BLOG – Op Hollandse wijze door Buenos Aires

Op Hollandse wijze door Buenos Aires

Argentinië dag 7 – 18 december 2016

Na een gezellige, maar vooral lange nacht in Buenos Aires verzamelde de groep zich om 11uur om een fietstocht door de stad te maken. Op zondag kun je namelijk niet op bezoek bij bedrijven. De Nederlandse gids Job nam het voortouw en trok de groep vooruit. Hij vertelde verhalen over de geschiedenis, bouwstijl van gebouwen, de verbondenheid met Europa, Nederland en Maxima.

We starten de ochtend bij een beeld van San Martin de bevrijder van Argentinië die te paard de Andes over is getrokken en de Chilenen hebben teruggedrongen om vervolgens Chili en een deel van Peru in te nemen. Tijdens de fietstocht konden we de invloeden van de Europese cultuur zeker terug vinden. De trotse Argentijnen hebben de stad Buenos Aires opgezet als Franse steden, het lijkt Parijs. Buenos Aires moest een stad worden met allure. Verder is de Europese invloed groot geweest. De Engelsen hebben de spoorlijnen aangelegd en vanuit Italië is op iedere hoek van de straat een ‘Pizza en Pasta’ te zien. Toch hebben de Argentijnen niets meer met Engeland en vechten ze nog steeds om de voor ons bekende Falkland eilanden. In Argentinië heten deze eilanden Islas Malvinas en Argentinië vindt dat zijn nog steeds bij Argentinië horen. De zee die de eilanden omringt is ook Argentijns. Als je het dus hebt over de Falkland eilanden, dan sta je voor de Argentijn aan de kant van de Engelsen.

Onze tocht vervolgde zich langs de Nederlandse Ambassade, het Oranje monument en Ana Frank (onze Anne Frank), als heldin voor de Joden in Argentinië. De weg vervolgend langs de Universiteit waar Koningin Maxima studeerde. Hier begon het een beetje te regenen. Wij als koele Hollanders fietsen gewoon door, al hoewel we wel erg nat werden. Gelukkig hadden we tijdens de route ook tijd voor ‘kaffee y empanada’. Voor de koffie konden we nog wat rondlopen in de omgeving van la Boca. Waar veel gekleurde huisjes stonden, door de regen zag het er niet zo sprankelend uit. Ondertussen dus maar wat ponchos gekocht om niet nog natter te worden.  Na hervatting van de fietstocht kwamen we langs het voetbalstadion van La Boca. Voetbal is heel belangrijk in Argentinië. Emoties tijdens wedstrijden hebben we ook ervaren. Bij wedstrijden van La Boca mogen geen fans van de tegenpartij aanwezig zijn, want er is altijd een reden om met elkaar op de vuist te gaan. Ook de politie wordt dan massaal ingeschakeld om bij voorbaat de partijen uit elkaar te halen. Voetbal is belangrijk in de cultuur van Argentinië. Maradonna wordt dan ook nog steeds als held aanbeden.

De Argentijnen zijn een trots volk, maar of ze trots zijn op Argentinië is de vraag. Ze laten altijd weten wat hun Europese afkomst is, ook al zijn ze geboren en getogen in Argentinië en nog nooit in Europa geweest. Men krijgt zelfs nog tot de vierde generatie een Europees paspoort. Verder voert de fietstocht langs het roze regeringsgebouw. Hierover zijn ook mooie verhalen vertelt. Er heerste een besmettelijke ziekte die door muggen werd over gedragen. Om de regeringsleiders te beschermen werd bloed van koeien vermengt met citroensap en dat werd op het gebouw gesmeerd om de muggen af te schikken. Deze epidemie zorgde er ook voor dat vele rijke families vertrokken naar een ander deel van de stad. De arme Argentijnen bleven achter in het met ziekte besmette deel van de stad Buenos Aires. Het vertrek van de rijke gaf leegstand van prachtige panden die door anderen voor een klein prijsje werden opgekocht.

Aangekomen op het plein voor het regeringsgebouw komt duidelijk naar voren dat de politiek een grote invloed op de ontwikkelingen van dit land heeft. De corruptie van de politici heeft diepe sporen na gelaten. Het vertrouwen in de politiek is weg, ook nu er momenteel hervorming aan gaan komen. In dit licht is het verhaal van Eva Perón ook bijzonder. Zij was de vrouw van de regeringsleider Juan Perón, maar zij kwam op voor de armen en zorgde voor bijzondere regelingen voor de armen zoals; kleiding, opleiding, medische zorg en een woning. Door het volk werd zij op handen gedragen. Na haar dood werd haar lichaam gebalsemd en men wilde een monument oprichten om haar te gedenken. Maar voordat dit kon worden gerealiseerd werd het régime van Perón door een militaire coup weggevaagd. Perón moest het land verlaten. Omdat het militaire regime bang was dat het lichaam van Eva een symbool zou worden van de tijd van Perón werd het gekidnapt. Daarbij werd het lichaam twee jaar lang van de ene geheime plaats naar de andere gebracht en in 1957 werd het naar Milaan gebracht per schip. Hier werd ze onder een valse naam Maria Maggi begraven. Vervolgens werd het lichaam in 1971 weer aan Perón teruggegeven die op dat moment in Spanje in ballingschap zat. In 1974 keerde het lichaam terug naar Argentinië. Samen met Juan Perón werd Eva alsnog opgebaard in Argentinië in het paleis van de president. Daarna werden ze apart begraven.

We zien allemaal hoofddoekjes op het plein geschilderd. Dit is het plein ‘plaza de Mayo’ waar de dwaze moeders hun stille protest uitten. Vanaf 1976 protesteren de vrouwen iedere donderdag om de verdwenen slachtoffers te herdenken en de schending van de mensenrechten aan te kaarten. De vrouwen dragen op hun hoofd een witte hoofddoek wat symbool staat voor de luiers van de verdwenen kinderen. Een aantal van deze vrouwen is in 1979 zelf opgepakt en nooit meer teruggekeerd. De geschiedenis van dit protest is door de hele wereld gesteund. Ook heeft dit geleid tot de vrijheid van demonstreren in Argentinië, wat nu ook om diverse redenen regelmatig gebeurt.

Zo kwam een eind aan onze mooie fietstocht door Buenos Aires met mooie verhalen van een bijzondere geschiedenis van dit mooie land.

Ria Wilzing

BLOG – Nederland zet in Argentinië de bloemetjes buiten!

Nederland zet in Argentinië de bloemetjes  buiten!

Dag 6 – 17 december 2016

Stress, we hebben het nog niet gekend deze reis maar vanochtend was het zover. Waar de laatste beneden kwamen om te ontbijten, werden deze direct doorverwezen naar de bus. Dit is ook niet typisch Argentijns, meer een gevolg van onze Nederlandse reisleidster. We wilden op tijd zijn voor het bezoek wat gepland stond aan een kweker van vaste kamerplanten.

Aangekomen bij de kwekerij Argenplugs, hadden we een taal technische meevaller. De eigenaar is een tweede generatie Nederlandse immigrant die ook een woordje Nederlands sprak. Zijn ouders hebben de kwekerij opgestart die door de broers met vallen, maar ook vooral met doorgaan wordt voortgezet. Het ‘vallen’ heeft te maken met de Argentijnse omstandigheden, onder andere de politieke en economische instabiliteit.

Vooral het verhaal over ondernemen in Argentinië komt bij dit bezoek naar voren, omdat niemand van ons in de kwekerijwereld thuis is.  Het zien van een kwekerij was daarom nieuw en interessant. Argenplus bestaat uit meerdere onderdelen. Allereerst het opkweken van plantjes van zaad tot stekje, kamerplanten en sierplanten importeren vanuit Nederland en verkopen in Latijns-Amerika en handelen in toebehorende materialen voor de plantenteelt. Veelvoorkomende planten in zijn kwekerij waren pioenrozen, viooltjes, afrikaantjes, geraniums en amaryllis bollen. Zijn kassen hebben een licht kasframe met plastic zeil en schaduwnetten, in tegenstelling tot de praktijk in Nederland waar het merendeel onder glas wordt geteeld, vanwege de koudere buitentemperatuur en lagere lichtinstraling. Om het juiste klimaat te creëren in de kas, maakt hij gebruik van  een Pad cooling systeem en verwarmingsbuizen onder de stelling met potjes.

Zijn laatste investering in het bedrijf is het produceren van plastic potjes voor zijn klanten en plastic trees om zijn eigen zaaizaad in op te kweken. De machine die hiervoor wordt gebruikt is geïmporteerd uit China, vanwege het eenvoudige gebruik en onderhoud. Geen poespas. Het gebrek aan kennis bij de leverancier van de geleverde machines, zorgde voor veel vertraging bij installatie en afstellen van de machine. Voor deze investering is gekozen om zelf de marge te kunnen pakken die gemaakt wordt bij het produceren van potjes en onafhankelijk te zijn van de Chinese producenten van plastic potjes.

Een groot verschil met Nederland zijn de financieringsmogelijkheden of eigenlijk het gebrek aan financieringsmogelijkheden. Hierdoor is hij er toe genoodzaakt om investeringen uit zijn cash flow te betalen. Om te kunnen blijven ondernemen moet hij een hoge marge rekenen, omdat er grote risico’s zijn bij transport, import/export, korte bewaarduur van zijn producten, de hoge inflatie (40%) en de lange betalingstermijn of onzekerheid in betalingen.

Het middagprogramma stond in het teken van de Argentijnse cultuur. We verzamelden ons in de luxe buitenwijken van Buenos Aires. Voor de mensen uit de stad is dit de plek om in de weekenden de drukke stad te ontvluchten. Een buitenwijk in de delta van rivier de Tigre, met een rijke geschiedenis en prachtige natuur. Al wandelend vertelde onze gids Sander over de geschiedenis en anekdotes van deze wijk. Vervolgens zijn we per boot verder gegaan om de Tigre te bewonderen. Het is duidelijk dat er een enorme rijkdom is geweest, maar geld voor onderhoud lijkt er nu niet meer te zijn. Een hoop vergane glorie. Scheepswrakken en andere rotzooi lijken bij de decoratie van dit prachtige gebied te horen.
Voor de terugreis was gekozen voor de trein, die ons zeker niet tegenviel. De verwachting was een slecht onderhouden trein aan te treffen waar flink in gezweet zou worden door het gebrek aan koeling. Volledig in lijn met de huidige staat van de rest van het spoorwegennet dat grotendeels vervallen is. Echter, de coupés waren gekoeld en in een nette staat.

Zoals gehoopt, sloten we de dag weer af met een lekkere steak.

Joop Ybema, Luuk de Gooijer en Marco Thiessen

BLOG – Jeepsafari tussen de koeien

Jeepsafari tussen de koeien

Argentinië dag 5 – 16 december 2016

Vandaag begon de dag Rosario. Vanuit Rosario zijn we een rivierdelta overgestoken. De dijk en de bruggen die ons door deze delta leiden, zijn aangelegd met inzet van Nederlandse kennis. Daarna volgden nog stoffige zandpaden en kwamen we uiteindelijk met een vieze bus aan bij Las Colas. Dit bedrijf is voornamelijk gericht op de vleesproductie en is onderdeel van het bedrijf Salentein. Het totale bedrijf heeft 22.000 hectare in eigendom en huurt er nog 20.000 bij, verspreid over 11 bedrijven.

Vandaag hebben we het bedrijf bezocht waar de koeien de laatste 90 dagen klaargemaakt worden voor de slacht. Op deze vestiging lopen er gemidddeld 3000-3500 koeien rond. Rond deze vestiging lag er 2400 hectare en was goed voor 70% van de voerproductie van de koeien. Het overige voer werd aangekocht. De koeien komen hier binnen op een leeftijd van 2 jaar en zijn dan ongeveer 300 kg zwaar. In de laatste negentig dagen groeien de koeien door tot 400 kg. De koeien krijgen een mix gevoerd van 20% snijmais, 35% maiskorrels,35% sojahullen, 9% zonnebloempitschroot en 1% premix.

Op deze locatie werken 12 mensen. Het is voor deze bedrijven lastig om goed personeel te vinden. Het personeel woont op het erf van de boerderij, maar veel jongeren verkiezen de stad boven het platteland. Om het personeel aan het bedrijf te binden wordt er naast de huisvesting ook het vervoer van de kinderen naar de school geregeld.  Op andere locaties wordt zelfs op de boerderij onderwijs gegeven. Ook het personeel krijgt een interne opleiding en cursussen aangeboden.

Op dit moment waren ze een betonnen Feedlot aan het bouwen om de benutting van het voer  mineralenefficiëntie te verbeteren. De mest kan in de nieuwe situatie beter opgevangen worden, zodat dit weer gebruikt kan worden als bemesting. Daarnaast liggen er plannen om een biogasinstallatie te bouwen. De mogelijkheid om stroom te leveren aan het electriciteitsnet is er echter nog niet in Argentinie.

Na het bedrijfsbezoek werd ook ditmaal de innerlijke mens niet vergeten. Een overheerlijke barbecue werd onze lunch. Deze vleesgerechten, broodjes en fruit met ijs konden we opeten in de schaduw van de bomen in de tuin van het bedrijf. Het is dus prima vertoeven in Argentinië.

Na het eten zijn we doorgereden naar Estancia Nueva. Op dit bedrijf verbleven de kalveren tussen de 200 en 300 kg. Van hieruit gaan ze naar het Feedlot, die we ’s ochtens bezocht hadden. Op Estancia Nueva liepen 10.000 koeien op 12.000 hectare. De bus was niet geschikt om de weide in te gaan. In de pickup cruisden we door de praïrie. En 12000 hectare is groot! De koeien graasden tussen de struisvogels, papegaaien, paarden, ooievaars en Argentijnse havik.

Sjoerd Reitsma, Sander Habing en John de Bruijckere

BLOG – Roadtrip to Rosario

Roadtrip to Rosario

Argentinië dag 4 – 15 december 2016, ‘From the seed to the world’ powered by united young farmers

Deze zonnige ochtend begon met een prachtige busreis om 06:00 uur richting Rueda. Onderweg zijn we ontvangen door agrarische jongeren van de Federal Agricultural Argentinos (FAA) en de coöperatie Agricultures Federados Argentinos (AFA). Samen met hen hebben we de enige verwerkingsfabriek bezocht waar popcorn-maïs, bonen, linzen en doperwten worden verwerkt. Dit gebeurt voor zowel de Argentijnse markt en export met name naar Brazilië.

De AFA is vertegenwoordigt in 9 provincies en heeft 123 fabrieken. De coöperatie biedt werkgelegenheid voor 1600 mensen. De totale coöperatie is opgericht in 1932 door 28 boeren. Tegenwoordig heeft de AFA 38.000 leden, waarvan de gemiddelde leeftijd 60 jaar is. Het is een coöperatie die de belangen van de ‘kleine’ boer behartigt (100-120 hectare per bedrijf). Samen kunnen ze concurreren met de groot grondbezitters die meer dan 1000 hectare in bezit hebben. Over het algemeen wordt het land gehuurd door de kleine boer. Het voordeel voor de kleine boer is dat deze gebruik kan maken van teeltbegeleiding van een specialist van de AFA. Hierdoor wordt de opbrengst, de logistiek en verwerking verder geoptimaliseerd. Met in totaal 130 teeltspecialisten begeleidt de AFA van zaaien tot oogst.

De AFA en telers maken contracten over de eisen en kwaliteit van de producten. De boer is niet verplicht om aan de AFA te leveren. Voor de teler is de prijsopbouw transparant en inzichtelijk te zien op een website. Door de gunstige prijs van soja is er de afgelopen jaren grootschalig sojaproductie ontstaan waardoor er te weinig vruchtwisseling is toegepast en de bodemvruchtbaarheid achteruit is gegaan. De hoeveelheid die anderhalf jaar geleden geëxporteerd werd was 7.000 ton. Vanwege de opgeheven exportheffingen door de nieuwe overheid is dit gestegen tot 26.000 ton eindproduct. Vanuit de wereld neemt het vertrouwen om met Argentinië samen te werken toe. Met de fabriek voor de verwerking van bonen en zaden proberen ze waarde toe te voegen aan de markt.

Het vruchtwisselingsplan welke AFA adviseert is om tijdens de eerste oogst bonen of doperwten te verbouwen en bijvoorbeeld de tweede oogst van het jaar soja. Het meest gangbaar bij de overige fabrieken is om alleen soja, mais en tarwe te verbouwen. De opbrengst per oogst is voor erwten rond de 3000 kg per hectare en van linzen 2300 kg per hectare. Dit verschilt natuurlijk per gebied. In de tabel hieronder zijn de meest typerende gewassen per regio uitgezet.

Regio Gewassen
Noorden (Formosa & Chaco Uien, bananen, matte thee, fruit

Midden (Cordoba, Pampa’s & zuiden provincie BA)

Entre Rios

Aardappels (pootgoed en friet )

Soja, maïs, tarwe, vleesvee, appels, peren, kersen en schapen.

Citroenen

Westen (Tucuman, Mendosa) Wijnproductie, suikerriet, citroenen
Zuiden Schapen, weinig productie max 15 graden

Na de lunch met mate thee waarbij we door een rietje allemaal uit een kop mochten drinken, kregen we een rondleiding door de moderne fabriek. Met helm en oordoppen op hebben we de verwerking van doperwten gezien, van laboratorium tot verpakking. De doperwten worden geselecteerd op gewicht, kleur en grootte. De restproducten voor de consumentenproductie wordt verwerkt tot veevoer. Het opstapelen gebeurt met volautomatische opstapelrobots. Bij aanvoer van het product wordt de vrachtwagen gewogen en bemonsterd waarna de vracht wordt gelost eerst in een opslag (14.000 ton op het terrein). De grootste oogst van de bonen en zaden wordt direct van het land naar de fabriek gebracht. De transportkosten wordt betaald door de boer zelf. De winst van de coöperatie wordt gebruikt voor de verbetering van de opslag, opvangen van tegenvallende oogsten en een compensatie van transportkosten voor boeren die meer dan 500 kilometer van de fabriek gelegen zijn. De raad beslist ieder jaar hoe deze winst verdeeld wordt.

Na de rondleiding zijn we ontvangen op het hoofdkantoor van AFA in Rosario. Hier hebben wij als NAJK voorgesteld wie we zijn en wat we doen met behulp van diverse foto’s. De exportmanager van de AFA en de jongeren waren geïnteresseerd in bijvoorbeeld hoe wij de waterstanden in ons land regelen of wat de overheid de Nederlandse boer opdraagt. We hebben kennis uitgewisseld tussen de Argentijnse en Nederlandse landbouw. Wat opviel is dat zelfs de exportmanager geen Engels spreekt en de jongeren ook niet. We hadden onze tolk dus zeker nodig.

Daarna zijn we 5 blokjes omgegaan naar het gebouw van de FAA en hebben we kennis uitgewisseld met de Argentijnse jongeren. Iedere geïnteresseerde mag lid worden van FAA. De FAA bestaat uit 15.000 leden en is opgedeeld in 16 districten, afhankelijk van de sector.

De FAA behartigd de belangen van jongeren van de kleine bedrijven. Zij proberen hun stem te laten horen richting de overheid en de burgers. De jongeren hebben enige wantrouwen richting de overheid die belooft de landbouw te bevorderen. Dit in verband met het verleden. In het belang van een leefbaar platteland zet de FAA zich in voor het behoud van de kleine agrariër om de werkgelegenheid in de dorpen te behouden en daarbij zoeken zij steun bij de overheid. Burgerprojecten zoals eten bij de boer vonden de jongeren bijzonder om te zien. Zij zijn bezig om het nut van het gebruik van gewasbescherming en de voor- en nadelen hiervan uit te leggen aan de burgers. De FAA gaat vaak naar beurzen, organiseren brainstorm-congressen, kampen en trainingen.

De agrarische opleidingen sluiten niet aan bij de praktijk. Er is weinig landbouwonderwijs waardoor de jongeren naar de stad toe trekken. Er is alleen een universiteit voor veeartsen, managers en agro-economen. De kennis wordt nu uitgewisseld met de oudere generatie waardoor er weinig innovatie is op de bedrijven. De jongeren hebben voor hun eigen bedrijf nog geen visie en missie waar ze naar toe willen. Bedrijfsovername vindt pas plaats na overlijden van de oudere generatie. De grond wordt steeds duurder en de banken willen niet veel lenen door de instabiele economie zoals de hoge inflatie. Hierdoor is het zeer moeilijk om een eigen bedrijf te starten.

Aan het eind van de dag hebben wij een klein boekje overhandigt met oudhollandse gerechten en de toeristische highlights van Nederland. Wij zijn voorzien van twee tassen vol met informatie materiaal, twee Spaanse boeken en een mooie Argentijnse hoed.

Hasta la vista!
Cor-Peter Feitsma, Luuk de Gooijer & Jantine Haverkamp

BLOG – Van vers fruit tot kleverige pizza

Van vers fruit tot kleverige pizza

Argentinië dag 3 – 14 december 2016

Deze dag startten we  bij Mercado Central, een hartelijk ontvangst door de president onder toeziend oog van een fanatieke fotograaf. Mercado Central is de markt van de overheid, voor groente en fruit, die tussenkomst geeft voor producent en supermarkt. Over het land verdeeld zijn er drie van deze markten, het seizoen bepaalt uit welke regio van Argentinië het groente en fruit vandaan komt.

Na de korte uitleg vervolgt de rondleiding door het lokale fitness centrum(Mercado Central), kratje stapelen, trolley duwen en handjeklap waren de sporten.  Het enorme handwerk valt meteen op. Enorme hallen met in totaal 900 kraampjes, welke verhuurt waren aan de handelaren.  Groente en fruit wordt voor een groot gedeelte gedaan door Bolivianen, wat ook op deze markt opvalt. Prijsvorming gaat hier door vraag en aanbod. Van aardappel tot knoflook, alle producten worden ’s nachts binnengebracht en om 4.00 start de handel, tot ’s middags 15.00.  De prijzen en kwaliteit zijn bij opening het hoogst, waarna ze later dalen.

Fabio Fabri geeft ons na de rondleiding uitleg over het ontstaan van de markt en de toekomstplannen. Het idee is dat zowel via spoor, weg en water kan worden aan- en afgevoerd en dat alleen belanghebbende toegang krijgen tot de markt. Hiervoor zal fors geïnvesteerd moeten worden, of dit haalbaar is zal de toekomst uitwijzen. Fabio Fabri geeft ons daarom als tip mee over een aantal jaar terug te komen.

Vanaf Mercado Central gaan we op weg naar Farm Frites.  Onderweg maken we een stop bij  een rivier. Deze is 220km breed en komt uit bij de Atlantische oceaan.
We maken van de gelegenheid gebruik om  een broodje te eten bij een wegrestaurant. Broodje eten is,  een stuk vlees wat je bord vult en een klein stukje brood.

Farm frites heeft een patatfabriek midden in een woonwijk van Buenos Aires. Directeur  Federico Peralta Ramos ontvangt ons hier. Gevoel voor humor hebben de Argentijnen zeker, als clown verkleed mogen we het proces bekijken. Een moderne fabriek in een oud jasje, waar 24 uur per dag 7 dagen in de week in productie is. Dagelijks passeren 12 vrachtwagens de poort, afkomstig van 50 verschillende boeren grotendeels gecontracteerd. Het ras dat de boeren telen is natuurlijk Nederlands. 70% wordt gemaakt van Innovator, daarnaast worden rassen als Russet, Burbank, Spunta en Asterix gebruikt. De aanvoer is 100.000 ton per jaar, hiervan wordt 55.000 ton eindproduct afgeleverd. 75% hiervan wordt geëxporteerd naar Brazilië.

Na  het bezoek bij Farm frites zijn we naar de jumbo supermarkt geweest. Het eten in de supermarkt zag er veel slechter uit als op de Mercado Central. Hier lag het eten overal langs.  Wel in het schap maar niet netjes gesorteerd. Verder waren er veel vliegen en lagen er veel bedorven producten in het schap. 500 peso ( 29 euro)  wisselen was ook een ramp.

Als kers op de kaart werd er een presentatie gegeven door een Chinese vleesexporteur. We belanden ergens in een achterbuurt waar de Nederlandse kroeg “Van Koning” gevestigd was. De deur was op slot dus vervolgden we onze kroegentocht bij  de kroeg op de hoek van de straat.  Na enige vertraging door een lege brandstoftank met de Nederlandse stagiair Ruben startte de paneldiscussie met pittige dame, mevrouw Mercedes. De koeien waar in Argentinië en Europa geen markt voor is worden door deze Chinese vleesexporteur verwerkt en verhandeld voor de Chinese middenklasse. Onder het genot van pizza’s en Argentijnse bitterballen ontbrandde een stevige discussie over de Argentijnse landbouw en de uitdagingen die er nog liggen. Paul Kok van Omnivent en Pepijn van Agrivalue. Paul Kok, commercieel directeur van Omnivent gaf een introductie over de aardappelbewaring, dit is een hele uitdaging om dat in Argentinie voor elkaar te krijgen door het gebrek aan kennis, waar we in Nederland uitblinken over onze kennis van aardappelteelt en bewaring.  Een gedeelte van de groep heeft de dag afgesloten in het nachtleven van Buenos Aires.

Henri van den Boomen, Kasper Bouwmeester en Joop Ybema

BLOG – Van biefstuk tot rauwe ham

Van biefstuk tot rauwe ham

Dag 2 Argentinië

Na het ontbijt vertrokken wij om 7 uur per bus naar het stadsdeel Valeria Tarello in Buenos Aires.  Hier bezochten we een veemarkt voor slachtvee genaamd ‘Mercado de Liniers’. Het bedrijf bestaat al sinds 1901 en is sinds die tijd gevestigd midden in de stad, omdat het houden en verhandelen van vee een grote economische activiteit is rondom Buenos Aires. De markt heeft op dit moment een oppervlakte van 34 hectare. In de toekomst is het de bedoeling om 25 km buiten de stad te gaan vestigen om op die manier efficiënter te kunnen werken en meer markt aandeel te kunnen krijgen. Zo zullen de houten hokken worden vervangen door metalen hokken en kan de aanpak van track & tracing gemoderniseerd worden. De voornaamste reden waarom de verplaatsing naar een nieuwe vestiging nog niet eerder heeft plaatsgevonden is dat de vergunningverlening onder de vorige regering zeer moeilijk was. Ze zijn al 10 jaar bezig met de vergunningaanvraag en verwachten binnenkort onder de nieuwe regering groen licht te krijgen. Alle werknemers zijn lokale mensen waarvan een groot deel generaties werkzaam waren voor de veemarkt. Verplaatsing heeft daarom consequenties voor de werknemers.

Vraag en aanbod van vee komt in Argentinië vaak bij elkaar op markten. Tussenhandelaren halen de koeien op van de boeren en huren hun eigen stukje markt waar ze de dieren verhandelen aan de slachterijen. Ongeveer 30 inkopers van slachterijen lopen achter de marktkoopman aan en de marktkoopman noemt een steeds hogere prijs totdat geen inkoper de hand meer opsteekt. Verkocht!

Op de markt die wij bezochten wordt ongeveer 85% van alle runderen in Argentinië verhandeld. 15% wordt geëxporteerd naar omringende landen. Deze markt is nodig omdat er veel kleine slachterijen zijn in Argentinië en de slachterijen niet de macht hebben om hun eigen prijs te hanteren voor inkoop van de dieren. Daarnaast wantrouwen Argentijnen ook de grote wellicht aan politiek gekoppelde bedrijven. Op drukke dagen worden er 10.000 koeien op een dag verhandeld. Deze dieren komen de avond en nacht van tevoren aan en worden ’s ochtends verhandeld. Op het bedrijf zijn 2300 mensen werkzaam bij het vee en 160 mensen verzorgen de administratie.

De runderen die aangeboden worden zijn vaak rond de 2,5 jaar oud en wegen ongeveer 350 kg. Ze worden relatief jong geslacht omdat er dan een malse smaak aan het vlees zit. Hier komt de typische smaak van de Argentijnse steak vandaan, waar de Argentijnen trots op zijn. Die smaak hebben wij gisteravond ook beoordeeld en ze mogen met rechts trots zijn op hun steak! De gemiddelde prijs die de boeren ontvangen is 25 peso per kg levend gewicht omgerekend komt dit neer op € 1,50 per kg. Met een inslachtingspercentage van 45% is dit ongeveer 2.70 per kg geslacht gewicht.

Na het eten reisden we door naar de plaats General Las Heras. Wij hebben hier een rondleiding gehad bij het varkensvleesverwerkingsbedrijf ‘Gubana Argentina’. Deze verwerking is onderdeel van een integratie van 6000 zeugen en is weer een dochteronderneming van de Lenesma Group. Eerst werd er een presentatie gegeven over het bedrijf, gevolgd door een rondleiding door de vleesverwerkingsfabriek. Deze integratie is één van de weinige integraties in Argentinië. Het bedrijf bestaat uit 3 locaties. Het gesloten varkensbedrijf, de slachterij en de vleesverwerking.

Bij ‘Gubana Argentina’ focussen ze zich op twee dingen, namelijk zelf varkens mesten en zelf de complete keten in eigen hand houden. Op het bedrijf zijn in totaal 500 werknemers, waarvan 200 werkzaam op het varkensbedrijf en 300 werknemers in de slachterij en vleesverwerking.

Gesloten varkensbedrijf

Het zeugenbedrijf heeft PIC als uitgangsmateriaal en heeft een eigen voerfabriek. Het rantsoen bestaat grotendeels uit tarwe en soja. Het bedrijf is volledig SPF, dus vrij van virusziekten. Het klimaat is in de regio rondom Buenos Aires gematigd met niet te tropische zomers en milde winters. Kortom, op het eerste gezicht uitstekende omstandigheden om varkens te houden. De technische resultaten van het bedrijf zijn uitstekend met minder dan 10% uitval in het gehele traject van kraamstal, biggenstal en vleesvarkens. De productie is 30 gespeende biggen per zeug per jaar en de voederconversie per kg vlees inclusief het voer voor de zeugen is 2.40. met één kanttekening dat er veel personeel aanwezig is. Zoals eerder ook al vermeld zijn er op het zeugenbedrijf 200 werknemers. De kostprijs per kg vlees voor het slachten is 1.50 USD. Voorheen was dit ongeveer 1 USD per kg vlees. De stijging komt door de nieuwe politieke wind (lees het verslag van dag 1). De nieuwe regering wil een open economie. Exportrestituties zijn afgezwakt en de importheffingen zijn verdwenen. Hierdoor is het voer duurder geworden en daarmee de kostprijs. Doordat Rusland de grens heeft gesloten voor import van varkensvlees, bleef Brazilië met een grote voorraad varkensvlees zitten. Door de nieuwe regering werd het mogelijke voor Brazilië varkensvlees te exporteren naar Argentinië. Argentijnse varkensboeren hebben het hierdoor nu moeilijk. Voorheen konden de varkensboeren elk jaar geld verdienen maar door de competitie op de wereldmarkt is dit veel moeilijker geworden. De conclusie voor ‘Gabana Argentina’ is dat de efficiëntie omhoog moet om te kunnen concurreren met de wereldmarkt.

Het bedrijf wat wij bezochten is niet een typisch Argentijns varkensbedrijf. In Argentinië zijn ongeveer 700.000 zeugen waarvan ongeveer 80% van de zeugen op bedrijven gehouden worden met minder dan 200 zeugen. Een Braziliaanse integratie is sinds kort begonnen in Argentinië met 8000 zeugen. Het lijkt een kwestie van tijd dat meer buitenlandse partijen inspringen op de mogelijkheden voor het produceren van varkensvlees voor een lage kostprijs. Dit komt ook deels doordat de consumptie van varkensvlees onder de consumenten in Argentinië toeneemt. Dit heeft twee redenen, enerzijds is de prijs van varkensvlees ten opzichte van rundvlees gunstiger geworden voor de consument, anderzijds heeft de varkensindustrie haar varkensvlees goed gepromoot. De Argentijnse consument is zich niet bewust van hoe en waar het vlees geproduceerd wordt. Men eet wat beschikbaar is voor een gunstige prijs en dit betekent dat niet altijd gekozen wordt voor vlees van Argentijnse afkomst.

Slachterij en verwerking

Op een andere locatie is de slachterij hier worden ongeveer 900 varkens per dag geslacht en tijdens het bezoek ongeveer 1000 varkens per dag door de grotere vraag naar varkensvlees tijdens de kerst. Bij de verwerking zagen wij hoe de halve karkassen verder uitgebeend werden tot verse producten en verwerkte producten. Ook hebben wij gezien dat ‘Gabana Argentina’ bezig is om een nieuw product op te zetten met toegevoegde waarde, namelijk Argentijns gerijpte rauwe ham. De hammen worden eerst in zout opgeslagen en daarna 12 tot 14 maanden gedroogd waarna ze klaar zijn voor de verkoop als gehele ham of in kleinere stukken. Dit is een mooi voorbeeld van extra waarde toevoegen aan het eind van de keten.

Krista Berghuis, Jeroen Schuldink en Marco Thiessen

BLOG – Landbouw zit Argentinië in de genen

Landbouw zit Argentinië in de genen

Dag 1 Argentinië

Na een 18uur durende vlucht kwamen we aan op het vliegveld van Buenos Aires. We werden op gewacht door Marloes die deze week onze tolk zal zijn.

Langs de op elkaar gestapelde huizen in de voorsteden kwamen we na een korte file aan bij ons hotel in de wijk San Telmo. Nadat we ons even snel hebben opgefrist gingen we richting een Argentijnse lunch. Daar kregen we veel verschillende typische gerechtjes voor geschoteld. Het eten komt wel goed deze reis!

Daarna vervolgden wij onze weg naar de Nederlandse ambassade. Hier werden we opgewacht door Bart Vrolijk. Hij is hoofd van de landbouwraad van Argentinië, Uruguay en Paraguay. Op de Nederlandse ambassade hebben we gesproken over de kansen en bedreigingen van Argentinië. Argentinië is 2x zo groot als Duitsland, Frankrijk en Spanje bij elkaar. De grootste exportproducten zijn soja en pinda’s.

In 2001 is Argentinië failliet verklaard. De inflatie steeg naar ongekende hoogten. De vorige regering met Christina Kirchner als president was de landbouw en boeren niet goed gezind. Dit wil zeggen dat ze de landbouw niet alleen niet stimuleerde, maar juist tegenwerkte. Dit gebeurde vooral via exportheffingen. Om zo staatsinkomsten te genereren. Met de sinds een jaar gekozen nieuwe regering is er een heel andere wind gaan waaien in Argentinië. De exportheffingen worden afgebouwd en de landbouw gaat zich weer steeds meer op de export richten. Zoals gezegd vooral GMO soja, maar ook veel graan en rundvlees. Naar Nederland komt vooral het sojameel. De landbouw maakt momenteel ruim de helft uit van het nationale inkomen.

De ambassade houdt zich vooral bezig met de belangen van Nederlandse bedrijven voor de Argentijnse markt. Het gaat hierbij om onder andere bedrijven actief in tuinbouwzaden en landbouwmachines. Ook de pootgoedsector wil graag voet aan wal krijgen. Maar door een fytosanitaire stop een aantal jaar geleden is dat tot nu toe niet gelukt. Maar de verwachting is dat de importstop er binnen niet al te lange tijd af gaat. De toekomstverwachting is ambitieus. Van alle producten worden hogere productievolumes verwacht de komende jaren. Er is dan ook veel potentieel zowel op het gebied van efficiëntie als onbenutte landbouwgrond.
Daarnaast heerst er in Argentinië een grote informele economie (zwarte markt). Bedrijven en personen zijn niet geregistreerd waardoor ze ook geen belasting betalen. De overheid probeert deze bedrijven in kaart te brengen, maar omdat er dit zoveel zijn valt dit niet mee. Ook corruptie viert nog steeds hoogtij, maar ook dat probeert de huidige regering tegen te gaan.

Kortom, Argentinië is een echt landbouwland met veel potentie. Zie ook de onderstaande link voor meer informatie vanuit de Nederlandse Landbouwraad in Argentinië (www.agroberichtenbuitenland.nl/argentinie). Het was in ieder geval een interessant eerste bezoek en een mooie voorbereiding op de rest van de reis.

Paulien van Beesten, John de Bruijckere en Doeko van ‘t Westeinde

‘We need to work, in order to grow: potential can not be eaten!’

Ook al heb ik de portefeuille internationaal, als dagelijks bestuurslid bij NAJK kan ik niet iedere maand naar Afrika. Deze zomer heb ik die kans wel gekregen. Samen met Nicole Sloot, stagiaire bij Agriterra, bracht ik tien dagen in Zambia door. We onderzochten hoe de positie van jonge boeren in Zambia verbeterd kan worden.

Voor en namens Agriterra en NAJK hebben we jonge boeren uit verschillende sectoren gesproken. Nicole deed dat vooral gericht op jongerenraden van coöperaties. Mijn invalshoek had betrekking op belangenbehartiging. Beide spraken we op het Youth in Agribusiness Event in Lusaka en bezochten een aantal boerenorganisaties en -coöperaties.

Verschillen met Nederland

De verschillen tussen bijeenkomsten met jonge boeren in Nederland en in Zambia waren voor mij erg zichtbaar. Ik denk alleen al aan de gebeden die voor en na een vergadering werden uitgesproken en waar iedereen zichtbaar aan deelnam. Ook het feit dat oudere bestuurders automatisch veel meer aanzien hebben en veel respect krijgen van de jongere generatie, zie ik niet direct terug in Nederland. Toch is het grootste verschil wat mij betreft zeker niet cultureel, maar hoort dit wel het fundament te vormen voor de boeren van de toekomst: kennis!

De uitdagingen zijn gigantisch

Binnen NAJK werk ik vaak samen met mensen die een agrarische opleiding hebben gedaan. Zij hebben een heldere visie over waar hun bedrijf heengaat. Dat is in Zambia niet het geval. Er zijn talloze (potentiële) jonge, enthousiaste boeren met ambitie die helaas geen toegang hebben tot een agrarische opleiding. Ook op andere wijzen kunnen zij maar beperkt bijgeschoold worden. Negatief omschreven: jongeren missen de kennis om de melkproductie van hun koe te verhogen. Ze weten niet welk gewas geschikt is om te telen of ze hebben beperkte toegang tot leningen. Ook toegang tot landbouwgrond is lastig. Er is geen kadaster en jongeren moeten via goede relaties met stamhoofden in de plattelandsgebieden grond zien te verkrijgen.

Door schade en schande wijs

Wonder boven wonder komen veel jonge boeren hier wel doorheen. Niet iedereen heeft succes, maar de jongeren blijven ambitieus en enthousiast. Ik heb eigenlijk niemand echt bij de pakken neer zien zitten. Wat dat betreft heb ik ook wel ervaren dat de mentaliteit in Zambia in grote mate verschilt van de Nederlandse. Mensen in landelijke gebieden zijn met weinig tevreden. Opgegroeid in relatieve armoede, met het perspectief van een grote kans op werkloosheid, is het al snel iets beter dan vroeger.

Stappen vooruit

Ondanks dat de jonge boeren het zelf niet per se zo ervaren, vond ik het schrijnend om jonge boeren met zo weinig kansen te zien. Wel zie ik dat er langzaam maar zeker verandering in komt. Door trajecten van Agriterra, inmenging van NAJK en met name door de eigen wil om te veranderen, zal het beetje bij beetje, maar wel structureel, beter worden. De tientallen jongeren die we gesproken hebben, melkveehouders, katoentelers en potentiële akker- en tuinbouwers, willen in ieder geval een grote bijdrage leveren. Zij zien in dat er stappen gezet kunnen worden in kennisontwikkeling, maar ook in organisatie en belangenbehartiging.

Eigen ontwikkeling

Het is irreëel om te denken dat Zambia over vijf of tien jaar het niveau van de Nederlandse landbouw heeft. Dat is ook niet wat we moeten willen nastreven. Zambia en haar inwoners ontwikkelen zich op geheel eigen wijze. Zambia is een van de Afrikaanse landen met het grootste potentieel in de landbouw. Het land zou in theorie tweehonderdmiljoen mensen kunnen voeden. Dat terwijl er nog veel mensen in Zambia momenteel ondervoed zijn, velen lijden aan een nutriëntentekort.

Het land heeft de jongste populatie van de wereld, zo’n 85% van de bevolking is onder de 45 jaar. Er is nog veel ongebruikte vruchtbare landbouwgrond en met een lang regenseizoen en een grote ondergrondse watervoorraad, is er goede toegang tot water. Je zou toch denken, dat land, dat komt er wel. Maar zoals een jonge boerin op het Youth in Agribusiness evenement zo treffend zei: ‘we need to work, in order to grow: potential can not be eaten!’

En dat klopt volgens mij. Kansen moeten er zijn, om benut te worden. Jongeren moeten die ook kunnen zien, zo blijven ze enthousiast en ambitieus. Ik denk dat zowel Agriterra als NAJK daar een grote rol in spelen. Zeker in de tuin-/akkerbouw en in de melkveehouderij. Wij kunnen toch helpen. Jonge boeren melken er nu tien koeien per dag en brengen dan twintig liter op de fiets naar de fabriek. Dat kan toch beter? Wij hebben de kennis al. We hoeven het alleen maar te delen!

Iris Bouwers

Aanmelden kennisuitwisselingsreis Argentinië

Aanmelden kennisuitwisselingsreis Argentinië

Lijkt het jou interessant om eens rond te kijken in een andere agrarische wereld? Een land dat 65x groter is dan Nederland. Een land dat de komende jaren de agrarische sector uit wil breiden en zijn rol als voedselproducent wil vergroten en daarbij Europa als belangrijke afzetmarkt ziet. Een land dat misschien wel een concurrent van Nederland wordt.

Dit jaar gaat de reis naar… Argentinië

NAJK organiseert ook dit jaar weer een buitenlandreis. De reis gaat naar een Spaanstalig land. Eén van de grootste landen van Zuid-Amerika. Het land kan, landschappelijk gezien, worden opgedeeld in vier delen.  Het noordwesten met het Andesgebergte en het Altiplano. Het noordoosten, één grote subtropische laagvlakte met savannes, bossen, rivieren en moerassen. In het midden van Argentinië ligt de ‘Pampa Humeda’, een enorm uitgestrekte vruchtbare vlakte. In het zuiden ligt Patagonië, met langs de oostkust een grote laagvlakte en in het westen het Andesgebergte.

Agrarisch Argentinië

De landbouw in Argentinië wordt vertegenwoordigd door de akkerbouw, veeteelt, bosbouw en visserij. Het aandeel van de landbouw in het bruto nationaal product daalde de afgelopen decennia tot onder de 10%. Ongeveer 5% van de beroepsbevolking is werkzaam in de agrarische sector, toch is deze sector verantwoordelijk voor 35% van de inkomsten. Meer dan 80% van de totale Argentijnse export betreft landbouwproducten, verwerkt of als grondstof. Ruim 70% van de totale bodemoppervlakte wordt voor landbouw gebruikt, waarvan het grootste deel bestemd is voor veeteelt. Buenos Aires is agrarisch de belangrijkste provincie. Grootgrondbezit is in Argentinië nog volop aanwezig. Ongeveer 70% van de cultuurgrond was in de jaren zeventig in handen van 6% van de landeigenaren. Ondanks de vele agrarische hervormingsmaatregelen is deze situatie nog niets veranderd. De belangrijkste exportbestemming voor de Argentijnse agrarische producten is de Europese Unie en Nederland is op dit moment de belangrijkste afnemer. Belangrijke importproducten voor Nederland zijn sojameel, pinda’s, zonnebloemolie en peren. Op de wereldmarkt is Argentinië een grote speler zowel op het gebied van de productie als van de export.

Programma

Via diverse bezoeken en gesprekken met kleine bedrijven, grote bedrijven, de Nederlandse ambassade, boerenorganisaties en coöperaties,  zullen we proberen antwoord te krijgen op de volgende vraagstukken. In hoeverre kan Argentinië zijn voedselproductie verhogen? Hoe kijken de boeren daar zelf tegenaan? Hoe gaan zij om met veranderingen in het klimaat en het groeiseizoen van hun planten? Kunnen zij voldoen aan de Europese importeisen van vlees, soja en andere producten? Welke kansen en bedreigingen liggen er voor het Nederlandse agrarische bedrijfsleven? De bezoeken en gesprekken zullen ons een breed beeld van de Argentijnse landbouw geven.

Een unieke kans…

Deze reis vormt een mooie kans om meer te leren over de agrarische sector in Argentinië. Daarnaast willen we in gesprek met jonge ondernemers in het land, om te kijken hoe zij de opdracht van hun regering uitvoeren. Maar ook hoe zij inspelen op de veranderingen die in dat land plaatsvinden. Je zult dit land met zijn historie en interessante toekomst op een manier leren kennen die voor de meeste toeristen niet weggelegd is. Bovendien is het een mooie gelegenheid om met een gezellige groep collega-boeren en -tuinders op pad te gaan!

Deelname kennisuitwisselingsreis

Jij kan, samen met nog 14 jongeren, met NAJK op uitwisselingsreis naar Argentinië. Het doel van de reis is om bij jonge agrarische ondernemers een genuanceerde visie over agrarisch ondernemerschap in internationaal perspectief te ontwikkelen. Daarbij wordt gefocust op het vergroten van kennis en bewustzijn van vraagstukken die spelen rondom de landbouw wereldwijd, de mondiale samenhang en de rol van de landbouw daarin. Naast het deelnemen aan de reis is het van belang dat jij als deelnemer in Nederland bekendheid geeft aan jouw deelname aan deze reis.

Geef je voor 24 oktober op via het formulier onder de rode button voor deze reis. lees vooraf ook de voorwaarden voor deze reis. Om de juiste agrarische jongeren te selecteren is het van belang dat je duidelijk je motivatie en verwachtingen aangeeft.

Praktische informatie uitwisselingsreis Argentinië

Wanneer?

  • Tussen 7 en 23 december 2016, onder voorbehoud
  • 10-12 dagen

Voor wie?

  • 15 deelnemers per reis
  • Jonge agrariërs
  • NAJK-leden met een brede interesse, dus ook uit verschillende sectoren!

Wat wordt van je verwacht?

  • Eigen bijdrage: € 1500,- per persoon. Hierin zijn vlucht, visum, overnachtingen, maaltijden, vervoer en reisbegeleiding vanuit NAJK inbegrepen
  • Actieve deelname in het uitdiepen van diverse thema’s
  • Na afloop van de reis opgedane ervaringen aan een breder publiek bekendmaken

Deelnemen?

Stuur voor 24 oktober 2016 het volledig ingevulde inschrijvingsformulier in.

Deze reis wordt mede mogelijk gemaakt door het ministerie van EZ.

Financieel advies aan de zuivelcoöperatie Wakulima in Kenia

Op zondag 17 juli was het dan zover. Na alle voorbereidingen vertrok ik voor Agriterra en het NAJK naar Kenia. Voor mij de eerste keer in Afrika, dus een beetje spannend was het wel. Waar kom je terecht, hoe primitief zou het allemaal zijn en hoe zit het met de veiligheid?

Na een reis van 8 uur kwamen we rond 22u aan op het vliegveld van Nairobi. Daar merkte ik al snel dat alles op “z’n Keniaans” ging.  Zo kwam er na 1 uur wachten pas wat beweging in de rij voor de paspoortcontrole, moesten we vervolgens nog steeds een half uur op onze koffers wachten, en toen we eenmaal in de taxi zaten, stonden we minstens nog een uur in de rij te wachten om met onze taxi door de controlepoorten van de luchthaven te komen. Vanaf dat moment besloot ik me er maar op in te stellen dat alles langer zou duren dan dat ik gewend was in Nederland. En maar goed ook, want Kenianen komen standaard te laat leerde ik die week.

missie Kenia - IMG_1918Na een korte nacht in ons hotel in Nairobi, vertrokken we de volgende ochtend naar Mukurweini, een dorp ten noorden van Nairobi, waar de zuivelcoöperatie Wakulima gevestigd is. De coöperatie was de afgelopen jaren flink gegroeid: van 35 liter melk per dag bij de start eind jaren ’80 tot zo’n 35000 liter melk per dag nu. Vanwege die groei had de coöperatie vorig jaar geïnvesteerd in een yoghurtlijn, waardoor ze sinds kort zowel gepasteuriseerde melk als yoghurt produceerden. Wij waren gevraagd om advies te geven hoe Wakulima nu ook haar financiële afdeling naar een hoger niveau kon tillen.

Missie Kenia - IMG_2032Onze missie begon met een rondleiding door de fabriek. Erg leuk en interessant om te zien hoe men daar de rauwe melk verwerkt. Totaal niet vergelijkbaar met de hygiëne- en kwaliteitseisen die we in Nederland kennen. Zo werd er bijvoorbeeld ook nog gewoon rauwe melk verkocht, droeg men lang niet altijd een haarnetje, handschoenen en schoon schoeisel, en werkte de koeling vaak een halve dag niet. Maar toch ook bewonderenswaardig om te zien hoe gedreven de Kenianen zijn en hoe ze de adviezen van de missies van Agriterra dankbaar ter harte namen.

missie Kenia - DSCN0225Na de presentatie van onze aanbevelingen op vrijdag (waarvoor zelfs de voorzitter van de Board of Directors speciaal naar Mukurweini was gekomen), bracht onze chauffeur ons terug naar Nairobi. Daar bleven we nog één dag, voordat we op zondagochtend terug naar Nederland gingen. Die dag heb ik een National Park bezocht en heeft een gids ons rondgeleid in de sloppenwijken van Nairobi, waar hij was opgegroeid. Beide erg indrukwekkend om te zien!

Op het moment dat ik dit schrijf, zit ik in het vliegtuig terug naar Nederland. Ik kijk terug op een succesvolle en ontzettend gave week, die ik iedereen kan aanraden!

Gerda Verboort
Bestuurslid LAJK