Wie is de beste jonge PitchBoer?

Stem op jouw favoriet

Via provinciale voorrondes zijn deze zes jonge boeren doorgestoomd naar de landelijke wedstrijd van Oogsten met een goed verhaal. Maar, er kunnen slechts drie personen door naar de finale. Wie? Dat bepaal jij?

De zes deelnemers volgden een intensieve training van Gijs Nillessen. Tijdens deze training hebben zij hun persoonlijke pitch opgenomen. Bekijk hun video’s hier en geef jouw stem door. Stemmen op jouw favoriet kan tot maandag 27 november 10:00 uur.

De finale van Oogsten met een goed verhaal vindt plaats tijdens de NAJK-inspiratiedag van NAJK. Wil jij hierbij aanwezig zijn? Bestel hier jouw toegangsticket.

Minister Schouten spreekt op inspiratiedag NAJK

De nieuwe minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, Carola Schouten, komt spreken op de inspiratiedag van het Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt (NAJK). Deze inspiratiedag is op zaterdag 2 december 2017 en wordt gehouden in het kader van het 40-jarig jubileum van NAJK.

1 september 1977 vond een groep jonge boeren en tuinders dat de maat vol was. De jonge agrarisch ondernemer kreeg te weinig aandacht. En daar was maar één oplossing voor: een eigen belangenorganisatie: NAJK!

Invulling programma

40 jaar NAJK kunnen we niet zomaar voorbij laten gaan. Daarom organiseert NAJK op zaterdag 2 december 2017 de inspiratiedag in de Evenementenhal in Gorinchem. Thema van de dag is: Wie de klomp past trekt hem aan! Welke kant ga jij op met jouw bedrijf? Met elkaar gaan we nadenken over nieuwe verdienmodellen. Naast minister Schouten komt Francis Kint (Vion) vertellen over nieuwe ketenconcepten. In de middag kunnen de aanwezigen naar eigen keuze deelnemen aan verschillende inspiratiesessies. Bijvoorbeeld over natuurinclusieve landbouw, hoe je je verhaal kort en krachtig overbrengt of over veranderingen in het landouwsysteem. Kijk hier voor het volledige programma.

Stel je vraag aan Schouten

’s Morgens zal minister Carola Schouten van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit zich voorstellen. Ook zal zij haar visie geven op de toekomst van de land- en tuinbouw. Heb jij een vraag aan de minister? Geef je vraag door via dit formulier. Dagvoorzitter Han Swinkels zal een selectie van deze vragen voorleggen aan de minister.

Aanmelden

Vanwege de komst van Schouten is het uiterlijke aanmeldtermijn verlengd. NAJK-leden en andere geïnteresseerden kunnen zich tot en met 25 november aanmelden, klik hier om je aan te melden.

Rabobank en NAJK maken samen nieuwe visie melkveehouderij

Het runnen van een melkveebedrijf is de afgelopen jaren enorm veranderd. Toch blijft er volop toekomstperspectief voor jonge ondernemers met de juiste strategie. Rabobank heeft in samenwerking met het NAJK een nieuwe visie op de melkveehouderij opgesteld. De nieuwe visie heet ‘melken in de nieuwe realiteit’. De visie schetst drie strategieën voor toekomstgerichte melkveehouders.

“Wij zijn erg trots op deze nieuwe visie op de melkveehouderij. Ik denk dat heel veel jonge melkveehouders zich zullen herkennen in de drie verschillende strategieën”, aldus Bart van der Hoog, portefeuillehouder melkveehouderij. “Het is de kunst om als jonge melkveehouder een strategie te kiezen die bij jezelf past maar ook in de omgeving waarin je bedrijf staat.”
De nieuwe visie op de melkveehouderij is hier te lezen.

Lees hier de visie van NAJK en Rabobank op de melkveehouder ‘Melken in de nieuwe realiteit’.

 

Toegang tot land

Column 1/3 | Ondersteuning jonge boeren

Er is een top 3 van zaken waar jonge ondernemers behoefte aan hebben: 1) toegang tot land; 2) toegang tot kapitaal en 3) kennisontwikkeling. In deze eerste column van de reeks ga ik in op toegang tot land.

Startende jonge boeren ervaren de beschikbaarheid van grond als grootste drempel om te starten. Het begint al voor de bedrijfsovername. Grond maal € 64.000,- per hectare drukt hard op de balans. Een bedrijf overnemen vraagt om veel kapitaal. Laat staan wanneer je extra hectares bij wilt kopen. Een externe verkoper zal wellicht minder vriendelijk zijn in het vaststellen van de hectareprijs dan je eigen ouders. Maar grond is wel nodig. De maatschappij stuurt immers naar een meer extensieve manier van landbouwbedrijven of naar meer weidegang. Als jonge ondernemers geen grond kunnen kopen, blijven de mogelijkheden van pachten of huren over. Het liefst tegen een prijs waarmee er nog een inkomen overblijft.

Namens NAJK mag ik in gesprek met verpachters en organisaties die verpachters vertegenwoordigen. Wat opvalt is het grote onrecht dat verpachters zich aangedaan voelen. Ze kopen dure grond, drukken de grondprijzen omhoog, klagen dat ze daarom veel vermogensrendementsheffing moeten betalen (1,2% x € 64.000,- is € 768,-) en dat er daarom weinig overblijft van de pacht die ze ontvangen. Als ‘wij’ ze helpen de vermogensrendementsheffing te verlagen willen ‘zij’ genoegen nemen met een lagere pachtsom. De omgedraaide wereld. De prijs van grond staat volledig los van de pachtprijs die een landbouwer kan betalen. Dat is het niveau waar de pachtprijs bij een schaarse grondmarkt naar toe beweegt en overstijgt. Het zou veel beter zijn de vermogensrendementsheffing op landbouwgrond fors te verhogen. Zo wordt het kopen van landbouwgrond door particulieren minder aantrekkelijk. Dan verliest de grote ballon op de grondmarkt wat lucht en dalen de grondprijzen tot een lager niveau. Door de lagere waarde hoeft de particulier ook nog eens over een lager bedrag vermogensbelasting te betalen (al bevind ik mij met die laatste zin op hetzelfde niveau als verpachters).

Waar het mij om gaat is dat uitmelkerij van grond niet meer van deze tijd is. Iedere landbouwer wil investeren in goede grondkwaliteit, met een vruchtbare bodem, hoge organische stof, veel waterbergend vermogen en weinig uitspoeling van mineralen. Echter, bij hoge pachtprijzen is er op korte termijn maar één manier om de pacht rendabel te maken. Dat zijn hoog intensieve en risicovolle teelten, met als gevolg een hoge belasting op de grond. Ten eerste is het voor jonge boeren zonder veel extra kapitaal niet mogelijk met zulke hoogrenderende intensieve teelten te starten en ten tweede moeten ze dit niet eens willen als de grond vervolgens geen tijd krijgt te herstellen. Misschien geluk bij een ongeluk, dat je een opstart van een bedrijf zonder zekerheden niet eens gefinancierd krijgt.

Ik was blij met de instemming van alle pachtpartijen dat er flankerend beleid moet komen om toegang tot pachtgrond door jonge boeren te bevorderen. Ik vind het jammer dat verpachters de insteek hebben dat hun vermogensbelasting op alle gronden, zowel kort als langdurig verpacht, zo laag mogelijk moet zijn. Dat doet geen recht aan de wens van de maatschappij om op een volhoudbare wijze landbouw te bedrijven. Ik pleit voor het verder verlagen van belasting voor verpachters die grond in reguliere pacht uitgeven, bij voorkeur aan jonge landbouwers en starters, en verder verhogen van belastingen voor degenen die enkel kort verpachten en door de hoofdprijs te vragen de grond uitmelken. Voor de belastingdienst maakt het per saldo niet uit. De (jonge) boer heeft langdurig zekerheid over de grond en kan erop financieren en investeren, de verpachter wordt fiscaal beloond wanneer hij zijn grond op een verantwoorde wijze uit gebruik geeft en het klimaat plukt de vruchten van een beter bodembeheer. Hoog tijd om te denken in het belang van het klimaat en de jonge boer.


Sander Thus

Binnen het dagelijks bestuur van NAJK is Sander Thus verantwoordelijk voor de portefeuille bedrijfsovername. Dit combineert hij met zijn werk op het vleesvarkens- en akkerbouwbedrijf in Wehl.

Uitspraak hoger beroep fosfaatreductieplan geeft dubbel gevoel

De uitspraak in het hoger beroep over de fosfaatreductie die op 31 oktober werd uitgesproken was glashelder: alle melkveehouders moeten zich houden aan het fosfaatreductieplan. Door de uitspraak van het Haagse gerechtshof wordt weer een grote stap gezet naar het succesvol behalen van de doelstelling van het fosfaatreductieplan.

De Regeling fosfaatreductieplan houdt in dat melkveehouders het aantal melkkoeien op hun bedrijf moeten verminderen tot het peil van 2 juli 2015. Een aantal melkveehouders hadden een kort geding aangespannen over de Regeling. De voorzieningenrechter stelde dat de Regeling niet te voorzien was en stelde de Regeling buiten werking voor de eisers van zes vonnissen. Het Haagse gerechtshof heeft de vonnissen van de voorzieningenrechter nu vernietigd. Alle melkveehouders moeten zich aan het fosfaatreductieplan houden.

Twee kanten

“De uitspraak van het Haagse gerechtshof roept bij mij gemengde gevoelens op. Aan de ene kant is het goed dat het reductieplan is blijven staan. De gevolgen waren niet te overzien als een grote groep melkveehouders definitief buiten de regeling zou vallen. De ander kant is dat er individuele situaties bekend zijn van melkveehouders die wel degelijk keihard geraakt worden door het reductieplan”, aldus Bart van der Hoog, dagelijks bestuurder NAJK met de portefeuillehouder melkveehouderij. “De melkveehouders zijn niet voor niets naar de rechter gestapt om hun situatie voor te leggen. Het gaat hierbij vaak om jonge melkveehouders die geen kant meer op konden door de fosfaatwetgeving waarin ze beland zijn.”

Derogatie

Het uiteindelijke doel van de Regeling is om te zorgen dat Nederland binnen het geldende nationale mestplafond blijft. Op die manier kan de derogatie behouden blijven. De afgelopen periode bleek nogmaals dat de melkveehouderij ruimschoots aan haar verplichtingen van het reductieplan heeft voldaan. Van der Hoog: “Nederland gaat zeer waarschijnlijk de doelstelling van reductieplan halen nu de fosfaatregeling is blijven staan. Het is nu aan de nieuwe minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, Carola Schouten, en haar ministerie om de nieuwe derogatie voor Nederland binnen te halen.”

Maak kans op 2 vrijkaarten voor AGRITECHNICA 2017

Speciaal voor NAJK-leden

WIN 2 KAARTEN VOOR AGRITECHNICA 2017

NAJK geeft 50 pakketjes van twee toegangskaarten weg voor Agritechnica. Deze kaarten bieden toegang tot de beurs op de beursdagen: 14 tot 18 november.

 

Winnen?

Laat jouw gegevens voor 6 november achter! De winnaar wordt 7 november geïnformeerd per e-mail.

 

Melkveehouders, ga online!

Contact maken met de consument. Als u het mij vraagt dé uitdaging van de zuivelindustrie in deze tijd. Gelukkig is er geen hogere wiskunde nodig om de brug te slaan. Een smartphone en Facebook-, Instagram- of Twitter-account is al voldoende!

Kunt u nog zonder smartphone en social media? Ik niet, moet ik bekennen. Zowel zakelijk als privé ben ik er de nodige tijd aan kwijt. Graag zou ik zien dat andere melkveehouders dat ook zouden doen. Facebook, Instagram en Twitter zijn namelijk krachtige tools om te communiceren met de consument. En dat is hard nodig.

Investeren in communicatie

De maatschappij is steeds minder goed op de hoogte van het reilen en zeilen van de zuivelindustrie. In de krant leest men over antibiotica, mestbeleid en dierenwelzijn, maar weten wat er écht speelt? Dat bereikt de consument maar mondjesmaat. Spijtig, want melkveehouders hebben een mooi en eerlijk verhaal te vertellen. Willen we als zuivelsector blijven floreren, dan is het van belang dat de maatschappij ons verhaal kent én waardeert. Fors investeren in communicatie is daarbij essentieel.

Likes voor koeien

Het mooie is: in feite kan iedere melkveehouder die verbinding met de consument maken. Simpelweg door vaker social media in te zetten. Het grote voordeel van een medium als Instagram is dat het een laagdrempelige vorm van communiceren is, maar een grote impact kan hebben. Zet eens een foto online van koeien die voor het eerst weer de wei in mogen. Wedden dat u in een mum van tijd vele ‘likes’ krijgt? Bovendien krijgt de Nederlandse consument zo spelenderwijs weer binding met onze prachtige zuivelproducten.

Toon de kracht van zuivel

Dus melkveehouders van Nederland; laten we wat vaker tijdens werktijd de telefoon erbij pakken en consumenten een kijkje geven in onze keuken. Goed voorbeeld doet volgen. Dit is hoe ik het verhaal van Nederlandse zuivel op Instagram vertel! Of kijk eens op de Facebookpagina van het Brabants Agrarisch Jongeren Kontakt (BAJK). Daar lees en zie je alles over de dagelijkse gang van zaken van trotse jonge boeren. Een mooi voorbeeld van hoe het ook kan!


Bart van der Hoog

Binnen het dagelijks bestuur van NAJK is Bart van der Hoog verantwoordelijk voor de portefeuille melkveehouderij. Bart combineert deze functie met het werk op het melkveebedrijf in Enspijk.

 

Nieuwe passant, nieuwe ideeën

Met een nieuwe CEO kan FrieslandCampina eenvoudig afstand nemen van eerder gemaakte keuzes en het beleid omgooien. Het kan gaan inzetten op het verwaarden van meer verschillende melkstromen om het gat tussen gangbaar en biologisch te vullen.
Roelof Joosten heeft onlangs bekendgemaakt Nederlands bekendste zuivelreus te verlaten. Op zichzelf een opmerkelijk bericht, omdat hij pas een jaar of twee aan het roer was. Zijn vertrek doet mij denken aan de afscheidsspeech van Piet Boer, krap een jaar geleden. Piet stelde in zijn speech zeer treffend dat de topbestuurders van de NV passanten zijn. Ze hebben een dienende rol voor de coöperatie. De eigenaren van de coöperatie bepalen uiteindelijk wat echt belangrijk is en waar zij met hun zuivelverwerker heen willen.

Kenmerk van een echte coöperatie is de focus op de lange termijn. FrieslandCampina is primair opgericht voor het verwaarden van melk. Randzaken als energie en mest zullen nooit het verdienmodel worden. Kortetermijnwinst is niet belangrijk; het draait om de continuïteit, zodat ook de volgende generatie melkveehouders de voordelen plukt van het lid zijn van de coöperatie.

Nieuwe visie

Een nieuwe bestuurder aan het hoofd van de NV geeft nieuwe kansen. Je kunt het beleid eenvoudig omgooien en afstand nemen van eerder gemaakte keuzes. Te lang vasthouden aan verkeerde beslissingen uit het verleden kost soms onnodig veel geld. Met een nieuwe CEO is het makkelijk om over deze schaduw heen te stappen. Daarnaast kan een nieuwe CEO ook zijn nieuwe visie projecteren op de multinational.

Frans Keurentjes zei laatst op een vaderlijke toon tegen mij: “Alleen ga je sneller, samen kom je verder”. Het was op een vergadering van de klankbordgroep Duurzame Zuivelketen. Ik stelde dat je moet inzetten op meer verschillende melkstromen met hun eigen duurzaamheidskenmerk, als je als sector collectief gaat verduurzamen. Met diversiteit in melkstromen verduurzaam je als sector sneller en speel je in op de marktkansen die er zijn. De zuivelindustrie heeft nu als strategie om de gehele melkstroom te verduurzamen. De stappen die dan worden gezet zijn begrijpelijk klein, omdat iedereen moet meedoen.

‘Nu inzetten op verwaarden van melkstromen’

Als ik Hein Schumacher mag adviseren, zou ik juist nu inzetten op het verwaarden van verschillende melkstromen. Het is dan essentieel dat de leden de keuze krijgen of ze wel of niet meedoen met een nieuwe melkstroom. Het extra saldo dat een melkveehouder maakt moet voor een gedeelte ten gunste komen van zijn bedrijf, en een gedeelte aan de winst van alle melkveehouders binnen de coöperatie. Op deze manier krijgt je geen A- en B-leden.

Wanneer melkveehouders de keuze hebben of ze een bepaalde duurzamere melkstroom gaan produceren binnen een ketenconcept, is de weerstand nihil en kun je snel stappen maken als sector. Mogelijke nieuwe melkstromen met potentie zijn naast VLOG-melk natuurinclusieve melk, A2A2-melk, Beter Leven-melk, of melk van uitsluitend gras gevoerde melkkoeien.

‘De toegevoegde waarde van melk zit de aankomende decennia in het verwaarden van bijzondere melkstromen’

In Nederland is weidemelk de norm geworden, nu zelfs de kaassoufflés in de supermarkt een weidemelklogo krijgen. Ik vind het echt opvallend dat FrieslandCampina niets te bieden heeft tussen gangbaar en biologisch in. Vlees en eieren kent al jaren verschillende stromen in binnen- en buitenland. Nederland is geen land om te excelleren met kleurloze bulkproducten. Ons bestaansrecht hangt af van de toegevoegde waarde van melk. De toegevoegde waarde zit de aankomende decennia in het verwaarden van bijzondere melkstromen. Daar ben ik van overtuigd!


Bart van der Hoog

Binnen het dagelijks bestuur van NAJK is Bart van der Hoog verantwoordelijk voor de portefeuille melkveehouderij. Bart combineert deze functie met het werk op het melkveebedrijf in Enspijk.

 

Wanneer ´zorgen voor’, ‘zorgen om’ wordt

Fijnstof, stalbranden, ammoniakuitstoot, fipronil, q-koorts. Zomaar wat termen die menig veehouder het afgelopen jaar de nodige hoofdpijn hebben bezorgd. An sich zijn deze zaken allemaal ernstig genoeg en een nachtmerrie voor iedere veehouder maar het lijkt wel of de media het niks kan schelen wat de boer hierbij voelt. Sensatie en scoren lijken belangrijker te zijn dan feiten.

Laten we voorop stellen dat het de verantwoordelijkheid van elke veehouder is zijn vee, zijn gezin en zijn omgeving te beschermen voor bovenstaande en andere punten. Veehouders hebben de plicht om hun omgeving niet tot last te zijn. Maar wanneer ben je iemand buitenproportioneel tot last? Vraag jezelf af of het echt nodig is om in het weekend mest uit te rijden maar wanneer de uiterste uitrijdatum of slecht weer in zicht is, dan is er mijn inziens sprake van overmacht. Communicatie kan hierbij het toverwoord zijn.

Het onbegrip vanuit burgers lijkt door onwetendheid groter te worden. Goede communicatie brengt essentiële veranderingen. Natuurlijk doet een ieder dit op zijn eigen manier: een open dag of een Facebookpagina voor je bedrijf. Het hoeft niet altijd groot te zijn. Een praatje met je naaste buurman, welke geen boer is, kan vaak ook veel leed voorkomen. Leg uit waarom je dingen doet zoals je ze doet en dat dingen soms niet anders kunnen. Dit kan je veel opleveren.

Bovenstaande klinkt relatief eenvoudig maar om het grote publiek te bereiken is meer nodig. Een gezamenlijke inzet van de gehele sector. Hoe is het mogelijk dat kleine anti-veehouderijgroepen het met hun geoliede marketingmachine kunnen winnen van een sector met duizenden ondernemers en vele grote spelers als voerfabrieken en andere leveranciers. Ik vraag me af waarom het de sectoren niet lukt om gezamenlijk met één positief geluid te komen. Wat ik wel weet is dat het heel hard nodig is, want waar we nu nog zorgen voor onze dieren worden het op veel plaatsen zorgen over onze dieren. Zorgen over de toekomst van onze bedrijven en zorgen over het verdienmodel van morgen. De verantwoordelijkheid dit tij te keren licht bij onszelf en wij zullen zelf deze handschoen op moeten pakken. Wie doet er mee?


Stijn Derks

Binnen het dagelijks bestuur van NAJK is Stijn Derks verantwoordelijk voor de portefeuille intensief. Stijn combineert deze functie met het werk op het pluimvee- en akkerbouwbedrijf.

Jonge boeren en tuinders roepen politiek op te investeren in hun toekomst

Het Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt (NAJK) vindt het onbegrijpelijk dat er geen extra budget is opgenomen in de rijksbegroting om vergrijzing in de landbouw te stoppen. De economie groeit dit jaar met 3,3% en volgend jaar met 2,5%. De land- en tuinbouw heeft uitstekende prestaties geleverd op verschillende gebieden. “Een uitgelezen moment om de vergrijzing te stoppen”, aldus Andre Arfman, voorzitter NAJK.

Vergrijzing

Het is inmiddels bijna een jaar geleden dat het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) haar alarmerende cijfers over bedrijfsopvolging in de agrarische sector bekend heeft gemaakt. Slechts 40% van de agrarische bedrijven heeft een bedrijfsopvolger. Met name kleine agrarische bedrijven zullen de komende jaren verdwijnen. Arfman: “NAJK vraagt zich af of beleidsmakers zich wel voldoende bewust zijn van deze ontwikkelingen, gezien er geen extra budget is opgenomen voor jonge boeren en tuinders”.

Verlies koploperspositie

”De vergrijzing zorgt ervoor dat vernieuwing en innovatie in de sector minder snel wordt doorgevoerd. Op dit moment is Nederland koploper in de agrarische sector. Om die koppositie te behouden is vernieuwing en innovatie hard nodig. “Jonge boeren en tuinders zijn de voedselproducenten van de toekomst. Het is in het belang van Nederland dat jonge boeren en tuinders gestimuleerd worden om het agrarische bedrijf over te nemen”, aldus Arfman.

Familie- en gezinsbedrijven

NAJK verwacht dat, wanneer de politiek niet ingrijpt om de tendens van vergrijzing in de landbouw te stoppen, het karkater van de agrarische sector blijvend zal veranderen. Nederland staat bekend om haar familie- en gezinsbedrijven in de agrarische sector. “Wanneer er blijvend minder jonge boeren een agrarisch bedrijf overnemen zal dit een versnelling van de schaalvergroting op gang brengen”, geeft Arfman aan. “Het zullen dan minder de familie- en gezinsbedrijven zijn die de Nederlandse agrarische sector zullen kenmerken. Bedrijven worden overgenomen door investeerders van buiten de landbouw of de periferie als belegging. Dit is een bedreiging voor het langetermijndenken dat de land- en tuinbouw kenmerkt.”

Stimulering

De steun voor jonge boeren blijft belangrijk om de opvolging, ontwikkeling en optimalisering van de agrarische sector te stimuleren. Arfman: “Wij vragen de politiek om ook in de nationale begroting een substantieel bedrag op te nemen om jonge boeren en tuinders te stimuleren het bedrijf over te nemen en hen te ondersteunen in hun ontwikkeling. Alleen als de politiek zelf in actie komt kunnen we voorkomen dat er steeds minder jonge boeren en tuinders willen starten in de landbouw.”