

Aanmeldformulier agrarische ondernemers

Aanmeldformulier beleidsmedewerkers

Ondersteuning jonge boeren en tuinders blijft van groot belang

Op maandag 21 november publiceerde het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS), op basis van voorlopige cijfers van de Landbouwtelling, de cijfers over bedrijfsopvolging in de agrarische sector. Deze uitkomsten bevestigen wat het Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt (NAJK) altijd al heeft aangegeven: stimulering van jonge boeren en tuinders is van groot belang. Slechts 40% van de agrarische bedrijven heeft een bedrijfsopvolger. Veel agrarische bedrijven zullen de komende jaren verdwijnen. Door de groeiende wereldbevolking zal de vraag naar voedsel echter alleen maar groter worden.

In 2016 waren er ruim 55 duizend landbouwbedrijven. Volgens de cijfers van het CBS hebben ruim 15.000 bedrijven geen opvolger. Het aantal stoppers onder de kleine bedrijven is groter dan onder grote bedrijven.

Vergrijzing

Op de meeste boerderijen met een bedrijfshoofd van 55 jaar of ouder staat geen bedrijfsopvolger klaar, aldus het CBS. Sander Thus, dagelijks bestuurder van NAJK met de portefeuille bedrijfsovername: “Het percentage stoppers is groter dan de groei van blijvende bedrijven. De agrarische sector vergrijst.” De vergrijzing belemmert, volgens NAJK, vernieuwing en innovatie in de sector. Nederland is koploper in de agrarische sector. Om die koppositie te behouden is vernieuwing en innovatie hard nodig. “Jonge boeren en tuinders zijn de voedselproducenten van de toekomst. Het is in het belang van Nederland dat jonge boeren en tuinders niet belemmerd, maar juist gestimuleerd worden om het agrarische bedrijf over te nemen”, aldus Thus.

Stimulering

De steun voor jonge boeren blijft belangrijk om de opvolging, ontwikkeling en optimalisering van de agrarische sector te stimuleren. “De Jonge Landbouwersregeling is een voorbeeld hiervan”, aldus Thus. De regeling is een onderdeel van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid dat loopt tot 2020. Het is noodzakelijk dat ook na 2020 de Jonge Landbouwersregeling onderdeel blijft van dit beleid. De Jonge Landbouwersregeling is bedoeld om jonge ondernemers na bedrijfsovername een steuntje in de rug te geven. Thus: “De periode na bedrijfsovername is financieel de meest zware periode. Het is wel de meest belangrijke periode om te ontwikkelen. De Jonge Landbouwersregeling stimuleert ontwikkeling op agrarisch bedrijf. De cijfers bevestigen de noodzaak van een stimulans voor jonge agrarisch ondernemers.”

Verantwoordelijkheid

Uit de cijfers van het CBS blijkt dat de uitstroom van agrarische ondernemers groter is dan de instroom. Het is niet meer vanzelfsprekend dat de oudste zoon of dochter het familiebedrijf overneemt. Bedrijfsovername is steeds meer een bewuste keuze voor jongeren. Er komt veel bij kijken: “Als boer of tuinder ben je 24/7 verantwoordelijk voor het agrarisch bedrijf. Je hebt te zorgen voor planten en dieren, maar moet ook het bedrijf draaiende houden. Daarnaast moet het bedrijf voldoende inkomsten genereren”, geeft Thus aan.

Boer zoekt Boer

NAJK ziet al jaren agrarische bedrijven eindigen omdat er geen opvolger is. Tegelijkertijd zijn er veel jongeren die graag boer willen worden, maar geen bedrijf hebben. Om deze bedrijfsopvolgers en overdragers met elkaar in contact te brengen is NAJK het initiatief Boer zoekt Boer gestart. “Als je ouders geen agrarisch bedrijf hebben om over te nemen en de wens er wel is, is het lastig om te starten”, vertelt Thus. Via Boer zoekt Boer zorgt NAJK samen met het agrarisch bedrijfsleven voor goede begeleiding bij buiten familiaire bedrijfsovername. Het online platform Boer zoekt Boer brengt potentiële nieuwe boeren en boeren zonder opvolger met elkaar in contact. Thus: “De animo hiervoor groeit en we hopen dat dit een hulpmiddel is voor beide partijen.”

Stem nu op de beste innovatie

Het Innovatiefonds voor telers heeft uit de dertien inzendingen van najaar 2016 drie initiatieven van telers geselecteerd. Deze inzendingen voldoen aan de criteria voor deelname aan het Innovatiefonds en scoorde het hoogst op: mate van innovatie, implementeerbaarheid, verbetering productie en innovatief vermogen. De bedenkers worden door het Innovatiefonds beloond met een financiële stimulans. Daarbovenop maken zij kans op de publieksprijs.

De publieksprijs van het Innovatiefonds voor telers is de prijs voor de beste innovatie bij agrarische ondernemers in akkerbouw en tuinbouw, gekozen door het publiek. De stemperiode loopt tot 29 november 2016. Op woensdag 30 november 2016, tijdens de Tuinbouw Relatiedagen in Venray, wordt de winnaar bekendgemaakt. De publieksprijs van het Innovatiefonds voor telers bestaat uit een geldprijs van € 750,-.

Kanshebbers

De drie kans hebbende innovaties zijn:

  1. Ondergronds strokenploegen – Henk Pol
  2. Toekomstgerichte teeltoptimalisatie boomkwekerij – Stefan Even
  3. Introductie zoete bataatteelt Nederland – Joep van de Bool

Lees hier de toelichting van de bedenkers en stem op jouw beste innovatie!

 

Het Innovatiefonds voor telers is een initiatief van acht samenwerkende partners: NAJK, Abemec, Agrico, Agrifirm Plant, BASF, Bayer CropScience, KWOOT, Syngenta en OCI Agro.

NAJK kritisch maar op hoofdlijnen akkoord

Op vrijdag 18 november 2016 informeerde staatssecretaris Martijn van Dam van Economische Zaken de Tweede Kamer over het principeakkoord. Dit akkoord moet zorgen voor het behoud van derogatie in Nederland. Het Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt (NAJK) heeft ingestemd met de hoofdlijnen van het pakket van maatregelen.

De invulling van de maatregelen vergt nog aandacht maar met de hoofdlijnen van het pakket voor fosfaatreductie is NAJK akkoord. Het totale pakket van maatregelen moet ervoor zorgen dat de Nederlandse melkveehouderij aankomend jaar fors haar fosfaatproductie zal reduceren. Deze maatregelen zijn nodig voor behoud van derogatie in 2017 en zijn een ingang tot het gesprek over een nieuwe derogatie van 2018 tot 2021. Bart van der Hoog, dagelijks bestuurder van NAJK met de portefeuille melkveehouderij: “De uitwerking van het akkoord is een grote opgave en er zijn nog veel obstakels te nemen. Juridisch moet de invulling van het pakket van maatregelen voldoende houvast geven. Ook Brussel zal haar goedkeuring nog moeten geven over het pakket van maatregelen. Dit akkoord betekent niet dat we er al zijn.”

Stoppersregeling en vermindering aantal melkkoeien

“Wij zien met name ruimte voor reductie van fosfaatproductie bij de bedrijven die willen stoppen met melken. Ook een financiële prikkel is een stimulans om te reduceren, ten opzichte van de dieraantallen op 2 juli 2015,” aldus Van der Hoog. Het bedrag dat een melkveehouder ontvangt om een koe uit productie te nemen moet, volgens NAJK, wel voldoende houvast bieden voor deze ondernemer. “Je kunt het ook een ‘offer you can’t refuse’ noemen. Als je kijkt naar het gemiddelde koesaldo over de afgelopen 5 jaar van ruim €1900,- en een aantrekkende zuivelmarkt, moet het aanbod om vrijwillig te reduceren voldoende groot zijn.” Om voldoende budget te kunnen generen is een gedifferentieerde heffing over de geleverde liters melk in 2017 nodig, vindt NAJK.

Fosfaatvermindering via zuivelverwerkers

NAJK plaatst enkele kritische kanttekeningen bij het reductieplan van de zuivelverwerkers.  Dat dit plan kan werken staat niet ter discussie, wel de manier waarop. Van der Hoog: “Op dit moment geven de eerste contouren enige duidelijkheid op welke manier de zuivelverwerkers haar reductie willen gaan bewerkstelligen.” NAJK heeft de afgelopen weken meerdere voorstellen gedaan richting de bestuursleden van de NZO en ZuivelNL om een zo acceptabel mogelijke verdeling te maken van de reductiemaatregelen.  “Wij willen ervoor waken dat groeiende en recent gestarte bedrijven niet buitenproportioneel worden getroffen door het zuivelreductieplan. Het mag niet zo zijn dat de volledige reductie wordt bewerkstelligd bij een kleine groep melkveehouders die vanuit de normale bedrijfsontwikkeling in 2018 ook fosfaatrechten moeten gaan kopen.”

Vogelgriep en jouw AJK: wat te doen?

Op 9 november 2016 stelde staatssecretaris Van Dam van Economische Zaken een ophokplicht in. Aanleiding is de aangetroffen vogelgriep, type H5N8. NAJK raadt daarom AJK’s af om komende periode pluimvee gerelateerde bijeenkomsten te houden. Dit advies is naar aanleiding van de vogelgriep die ook in Nederland heerst.

Toen wilde dode watervogels waren gevonden met de hoog pathogene vogelgriep, stelde Staatssecretaris Van Dam van Economische Zaken een ophokplicht in. Deze week kwamen daar nog de eisen omtrent de bezoekersregeling, kinderboerderijen en tentoonstellingen bij. Alleen mensen die komen voor diergezondheid, -welzijn en welzijn van mensen zijn toegelaten op het pluimveebedrijf en kinderboerderij. Het is nog onbekend hoelang deze maatregelen van kracht blijven. De maatregelen kunnen pas opgeheven worden als het risico op besmetting laag is.

Oproep

Hoewel er in Nederland geen commerciële bedrijven besmet zijn met de vogelgriep, roept NAJK haar AJK’s wel op om maatregelen te nemen om zo mogelijke besmetting te voorkomen. “Voorkomen is beter dan genezen”, aldus Edward Satkowski, afgevaardigde pluimveehouderij bij NAJK. Naast dat NAJK haar AJK’s oproept maatregelen te nemen, roept NAJK ook haar pluimveeleden op verantwoordelijkheid te nemen in deze situatie en zich te houden aan de gestelde maatregelen.

Gevolgen voor de sector

Wanneer de ziekte overslaat naar de commerciële pluimveehouderij worden de regels nog verder aangescherpt. Dan kan tijdelijk het pluimveetransport in Nederland stil gelegd worden. Gebieden met extra beperkingen kunnen worden ingesteld. Satkowski: “Het is goed dat de staatssecretaris deze voorzorgsmaatregelen heeft getroffen. Als de vogelgriep op onze bedrijven wordt geconstateerd, heeft dit grote gevolgen voor onze sector. Met name op het gebied van diergezondheid, hygiëne, de positie in de markt en internationaal. Maar het treft dan ook de volksgezondheid en heeft invloed op het maatschappelijk draagvlak. Wees dus zeer alert op het risico die er dreigt. Houd je aan de ophokplicht, strengere bezoekersregeling, aangescherpte hygiëne en vermijd bijeenkomsten met andere pluimveehouders.” De strengere hygiëneregels zijn extra belangrijk voor leghenhouder. Door de eierwagens wordt de kans op insleep van besmetting vergroot. Ontsmetting van pomp- en vrachtwagen bij het in- en uitrijden is daarom van groot belang.

Verdere details over de maatregelen zijn te vinden op de website van Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO).

NAJK staat voor gezondheid mens en dier

Naast de gezondheid van dieren staat ook de gezondheid van mensen hoog in het vaandel bij de jonge boeren van het Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt (NAJK). Echter vindt NAJK dat de wet dieraantallen geen oplossing is om gezondheidsproblemen bij omwonenden te voorkomen. “De wet dieraantallen werkt zelfs averechts op versnelling van verbetering van leefomgeving rondom veehouderijen”, aldus Ronald van Leeuwen, portefeuillehouder intensief bij NAJK.

Op 15 november 2016 vindt er een technische briefing plaats in de Tweede Kamer over een aantal rapporten. Deze rapporten gaan over gezondheidsrisico’s voor omwonende rond veehouderijen. Deskundigen geven toelichting over diverse technische aspecten. Eén van deze rapporten is het onderzoek veehouderijen en gezondheid omwonenden (VGO) van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM). De uitkomsten van dit rapport gaven staatssecretaris Martijn van Dam van Economische Zaken aanleiding om de wet dieraantallen weer uit de kast te pakken. Zijn voorganger heeft hiervoor al eerder een opzet gemaakt.

Wetsvoorstel

Het wetsvoorstel houdt in dat provincies en gemeenten de bevoegdheid krijgen om het aantal landbouwhuisdieren per bedrijf of in een gebied te kunnen reguleren, met als doel gezondheidsproblemen bij omwonenden te verminderen. Gezondheid is een belangrijk aspect, waarbij volgens NAJK de veehouderij net als de industrie en verkeer hun verantwoordelijkheid moeten nemen. “De gezondheidseffecten van veehouderijen zijn echter meer gekoppeld aan het type huisvesting dan aan het aantal dieren”, aldus Van Leeuwen.

Stimuleren emissiebeperkende maatregelen

De wet dieraantallen blokkeert bedrijfsontwikkeling en is geen verbetering van de leefomgeving in overbelaste situaties. NAJK pleit daarom voor doorontwikkeling en het stimuleren van emissiebeperkende maatregelen. Door dit proactief en voortvarend op te pakken, kan op een snellere wijze resultaten geboekt worden. Van Leeuwen: “De veehouderij is, in het kader van een goed toekomstperspectief, gebaat bij versnelde vooruitgang in de kwaliteit van stalsystemen. De omgeving is gebaat bij een zo snel mogelijke doorvoering hiervan.”