Wat deed NAJK voor jou in februari?

Iedereen bij NAJK zet zich dag in dag uit voor 100% in voor jou als lid. We zorgen bijvoorbeeld voor het materiaal, achtergrondinformatie en gespreksleiders voor interessante bijeenkomsten of discussieavonden, ontwikkelen trainingen en cursussen, regelen winacties en behartigen jouw belangen in Den Haag of Brussel. Wat deed NAJK voor jou in februari? Hier een kleine greep uit alle activiteiten:

  • Donderdag 1 februari heeft Sander Thus, dagelijks bestuurder met de portefeuille bedrijfsovername, een avond gegeven over het bedrijfsovernamefonds bij AJK en LTO Oldambt.
  • NAJK-bestuurder Sander Thus heeft 5 februari een avond gegeven over het bedrijfsovernamefonds bij het Flevolands Agrarisch Jongeren Kontakt in het kader van hun Winterschool. Er was speciale aandacht voor pacht.
  • 7 februari kwamen 15 NAJK-leden terug van een studiereis naar Uruguay.
  • Tijdens de netwerkdag van Helicon Boxtel heeft Sander Thus een presentatie gegeven over het project Boer zoekt Boer. Het thema van de dag was bedrijfsovername. Daarnaast is ook gesproken over het belang van communicatie binnen de familie en het imago van de sector.
  • Dagelijks bestuurder NAJK met de portefeuille internationaal, Iris Bouwers, is met verschillende partijen in gesprek geweest over de toekomst van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB).
  • Jan Paauw, dagelijks bestuurder NAJK met de portefeuille tuinbouw, schreef een column met als titel ‘tuinbouw veroorzaker van aardbevingen?’.
  • 12 februari zijn dagelijks bestuurders NAJK Iris Bouwers en Doeko van ’t Westeinde bij Tjeerd de Groot, landbouwwoordvoerder van D66 in de Tweede Kamer, geweest in het kader van de ronde politiek van NAJK.
  • Er heeft een Wereldboeren-debatavond plaatsgevonden bij Aeres Hogeschool Dronten. 50 jonge tuin- en akkerbouwers gingen met elkaar in debat. De avond werd begeleid door NAJK-bestuurders Iris Bouwers en Jan Paauw.
  • NAJK vindt, samen met LTO Nederland, NMV en netwerk GRONDig, dat de blokkade in het kader van de I&R fraude buitenproportioneel is. De partijen hebben daarom met elkaar de minister opgeroepen om veehouders zo goed en snel mogelijk te faciliteren om de blokkades ongedaan te maken.
  • Sander Thus, dagelijks bestuurder NAJK, heeft een avond gegeven voor een studieclub van jonge zeugenhouders over de sociale kant van bedrijfsovername en de ontwikkelrichting van de varkenshouderij.
  • NAJK heeft op de Groene Welle in Zwolle en Wellant College in Houten gastlessen gegeven over weidegang.
  • In het kader van de ronde politiek van NAJK zijn NAJK-voorzitter, Andre Arfman, en portefeuillehouder akkerbouw, Doeko van ’t Westeinde, in gesprek geweest met de landbouwwoordvoerders van de Tweede Kamer voor CDA, Jaco Geurts en Maurits von Martels.
  • Iris Bouwers, portefeuillehouder internationaal, heeft een interview gegeven voor een Fins land- en bosbouwmagazine over haar rol als (vrouwelijke) Europese bestuurder in combinatie met het bedrijf.
  • Avero Achmea en NAJK hebben een overeenkomst afgesloten waardoor NAJK-leden 8,5% korting kunnen krijgen op hun arbeidsongeschiktheidsverzekering (AOV).
  • 15 februari heeft er een Boer zoekt Boer-informatiebijeenkomst plaatsgevonden in Hoogeveen. Verschillende sprekers lichtten het onderwerp buitenfamiliaire bedrijfsovername toe. De opkomst was hoog.
  • Dagelijks bestuurder NAJK met de portefeuille akkerbouw, Doeko van ’t Westeinde, schreef een column in de Veldpost van 17 februari over vakmanschap.
  • 19 februari zijn NAJK-bestuurders Andre Arfman en Sander Thus in gesprek geweest met Carla Dik-Faber, landbouwwoordvoerder van de ChristenUnie in de Tweede Kamer. Het gesprek was onderdeel van de ronde politiek.
  • Er heeft een provinciale avond plaatsgevonden bij Agrarische Jongeren Friesland over het bedrijfsovernamefonds. De avond werd begeleid door NAJK.
  • NAJK heeft een blog gepubliceerd van Susan Drion. De titel dit keer was ‘Mangalicahof: Crowdfunden voor beter vlees’.
  • Stijn Derks, dagelijks bestuurder NAJK met de portefeuille intensief, schreef een column in het kader van het nieuw uitgekomen onderzoek van de gezondheidsraad waaruit blijkt dat de relatie longproblemen en platteland niet gelegd kan worden.
  • Het bestuur van CEJA waar NAJK-bestuurder Iris Bouwers onderdeel van uitmaakt is in gesprek geweest met de Europese Commissie over het GLB na 2020.
  • Op 21 februari vond de aftrap van de ontwerpwedstrijd Brood en Spelen plaats. Het thema van de wedstrijd is vernieuwing op het platteland. Iris Bouwers zit namens NAJK in de jury.
  • NAJK-voorzitter Andre Arfman en dagelijks bestuurder NAJK met de portefeuille intensief, Stijn Derks zijn in gesprek geweest met Helma Lodders en Arne Weverling. Zij zijn landbouwwoordvoerders van de VVD in de Tweede Kamer. Dit gesprek vormde onderdeel van de ronde politiek van NAJK.
  • Er heeft een NAJK-bestuursvergadering plaatsgevonden. Dagelijks bestuurders van NAJK en afgevaardigden vanuit de provinciale AJK’s gingen met elkaar in gesprek over verschillende thema’s.
  • Op 27 februari was de eindbijeenkomst van het Innovatiefonds voor telers. In de afgelopen jaren zijn vele goede en mooie innovaties in de tuin- en akkerbouw beloond.
  • Iris Bouwers heeft een interview gegeven op Radio EenVandaag over de ontwerpwedstrijd Brood en Spelen.
  • Van 27 februari t/m 1 maart stond NAJK met een stand op de Rundvee en Mechanisatie Vakdagen (RMV) in Venray.
  • Op 28 februari vond een avond over het bedrijfsovernamefonds plaats bij het Zeeuws Agrarisch Jongeren Kontakt (ZAJK). NAJK-bestuurder Sander Thus ging met de aanwezigen in gesprek over de invulling van het fonds.

Wat zal NAJK voor jou doen in maart?

Natuurlijk zal in maart ook veel door NAJK worden georganiseerd. Lees het laatste nieuws op de NAJK-website. Hierbij alvast een voorproefje:

  • Van 6 t/m 8 maart staat NAJK op de Landbouwdagen Intensieve Veehouderij (LIV) in Venray. Bezoek onze stand!
  • Op woensdag 7 maart is de 3e landelijke Agripool Netwerkdag in ’s‑Hertogenbosch. Tijdens de dag wordt de praktische betekenis van Internationaal Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (IMVO) verkend.
  • Donderdag 8 maart is een Boer zoekt Boer-informatiebijeenkomst in Haaksbergen en op donderdag 15 maart is een Boer zoekt Boer-informatiebijeenkomst in Heesch. Aanwezigen komen met geïnteresseerde boeren en potentiële bedrijfsopvolgers in contact en krijgen meer inzicht in alle aspecten die bij bedrijfsovername buiten de familie van belang zijn.
  • NAJK-bestuurder Stijn Derks gaat op 8 maart in gesprek met leden van AJK Stroe/Wekerom over de invulling van het bedrijfsovernamefonds.
  • Donderdag 8 maart neemt NAJK-bestuurder Iris Bouwers deel aan een workshop van Wageningen Universiteit over de financieringsproblemen van jonge boeren. De workshop is onderdeel van een onderzoek van Wageningen Universiteit voor de Europese Investeringsbank.
  • Iris Bouwers geeft op 9 maart een presentatie over de ideale vergroening voor de jonge boer bij de Civil Dialogue Groep directe betalingen en vergroening van de Europese Commissie.
  • 12 maart is een avond bij het Brabants Agrarisch Jongeren Kontakt over de invulling van het bedrijfsovernamefonds.
  • Op vrijdag 16 maart geeft dagelijks bestuurder met de portefeuille intensief, Stijn Derks, een pitch met de visie van NAJK over hoe je de afstand tussen producent en consument verkleint met de bedoeling het welzijn van dieren te kunnen verhogen. Dit gebeurt tijdens de lancering van de Barth-Misset Fonds voor welzijn vee.
  • In het weekend van 16 maart verschijnt er weer een nieuwe editie van het ledenblad ‘BNDR’. Ben jij wel lid, maar ontvang je niet de BNDR? Controleer dan je gegevens!
  • Op 22 maart vindt de kick-off van de MaisChallenge 2018 plaats in Dronten. Het centrale thema tijdens de MaisChallenge is bodem en milieu.

Innovatiefonds voor telers schenkt € 10.000 aan Stichting Boer Bewust

Stichting Boer Bewust heeft dinsdag 27 februari 2018 € 10.000 gekregen van het Innovatiefonds voor telers. Doeko van ’t Westeinde, voorzitter van het Innovatiefonds, overhandigde de cheque aan de oprichters van Boer Bewust Peter van Damme en Jan Blitterswijk. Dit gebeurde tijdens de eindbijeenkomst van het Innovatiefonds voor telers bij Agrifirm in Apeldoorn.

Het geld is bedoeld voor een positieve profilering van de agrarische sector in Nederland. Boer Bewust richt zich met zijn communicatie op de verbetering van het beeld en de awareness van de gangbare land- en tuinbouwsector. De partners van het Innovatiefonds willen Stichting Boer Bewust met de schenking uit het fonds een steun in de rug geven. Boer Bewust wil een eerlijk verhaal vertellen, rechtstreeks vanuit de boer zelf en hiermee bijdragen aan de bewustwording in Nederland.

Succesvolle innovaties

Akkerbouwers en tuinders zijn creatief in het bedenken van praktische oplossingen. Deze oplossingen zijn niet alleen bruikbaar voor hun eigen bedrijf maar zijn juist ook interessant voor hun collega’s. Het Innovatiefonds stimuleerde de afgelopen jaren om de expertise ook met anderen te delen. De beste innovaties kregen een financiële beloning om het idee verder uit te voeren of te perfectioneren. Zo heeft het Innovatiefonds voor telers de afgelopen jaren vele innovaties in de akker- en tuinbouw mogen ontvangen en heeft het fonds mooie concrete oplossingen opgeleverd. Bijvoorbeeld een bufferwagen voor potplanten, maïsteelt tussen fruitbomen, een twaalf meter brede rijenspuit met gps-aansturing en -sectieafsluiting in de suikerbietenteelt en Eco-Combi Douche. Stuk voor stuk succesvolle innovaties die hebben bijgedragen aan de ontwikkeling van de land- en tuinbouw.

Innovatie zet voort

Het Innovatiefonds voor telers is per 1 januari 2018 opgeheven. In 2009 richtte Agrifirm het ‘Wim Luijkx Innovatiefonds’ op bij het afscheid van Wim Luijkx als directeur akkerbouw en tuinbouw van het bedrijf. In 2013 werd het fonds doorgestart als het Innovatiefonds voor telers.
Tijdens de eindbijeenkomst op 27 februari 2018 werden de winnaars van het najaar 2017 bekendgemaakt. Bert Oosterhof kreeg voor zijn maïs rijenspuit een beloning van 3000 euro. De andere prijs ging naar Wiljo Hepping. Hij ontving 2000 euro voor zijn afdekmachine voor over de aardappels of bietenhoop.

Het Innovatiefonds was een initiatief van acht samenwerkende partners, die nauw betrokken zijn bij de agrarische sector. De partners waren ABAB, Abemec, Agrico, Agrifirm Plant, BASF, Bayer CropScience, KWOOT, NAJK, OCI Agro en Syngenta.

Storm in een glas water

‘Veehouderij moet fijnstof verminderen’, ‘omwonende veehouderijen hebben meer longklachten’ en ‘hoge concentraties mensen en beesten bij elkaar is ongezond’, kopte een aantal artikelen van de NOS in juli 2017.

Organisaties en individuele ondernemers in de intensieve veehouderij zullen direct toegeven dat bij het houden van vee emissies ontstaan waaronder fijnstof. Dat is ook niet gek, waar dieren worden gehouden, op welke schaal dan ook, zijn emissies. De vraag is dan ook niet of deze emissies er zijn maar hoe deze kunnen worden ondervangen, dan wel worden beperkt.

In tal van initiatieven verenigd de sector zich opzoek naar een oplossing. Voor een deel zijn deze oplossingen al praktijkrijp, voor het andere deel zijn deze nog in onderzoek maar wat telt is dat men verantwoordelijkheid neemt.

Krantenkoppen en artikelen als bovenstaand vind ik niet passen bij een sector die zich zo in spant voor zijn omgeving. Er wordt geïnsinueerd dat de sector achteroverleunt en dat schaalgrote een direct verband heeft met uitstoot en de gevolgen hiervan op de omgeving. Ik durf te stellen dat we als sector zeker niet achteroverleunen en dat wij hier ons ook altijd hard voor moeten maken. Natuurlijk is het niet makkelijk om in financieel lastige jaren ook nog te moeten investeren in emissiereducerende technieken. Maar we moeten ons als sector blijven realiseren dat we dit nodig hebben voor onze ‘licence to produce’. Wie in de toekomst boer wil blijven, zal niet alleen de beste technische resultaten en de maximale winst moeten nastreven maar zal zich ook moeten blijven realiseren dat draagvlak bij de omgeving nodig is.

Hierbij is het extreem moeilijk te merken dat onze inzet door de omgeving niet gezien lijkt te worden. Men ziet grote stallen waarvan men geen idee heeft wat zich binnen afspeelt en heeft geen idee wat er gedaan wordt om overlast te beperken. De media draagt hier op bovenstaande wijze haar steentje goed aan bij.

Nu wil het geluk maar ook de pech dat er begin februari een artikel verschijnt waarin er gewezen wordt dat de uitstoot van intensieve veebedrijven veel lager is dan men altijd heeft gedacht. Een artikel van de Telegraaf kopte zelfs ‘Geen verband tussen longproblemen en platteland’. Uit een onderzoek van de gezondheidsraad blijkt de oorzaak van de longproblemen onduidelijk te zijn. Dit is natuurlijk mooi nieuws voor onze sector maar eigenlijk komt het te laat. De toon is gezet en wanneer het gaat om longproblemen op het platteland zal er altijd gewezen blijven worden naar de intensieve veehouderij. Een slechte naam veroorzaakt door een storm in een glas water. Als sector is het onze taak er alles aan te doen de schade van deze storm te beperken. Enerzijds door de juiste stappen te zetten binnen je bedrijfsvoering, anderzijds juist door te laten zien welke stappen je al gezet hebt en trots te zijn op ons mooie gezonde sector.


Stijn Derks

Binnen het dagelijks bestuur van NAJK is Stijn Derks verantwoordelijk voor de portefeuille intensief. Stijn combineert deze functie met het werk op het pluimvee- en akkerbouwbedrijf.

17 vragen en antwoorden over fosfaatrechten

Een nieuwe wereld is open gegaan. Op 1 januari 2018 is het stelsel van fosfaatrechten voor melkvee in werking getreden. Dat betekent dat u vanaf dat moment met uw melkvee niet méér fosfaat mag produceren dan het aantal rechten dat u heeft. Maar waar doet u nu goed aan? Dat hangt natuurlijk van de bedrijfssituatie af. Rendement en risico van het investeren in fosfaatrechten is erg verschillend per bedrijf. Een grote stal met overcapaciteit of juist een collega die maximaal gekort wordt?

Als melkveehouder heeft u een beschikking ontvangen waarin de fosfaatrechten aan u worden toegekend. En nu…? Onderstaand beantwoorden we de belangrijkste vragen over fosfaatrechten.

Melkveehouders

1. Ik heb een beschikking ontvangen, wat nu…?
Controleer uw situatie goed. Check op wel/niet grondgebonden, kortingspercentage, dieraantallen, melkproductie, oppervlakte en fosfaatklasse.

2. Ik heb geen beschikking ontvangen, maar denk wel rechten nodig te hebben. Wat moet ik doen?
Alleen bedrijven met dieren in de categorie 100, 101 en 102 krijgen op basis van het aantal dieren op 2 juli 2015 fosfaatrechten toegewezen. Als de registratie mogelijk niet op orde is, worden er geen rechten toegekend. Deze groep ondernemers moet naar onze mening binnen 6 weken na 1 januari een verzoek indienen bij RVO om fosfaatrechten toegekend te krijgen.

3. Ik ben het niet eens met de hoeveelheid fosfaatrechten. Welke opties heb ik?
U kunt bezwaar maken binnen 6 weken na ontvangst of u kunt zich aanmelden als knelgeval voor 1 april 2018. Het is in ieder geval raadzaam vooraf contact op te nemen met de rechtsbijstandsverzekering.

4. Mijn gegevens zijn niet correct weergegeven in de beschikking. Wat moet ik doen?
Als uw gegevens niet correct zijn, moet u binnen 6 weken bezwaar maken. Voorbeelden van redenen van bezwaar: Pal/Pw-getal onjuist geregistreerd, jongvee onjuist geregistreerd, diermutaties niet correct verwerkt of niet afgeleverde melk. Bij bezwaar tegen onjuistheden in de registratie moet u dat direct zo goed mogelijk toelichten.

5. Ik wil mij aanmelden als knelgeval, kan dat?
Aanmelding als knelgeval is mogelijk vóór 1 april 2018. U komt in aanmerking als knelgeval als u door bijzondere omstandigheden 5% minder melkvee hield op 2 juli 2015. Bijzondere omstandigheden: bouw, diergezondheid, ziekte of overlijden vennoot of aanverwant in eerste graad, publiek project, vernieling of brand. Ook voor starters geldt de knelgevallenregeling.

6. Ik ben voor 2 juli 2015 financiële verplichtingen aangegaan. Maak ik kans als ik bezwaar maak?
In het geval van financiële verplichtingen aangegaan voor 2 juli 2015 is het noodzakelijk aan te tonen dat u disproportioneel nadeel ondervindt van de invoering. Het is belangrijk om uit te rekenen hoe groot het nadeel is en wanneer de onomkeerbare besluiten genomen zijn. Maak binnen 6 weken pro forma bezwaar met een korte motivatie.

7. Hoe en wanneer wordt mijn bezwaar beoordeeld en getoetst?
De manier waarop bezwaren beoordeeld en getoetst gaan worden is nog niet bekend. De VLB-kantoren verwachten samen met RVO tot een efficiënte afhandeling van bezwaren te komen. Waarschijnlijk zullen eerst enkele bezwaren behandeld worden. Daarna vraagt RVO voor andere melkveehouders aanvullende informatie op die nodig is voor de afhandeling. RVO heeft toegezegd onderbouwde bezwaren ten aanzien van onjuiste registraties vlot af te handelen. U moet er dus rekening mee houden dat het vele maanden kan duren voordat u zekerheid heeft.

8. Maak ik meer kans op bezwaar tegen fosfaatrechten als ik succes heb gehad met mijn bezwaar tegen het Fosfaatreductieplan 2017?
Het fosfaatrecht en het Fosfaatreductieplan zijn twee compleet verschillende wetten. De wetten kennen een verschillende juridische basis, andere looptijd en een verschillende knelgevallenregeling. Wij denken dat de bezwaren tegen heffingen in het Fosfaatreductieplan geen effect hebben op bezwaren tegen de fosfaatrechten.

9. Ik had mijn jongvee op 2 juli 2015 uitgeschaard? Hoe kom ik nu toch aan fosfaatrechten?
Vanaf 1 januari 2018 kunt u een verzoek insturen om uw fosfaatrecht op te hogen. Belangrijk is dat de inschaarder moet instemmen met een verlaging van zijn fosfaatrechten. Er moet een overeenkomst zijn tussen in- en uitschaarder. Ook moet met I&R worden aangetoond dat uitscharing heeft plaatsgevonden. Via het formulier In- en uitscharen moet dit gemeld worden via Direct regelen.

10. Ik had mijn jongvee op 2 juli 2015 ondergebracht bij een jongveeopfokbedrijf? Hoe gaat dat met de fosfaatrechten?
Vanaf 1 januari 2018 kunt u een verzoek insturen om uw fosfaatrecht op te hogen. Belangrijk is dat de jongveeopfokker moet instemmen met een verlaging van zijn fosfaatrechten. Er moet een overeenkomst zijn tussen de jongveeopfokker en het melkveebedrijf. Ook moet met I&R worden aangetoond dat sprake was van jongveeopfok.

11. Ik wil fosfaatrechten overdragen. Waar moet ik aan denken?
Een melding bij RVO en 100 euro leges zorgen voor overdacht van de rechten. Let op: houd rekening met een korting van 10% van het aantal rechten. Dit geldt niet in geval van vererving, bloed-/aanverwanten tot de derde graad, partner of teruglevering in hetzelfde jaar.

12. Hoe kan ik het beste reageren met mijn bedrijfsvoering op de invoering van de rechten?
Velen van u willen de gekorte hoeveelheid fosfaat terugkopen. Een begrijpelijke reactie, maar toch.. emotie is een slechte raadgever. Het is verstandig eerst de bedrijfsvoering te optimaliseren binnen de fosfaatrechten die u heeft. In hoofdlijnen betekent dat: streef naar een hoge(re) melkproductie per koe, langere levensduur en zo min mogelijk jongvee. Kijk ook naar uw plannen voor de toekomst. Is samenwerking een optie? Of zijn er andere mogelijkheden? Weet u al waar u wilt staan over 5 jaar? Ook hier kan Flynth u uitstekend begeleiden.

13. Koop of huur van fosfaatrechten. Wat is het beste?
Rechten kunt u kopen of leasen. Flynth kan voor u een berekening maken aangaande rendement en terugverdientijd voor de aanschaf van fosfaatrechten. U kunt ook kiezen voor huur van een jaar of voor langere tijd. Houd ook rekening met de fiscale gevolgen van uw keuze. Op deze wijze kunt u specifiek voor uw bedrijf beoordelen of aanschaf van fosfaatrechten middels koop of lease een passende optie is.

14. Kan ik in aanmerking komen voor fosfaatrechten uit de op te richten Fosfaatbank?
Er is een aankondiging geweest dat een Fosfaatbank wordt opgericht. Die wordt gevuld uit de afroming van de transacties, de 10% korting bij overdracht. De spelregels en de criteria voor toekenning zijn nog volstrekt onduidelijk. Flynth denkt dat de fosfaatbank pas na afhandeling van de bezwaren actief wordt.

15. Ik ga toch meer fosfaat produceren dan mijn rechten. Wat zijn de consequenties?
Let op: als u in een kalenderjaar meer fosfaat produceert dan toegestaan, is er sprake van een economisch delict. Bij een veroordeling wordt u het economisch voordeel afgenomen, ontvangt u een boete en krijgt u een strafblad.

Vleesveehouders/zoogkoeienhouders

16. Ik ben vleesveehouder en heb geen toekenning fosfaatrechten ontvangen. Wat moet ik doen?
Alleen bedrijven met dieren in de categorie 100, 101 en 102 krijgen op basis van het aantal dieren op 2 juli 2015 fosfaatrechten toegewezen. Het jongvee van vlees/zoogkoeien moet worden geregistreerd in categorie 101 en 102. Als de registratie mogelijk niet op orde is, worden er geen rechten toegekend. Deze groep ondernemers moet naar onze mening binnen 6 weken na 1 januari een verzoek indienen bij RVO om fosfaatrechten toegekend te krijgen.

17. Heb ik voldoende rechten toegekend gekregen?
Als vleesvee- en zoogkoeienhouder is het belangrijk te checken op welke diercategorie het vee geregistreerd is. Als de aantallen niet kloppen is het raadzaam binnen 6 weken bezwaar te maken.

Wilt u meer informatie over fosfaatrechten? Neem dan contact op met uw Flynth adviseur. U kunt ook een e-mail sturen naar agro@flynth.nl of bellen met 088 – 236 77 77.

Sectororganisaties doen dringend beroep op melkveehouders

De belangenorganisaties van de melkveehouderij LTO Nederland, NMV en NAJK en de zuivelondernemingen verenigd in de NZO benadrukken het grote belang van een sluitend systeem van identificatie en registratie van runderen voor de Nederlandse rundveesector. Zij wijzen melkveehouders op hun individuele verantwoordelijkheid hierin.

Het I&R-systeem is cruciaal voor de sector. LTO, NMV, NAJK en de zuivelondernemingen zijn dan ook verontwaardigd dat een deel van de melkveehouders het afgelopen jaar heeft gefraudeerd met het I&R-systeem in het kader van het fosfaatreductieplan. Fraude is onacceptabel.

Het is in het belang van de sector om ervoor te zorgen dat het I&R-systeem zo snel mogelijk op orde komt. De organisaties gaan na welke mogelijkheden zij hebben om samen met het ministerie de fraude op te sporen en tegen te gaan.

Het 6e actieprogramma Nitraatrichtlijn, van generiek naar specifiek: een goede zaak!

De winter is voor mij een goede tijd om over het volgende teeltseizoen na te denken. Hoe ga ik de bemesting dit jaar anders doen? Misschien meer met vaste mest in plaats van drijfmest of kunstmest werken? Heeft het nut om meer met groenbemesters te gaan werken? Ik gebruik daar soms handige programmaatjes voor om dingen door te rekenen. Deze programma’s zijn echter wel gebonden aan de mestregelgeving en laat deze nu voor de komende jaren weer op de schop gaan. Regelgeving waarvan ik vroeger dacht: wie heeft het bedacht? En hoe kunnen ze het bedenken? Nu heb ik er in de praktijk mee te maken. Waarom zijn er zo veel beperkingen en verplichtingen?

Vlak voor de kerst is door minister Schouten het 6e actieprogramma Nitraatrichtlijn aangeboden. Dit programma zal onder andere het Nederlandse mestbeleid gaan bepalen voor de komende vier jaar. In dit programma staan de maatregelen die Nederland gaat nemen om de uitspoeling van stikstof en fosfaat naar het grond- en oppervlaktewater te beperken. Op dit moment voldoet Nederland nog niet aan de Europese eis van 50 mg nitraatuitspoeling via het grondwater. Dit speelt specifiek op bouwlandpercelen in het zandgebied in zuid Nederland en het lössgebied. Daarnaast kijkt Europa streng toe op de uitspoeling van nutriënten naar het oppervlaktewater. Dit is in een veel groter deel van Nederland aan de orde, daar moet aan gewerkt worden.

Juist voor het zuidelijk zand en lössgebied gaan extra regels gelden die de uitspoeling van nutriënten via grondwater moet voorkomen. Zo zal er in het zuiden na de teelt van aardappels voor 31 oktober een vanggewas gezaaid moeten worden en de bemestingsnorm voor groenbemesters zal gehalveerd worden na de teelt van een uitspoelingsgevoelig gewas. Dit zijn enkele maatregelen die direct de boerenpraktijk raken en kosten met zich meebrengen. Ik vraag me sterk af of de maatregelen altijd daadwerkelijk het gewenste effect hebben. De meest ingrijpende maatregel is misschien wel de verplichte rijenbemesting in maïs vanaf 2021 op alle zand- en lössgronden. NAJK heeft voorgesteld om rijenbemesting alleen te verplichten op gronden waar werkelijk een hoge uitspoeling gemeten wordt, namelijk het zuidoostelijk zandgebied. Dit voorstel is echter niet aangenomen. Ook voor ruggenteelten gaat er iets veranderen: er zal een blokkade aangelegd moeten worden om afspoeling van het perceel tegen te gaan. Een blokkade in de vorm van een geul of sleuf rondom het perceel is nu ook toegestaan.

Juist voor akkerbouw is specifiek beleid belangrijk. Als teler moet je kunnen bemesten naar gewasbehoefte en grondsoort. Ik ben dan ook blij met de extra klasse voor de fosfaatnorm. De stap naar het compleet in beeld brengen van de in- en uitgaande mineralenstromen is nog niet gezet. Op deze manier wordt ieder bedrijf geprikkeld om zo efficiënt mogelijk met de bemesting om te gaan. Dit lijkt mij een goede richting. Het 6e actieprogramma vind ik in z’n totaliteit dan ook een stap in de goede richting om problemen die regionaal spelen aan te pakken.


Doeko van ‘t Westeinde

Binnen het dagelijks bestuur van NAJK is Doeko van ’t Westeinde verantwoordelijk voor de portefeuille akkerbouw. Doeko combineert deze functie met het werk op zijn akkerbouwbedrijf in Nieuweschans.

‘Betrek het hele gezin bij overname familiebedrijf’

Veel agrarische familiebedrijven hebben in het opvolgingsproces te weinig aandacht voor de sociale en emotionele kanten van een bedrijfsovername. Ook worden de broers of zussen die het bedrijf niet overnemen vaak onvoldoende betrokken. Dit blijkt uit onderzoek van het Landelijk Expertisecentrum Familiebedrijven (LEF) van Hogeschool Windesheim.

Complex proces

De afgelopen twee jaar deed het expertisecentrum samen met Aeres Hogeschool Dronten, LTO Noord en NAJK onderzoek naar het bedrijfsopvolgingsproces bij agrarische familiebedrijven. ‘Bij familiebedrijven is het opvolgingsproces complexer dan bij andere bedrijven, omdat er een ingewikkelde sociale band kan bestaan tussen familieleden’, zegt Ilse Matser, lector Familiebedrijven bij Windesheim. ‘Daarom is het belangrijk dat er niet alleen oog is voor de zakelijke aspecten, maar ook voor de sociale en emotionele aspecten die bij de overname komen kijken. Dit is bij veel families niet vanzelfsprekend.’

Psychologisch eigendom

De onderzoekers hebben onder andere spelvormen zoals het waarden- en belangenspel ontwikkeld om families te helpen belangrijke zaken in een luchtige en open sfeer bespreekbaar te maken. Jelle Bouma, onderzoeker bij het LEF: ‘Vaak beperkt de communicatie zich tussen de overdrager en de opvolger, terwijl het juist erg belangrijk is om ook de familieleden die het bedrijf niet gaan overnemen, erbij te betrekken. Het familiebedrijf is vaak ook de plek waar het gezin woont en samenkomt. Tijdens het onderzoek bleek dit voor de niet-opvolgende kinderen een belangrijk punt: zij willen ook na de opvolging nog “thuis” kunnen komen op het bedrijf. Hier is sprake van een psychologisch eigendom waar door de overdrager en opvolger ook rekening mee gehouden hoort te worden.’

Familiegesprek

Een kansrijk instrument voor veel familiebedrijven is het opstellen van een familiestatuut. ‘Zo’n statuut kan een goede aanleiding zijn voor familieleden om met elkaar in gesprek te gaan’, zegt Kathalijne Visser, onderzoeker bij Aeres. ‘Wat zijn de waarden van de familie, waar willen we als familiebedrijf over twintig jaar staan, hoe gaan we om met conflicten en hoe graag willen we het bedrijf koste wat kost binnen de familie houden?’ Een hierbij is om een begeleider te betrekken bij deze gesprekken. Met een begeleider gaan mensen “makkelijker” praten en spreken ze zich eerder uit over elkaar rol en hoe ze tegen elkaar aankijken. Visser: ‘In de familiegesprekken kwam bijvoorbeeld de waardering voor elkaar naar boven, iets wat anders niet zo snel wordt uitgesproken.’ Voorts is het belangrijk om eventueel gemaakte afspraken vast te leggen.

Meer lezen over dit onderwerp? Ga dan naar www.windesheim.nl/lef-publicaties om daar de publicatie Agrarische bedrijfsopvolging: Een project voor de hele familie te downloaden.

Geld en de toekomst van de landbouw

Geld. Het is een onderwerp dat iedereen beweegt. Sommigen zien geld als een probleem, het leidt af van belangrijkere zaken zoals gezondheid en geluk. Anderen ervaren geld als een hindernis, mooie ideeën komen niet zo ver zonder geld om ze uit te voeren. Geld zou dan ook een oplossing kunnen zijn, een middel om slimme ideeën te verwezenlijken en andere waarden te scheppen. Geld als veranderaar, het is het onderzoeken waard.

IMG-20170820-WA0021
Susan Drion – credits: Pieter van Hout

Ik ben Susan Drion, student biologische landbouw aan de WUR en voorzitter van het Slow Food Youth Network Nederland. Ik begin steeds meer te ontdekken dat de toekomst van onze landbouw afhangt van ons economisch systeem. Het economisch systeem bepaalt hoe we eten waarderen, in hoeveelheid, kwaliteit, gezondheid of milieuvriendelijkheid. Het economisch systeem bepaalt ook de speelruimte van agrarisch ondernemers, economisch beleid legt regels op en stimuleert een bepaald soort ondernemerschap. Als we de toekomst van onze landbouw in eigen handen willen nemen, dan hebben we dus een economisch systeem nodig dat dit mogelijk maakt. Startkapitaal is nodig om oplossingen te testen voor een duurzamere landbouw. Daarom neem ik het onderwerp financiering als het startpunt van mijn zoektocht naar de samenhang tussen geld en de toekomst van de landbouw.

De Nederlandse landbouw is kampioen in het produceren van veel voedsel. Na de Verenigde Staten zijn wij het meest voedsel exporterende land ter wereld. We moeten trots zijn op het aantal monden dat de Nederlandse landbouw kan voeden. Ook zijn onze boeren de landschapsmanagers van Nederland. Ze onderhouden onze weilanden, akkers en velden. Zonder deze harde werkers is er geen Nederlands voedsel om ons te voeden, geen koeien in de wei en volledige afhankelijk van het buitenland.  De landbouw is dus belangrijk voor ons allemaal. Er is helaas ook een keerzijde aan dit verhaal. Door de landbouw is de biodiversiteit in Nederland flink afgenomen en verdichten de bodems. Ook is de landbouw verantwoordelijk voor een substantieel deel, 10%, van de uitstoot van broeikasgassen. De Nederlandse landbouw moet dus duurzamer. Dan kan je naar de boer kijken, maar die heeft weinig bewegingsruimte. De gemiddelde boer in ons land draait verlies en 39% van de boeren leeft onder de armoede grens. Voor het verduurzamen van de landbouw heeft het dus geen zin om alleen maar bij de boeren aan te kloppen.


VERDUURZAMEN #WATDAN
Dit onderzoek neemt geen vooraf ingenomen positie in over wat voor duurzaamheid bereikt zou moeten worden. Alle richtingen worden erkent en mogelijk onderzocht. Met verduurzaming van landbouw wordt het volgende bedoeld:

  • Het verhogen van natuurlijk kapitaal: de bodemkwaliteit verbeteren, biodiversiteit verhogen, broeikasgassen verlagen, omschakelen naar groene energiebronnen en het gebruik van kunstmatige gewasbeschermingsmiddelen verlagen
  • Het verhogen van sociaal kapitaal: de verbinding tussen boer en burgen versterken, het bewustzijn over de herkomst van –en effect op onze gezondheid van ons voedsel vergroten, lokale samenwerking versterken
  • Het verhogen van menselijk kapitaal: lokale  werkgelegenheid vergroten

Voor een omslag naar duurzame landbouw is geld nodig. Geld om uit te proberen wat wel werkt en wat niet. Normaal gesproken gaat de boer naar de bank, om geld te vragen voor een nieuw plan. Dat wordt steeds moeilijker. Door nieuwe regels, de zogeheten Basel 3 Akkoorden, moet de bank meer geld op de rekening laten staan en kan minder risicovol investeren. Ondertussen is het inkomen van boeren steeds instabieler geworden waardoor een cashflow voor het terugbetalen van de lening niet gegarandeerd kan worden.

Het is dus hoog tijd dat de Nederlandse landbouw verduurzaamt en de boer weer een eerlijk inkomen verdient. We kunnen niet op de banken blijven wachten en zullen het heft in eigen handen moeten nemen. Alternatieve financieringsmodellen kunnen misschien de deur naar een toekomstbestendige landbouw openen, en dus is het tijd om deze eens grondig uit te zoeken. Financieringsmodellen zijn alternatief als ze andere bronnen van financiering gebruiken dan de bank, soms wel in combinatie met cofinanciering met de bank. Voorbeelden zijn crowdfunding, kredietunies, burgerinitiatieven en beleggingsfondsen.

Donald Duck in de schijnwerpers – hoe deed zijn oom dat nou toch?

In hoeverre is financiering een probleem voor boeren die willen verduurzamen? Welke vormen van alternatieve financiering vergroten daadwerkelijk duurzaamheid op de boerderij? Wat voor lessen kunnen getrokken worden uit deze succesvolle praktijkvoorbeelden? En in hoeverre kunnen deze lessen van waarde zijn voor boeren die willen verduurzamen? Dit zijn de vragen die ik wil beantwoorden tijdens mijn onderzoek.

Voor mijn onderzoek ben ik op zoek naar echte verhalen van boeren die ervaring hebben met alternatieve financieringsmodellen die duurzaamheid op de boerderij hebben vergroot. Deze ‘best practices’ deel ik met jullie in deze blogserie. Ken jij innovatieve financieringsconstructies voor in de landbouw? Heb jij zo’n constructie al gebruikt en wil jij je ervaring delen? Of ken jij andere interessante spelers op dit gebied? Laat het mij dan weten! Reageer op deze blog, via twitter of schrijf een mail naar susan.drion@wur.nl.

Bedankt!

NAJK-inspiratiedag groot succes

NAJK-inspiratiedag groot succes

Op 2 december 2017 organiseerde het Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt (NAJK) de inspiratiedag ‘Welke richting ga jij op met jouw bedrijf?’ ter ere van het 40-jarig jubileum van NAJK. Deze dag, speciaal georganiseerd voor jonge boeren en tuinders, stond in het teken van de toekomst van jonge boeren. Naast vele jonge boeren en tuinders was ook minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, Carola Schouten, bij het jubileum van NAJK aanwezig.

“We kijken tevreden terug op deze inspirerende dag”, zegt Andre Arfman, voorzitter van NAJK. “Deze dag stond in het teken van de toekomst van onze agrarische bedrijven. Jonge boeren en tuinders, het bedrijfsleven, wetenschap en beleidsmakers gingen met elkaar in gesprek over de toekomst van onze mooie sector. Natuurlijk met als hoogtepunt de kennismaking met minister Schouten.

Kennismaking minister van LNV

Voorafgaand aan het jubileumevenement maakte minister Schouten kennis met het dagelijks bestuur van NAJK. Vervolgens ging zij in gesprek met twaalf jonge boeren en tuinders. De minister was geïnteresseerd in de ervaringen en obstakels van jonge boeren en tuinders. Na de officiële opening van de inspiratiedag door Andre Arfman, NAJK-voorzitter, sprak minister Schouten de groep jonge boeren en tuinders toe: “Ik wil samen met NAJK, en dus de jonge boeren, optrekken voor een toekomstbestendige sector. Mijn missie: een betere marktpositie van de boer in de keten, tegenstelling landbouw en natuur verkleinen en werken aan het imago van de sector en de waarde van voedsel”, aldus Schouten. Ook deelde Schouten haar ervaringen uit haar jeugd en gaf een handreiking voor samenwerking met jonge boeren voor de toekomst.

Om minister Schouten welkom te heten kreeg zij tijdens het jubileum een brievenbus met honderden postkaarten overhandigd van de NAJK-voorzitter. Deze kaartjes bevatten een persoonlijke boodschap van de jonge boeren en tuinders. “Het is belangrijk dat de jonge boeren en tuinders gesteund worden door de nieuwe minister en haar betrokkenheid zien. Deze kennismaking heeft daar veel aan bijgedragen”, aldus Arfman.

Het ochtendprogramma vervolgde met inspirerende woorden van Francis Kint, CEO bij Vion Food Group. Hij praatte de aanwezigen bij over korte ketens in de agrarische sector.

Inspiratiesessies

In de middag volgde iedere jonge boer en tuinder een eigen programma. Er was keuze uit verschillende inspiratiesessies. Tijdens de eerste ronde ging Gijs Nillessen met de jonge boeren en tuinders op zoek naar ‘de beste jonge PitchBoer’. Karin Harink bleek haar ideeën het beste over te kunnen brengen zij mag zich volgens de jury ‘PitchBoer(in) 2017’ noemen. Onno van Eijk (Imagro) dacht met de jonge ondernemers na over de ontwikkelingen in de sector en hoe zij hierop in kunnen spelen. Gerben Splinter (Wageningen Economic Research) ontdekte aan de hand van concrete voorbeelden uit de tuinbouwsector het belang van nieuwe waardeproposities.

In de tweede ronde van de inspiratiesessies vertelden Alex Datema en Evelien Verbij (BoerenNatuur) over natuurinclusieve landbouw. Is natuurinclusieve landbouw het nieuwe gangbaar? Aan de hand van deze vraag dachten zij met de jonge boeren na over een minder belastende voedselproductie. In de inspiratiesessie van Joris Lohman (Food Hub) ging het over de transitie van de agrarische sector: een totale verandering van denken, doen en handelen. Maaike de Reuver liet zien hoe Food Inspiration de Nederlandse boeren helpt Farmeteer te worden, niet alleen farmer, maar ook marketeer. De winnaar van de campagne ‘over de vloer bij de boer’ vertelde over zijn gerestyled boerderijkwinkel.

De middag volgde met de uitreiking van de ProvincieBATTLE. Sinds september 2017 zijn de tien provinciale afdelingen van NAJK, AJF, GrAJK, DAJK, OAJK, GAJK, FAJK, HAJK, BAJK, ZAJK en LAJK, met elkaar een intensieve strijd aangegaan. Alle jonge boeren en tuinders konden deelnemen en vormden binnen iedere provincie samen een team. Het Limburgs Agrarisch Jongeren Kontakt (LAJK) mocht de prijs in ontvangst nemen. Zij wonnen een volledig verzorgde barbecue voor de provincie. Na de uitreiking werd het boerenpanel uitgedaagd in een discussie over nieuwe verdienmodellen. Het boerenpanel bestond uit geitenhouder Frank Brinkhaus, melkveehouder Bartele Holtrop en spinazieteler Rick Broersen. Dagvoorzitter Han Swinkels praatte de dag op een interactieve en enthousiaste wijze aan elkaar.

“Tijdens de inspiratiedag kwam nadrukkelijk naar voren dat jonge boeren en tuinders bewust nadenken over de toekomst van hun bedrijf. Verandering is van alle tijden. We moeten niet vast zitten in wat we nu doen, maar we moeten kijken naar wat de toekomst ons reikt. Iedere jonge boer en tuinder moet daar zijn eigen invulling aan geven”, aldus Arfman.

    NAJK organiseert inspiratiedag ter ere van het 40-jarig jubileum

    Op 2 december 2017 organiseert het Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt (NAJK) de inspiratiedag ‘Welke richting ga jij op met jouw bedrijf?’ ter ere van het 40-jarig jubileum van NAJK. Deze dag, speciaal georganiseerd voor jonge boeren en tuinders uit Nederland, staat in het teken van de toekomstrichting van jonge boeren.

    Sinds 1977 komt NAJK op voor de belangen van de Nederlandse jonge boeren en tuinders. De agrarische sector is in transitie. Daarmee verandert ook de manier van voedsel produceren en de vraag van de consument. Reden voor NAJK om samen met de achterban na te denken over de toekomst van hun agrarische bedrijven: welke richting gaan zij op met hun bedrijf?

    Inspirerend programma

    Welke rol hebben jonge boeren en tuinders in de veranderende keten. Kies je voor de wereldmarkt of juist voor specifieke niches? Is natuurinclusieve landbouw het nieuwe gangbaar? Hoe moeten we ondernemen in een voedselsyteem in transitie? Welke verdienmodellen zijn er? En hoe ontdek je wat bij jou past? In een inspirerend programma met onder andere minister Schouten en Francis Kint (CEO bij Vion Food Group) wordt antwoord gegeven op deze belangrijke vragen. Er worden zes inspiratiesessies gegeven: Gijs Nillessen (namens Rabobank), Onno van Eijk (Imagro), Gerben Splinter (Wageningen Economic Research), Alex Datema en Evelien Verbij (BoerenNatuur), Joris Lohman (Food Hub) en Maaike de Reuver (Food Inspiration). Ook zullen drie ambitieuze jonge boeren vertellen over hun verdienmodel. Tijdens de inspiratiedag wordt ook de winnaar van de ProvincieBATTLE bekend gemaakt. Dagvoorzitter Han Swinkels praat de dag op een interactieve en enthousiaste wijze aan elkaar.

    Meer informatie

    De inspiratiedag ‘welke richting ga jij op met jouw bedrijf?’ wordt georganiseerd van 09:30 uur tot 16:30 uur, met aansluitend een borrel ter ere van het 40-jarig jubileum. Kijk hier voor meer informatie.