Boer zoekt Boer op vernieuwde bedrijfsovernameportal.nl

NAJK lanceert vandaag, vrijdag 18 maart 2016, de vernieuwde website www.bedrijfsovernameportal.nl. Deze website bevat alle informatie die agrarische bedrijfsovernamekandidaten nodig hebben. Speciaal voor buiten familiaire bedrijfsovername heeft het Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt (NAJK) met de projectpartners bedrijfsovernameportal.nl uitgebreid met het vernieuwde platform Boer zoekt Boer. Het online platform is een gebruiksvriendelijk afgeschermde omgeving waarin bedrijfsopvolgers en bedrijfsoverdragers elkaar kunnen vinden.

”Veel agrarische bedrijven eindigen omdat er geen opvolger is. Tegelijkertijd is er ook een groep enthousiaste jongeren, die geen bedrijf thuis hebben, maar toch graag boer willen worden”, aldus Sander Thus, portefeuillehouder Bedrijfsovername bij NAJK. “Via Boer zoekt Boer willen wij samen met Countus accountants + adviseurs, Flynth adviseurs en accountants, Lianne Veenstra Agrocoaching en Rabobank agrarische ondernemers en bedrijfsopvolgers bij elkaar brengen, zowel binnen als buiten Nederland.”

Boer zoekt Boer-profiel
Het online platform Boer zoekt Boer is een beschermde omgeving waar bedrijfsopvolgers en bedrijfsoverdragers zichzelf en hun bedrijf kunnen aanbieden. Na registratie en goedkeuring kunnen deelnemers een eigen profiel aanmaken. Op dit profiel omschrijven bedrijfsoverdragers hun bedrijf en geven aan wat voor een type opvolger zij zoeken. Bedrijfsopvolgers geven aan wat zij te bieden hebben en welk type bedrijf zij zouden willen opvolgen. Op de eigen profielpagina kunnen foto’s en berichten geplaatst worden. Ook is het mogelijk om openbare reacties te plaatsen. De kosten voor een registratie zijn eenmalig € 75,-.

Match
Via de eenvoudige zoekfunctie ‘boeren gezocht’ kunnen deelnemers zoeken naar een match. Er kan aangegeven worden in welke sector en provincie gezocht mag worden. Via het profiel van de match kan met een privébericht contact opgenomen worden. Voor de verdere mogelijke samenwerking en de daaropvolgende bedrijfsovername is goede communicatie essentieel. Dit kan ondersteund worden door de partners van Boer zoekt Boer. Een adviseur kan in een-op-een gesprekken grote vraagtekens naar boven halen. Door deze vragen te bespreken en te beantwoorden, krijgen beide partijen duidelijkheid, wat de samenwerking ten goede komt en het proces rondom bedrijfsovername versoepelt.

Bijeenkomsten
Ter ondersteuning van het online platform Boer zoekt Boer worden informatie- en matchbijeenkomsten georganiseerd. Tijdens de informatiebijeenkomsten wordt toegelicht wat buiten familiaire bedrijfsovername inhoudt. Matchbijeenkomsten geven bedrijfsopvolgers en bedrijfsoverdragers ondersteuning bij het ontdekken wat ze willen. Deze focus helpt de ondernemers om op het platform Boer zoekt Boer een duidelijk profiel te schetsen.

JOLA update

Vanaf 1 maart 2016 tot en met 15 april 2016 wordt de Jonge Landbouwersregeling opengesteld. Op dit moment is nog niet alles duidelijk maar worden er wel kaders en contouren van de regeling geschetst. De nieuwe Jonge Landbouwers regeling is ondanks dat de naam gelijk is gebleven, qua voorwaarden een andere regeling dan de voorgangers. Hieronder zetten we de belangrijkste voorwaarden, zoals die nu bekend zijn, op een rij.

Doelgroep
Iedere boer of tuinder die onder de 41 jaar is, een erkende opleiding heeft doorlopen of 3 jaar werkervaring heeft, en voor het eerst gevestigd is, komt voor deze regeling in aanmerking. Dit geldt voor zowel zelfstandig gevestigde ondernemers als ondernemers in maatschap. Bij ondernemers in samenwerkingsverbanden is het belangrijk dat zij een blokkerende stem hebben bij ondernemersbeslissingen van meer dan 25000 euro. Een Jonge landbouwer kan alleen in aanmerking komen indien hij zich voor het eerst als bedrijfshoofd heeft gevestigd.

Per bedrijf wordt slechts 1 aanvraag gehonoreerd. Er kunnen wel meerdere aanvragen per bedrijf worden ingediend. Dit betekent ook jonge ondernemers op bedrijven waar men in het verleden al Jonge Landbouwers subsidie ontvangen heeft, niet opnieuw voor deze regeling in aanmerking komen.

Subsidie
In de regeling kan een subsidie ontvangen worden van 30% van het investeringsbedrag. Minimum subsidie bedraagt 10.000,- euro, het maximaal 20.000,- euro. Wanneer wordt deelgenomen vanuit een maatschap dan geldt een korting.

In het verleden kon iedere investering voor de Jonge Landbouwers regeling in aanmerking komen. Nu is onderstaande lijst van toepassing, indien goedgekeurd door de provincie:

Investeringscategorie met score

  1. Zonnepanelen (6)
  2. Windmolen (4)
  3. Mestvergister (inclusief mestverwerkingsinstallatie als extra mogelijke kosten, levert geen extra score op) (6)
  4. Warmtekracht werkend op biomassa (6)
  5. Warmtekracht regulier ( niet geschikt voor biomassa) (4)
  6. Kleine windturbine (zonder vergunning) (6)
  7. Systemen voor precisie bemesting en/ of gewasbescherming inclusief GPS/GIS apparatuur (8)
  8. Mestscheidingsinstallatie (inclusief mestverwerkingsinstallatie, levert geen extra score op) (6)
  9. Machines voor niet kerende grondbewerking (10)
  10. Machine voor spitten en zaaien tegelijk (10)
  11. GPS voor koeien en automatische selectiepoort weiden (7)
  12. Koematras, waterbed (6)
  13. Varkensvriendelijke vloeren (6)
  14. Open water voorzieningen voor pluimvee, inclusief aanleg waterleidingen e.d. (6)

Het budget van de regeling wordt verdeeld op basis van het aantal punten dat een ondernemer haalt: de aanvragen met de hoogste punten komen het eerst voor een bijdrage in aanmerking. Het moment van indienen is niet van belang.

Evaluatie
Na deze eerste openstelling wordt de Jonge Landbouwersregeling geëvalueerd. Dan zal onder andere bekeken worden welke investeringen nog meer voor jonge boeren en tuinders van groot belang zijn en op de lijst thuishoren.

Bron: Subsidie-desk, Flynth adviseurs en accountants

Eindelijk zicht op openstelling Jonge Landbouwersregeling

Op donderdag 21 januari 2016 maakte staatssecretaris Van Dam bekend dat van 1 maart tot en met 16 april 2016 in alle provincies de lang verwachte Jonge Landbouwersregeling wordt opengesteld. Boeren en tuinders, jonger dan 41 jaar, kunnen subsidie aanvragen voor investeringen om zo een steun in de rug te krijgen. Zoals NAJK bepleit heeft, is gekozen voor een uniforme regeling met minimale provinciale verschillen. Provincies zullen hun budgetten van 2014 en 2015 hiervoor benutten.

“Wij als NAJK zijn verheugd dat er eindelijk helderheid is over de datum van de openstelling van de Jonge Landbouwersregeling”, aldus Sander Thus, dagelijks bestuurder van NAJK met de portefeuille bedrijfsovername. “We hebben lang moeten wachten op duidelijkheid over de invulling en openstelling van de regeling, maar nu weten jonge boeren en tuinders dan eindelijk dat ze van de regeling gebruik kunnen maken.”

Er is lange tijd onduidelijkheid geweest over de voorwaarden omtrent de Jonge Landbouwersregeling. Jonge boeren dreigden na hun maatschapsperiode buiten de regeling te vallen. Op verzoek van NAJK zijn hierover vragen gesteld aan de Europese Commissie. Die gaf onlangs uitsluitsel over deze kwestie. Jonge boeren en tuinders kunnen, ook bij overname na een maatschap, tot de leeftijd van 41, eenmalig gebruikmaken van de regeling. “Over de exacte invulling van de Jonge Landbouwersregeling zijn wij nog met het ministerie van Economische Zaken en RVO in gesprek”, zegt Thus.

Om de uitvoeringskosten beperkt te houden is er gekozen voor een korte investeringslijst. De openstelling van 2016 zal, in verband met de openstelling in 2017, worden geëvalueerd naar inhoud en werkwijze. Thus: “NAJK had gehoopt op een uitgebreidere lijst, maar deze is er helaas niet gekomen. We zullen nauw betrokken zijn bij de evaluatie en namens alle jonge boeren en tuinders met aanbevelingen komen.”

Nieuwe bedrijfsopvolgingsregeling heeft oog voor de continuïteit in het agrarisch bedrijf

De bedrijfsopvolgingsregeling in de erf- en schenkbelasting is per 1 januari 2016 aangepast. Dat betekent dat vaker dan voorheen er geen sprake is van schenking- of erfbelasting bij de bedrijfsoverdracht.

Rekenmodel: normberekening
De nieuwe regeling geeft aan op welke wijze ‘de voortzettingswaarde’ voor bedrijven in de veehouderij en akkerbouwsector vastgesteld kunnen worden. De voortzettingswaarde wordt voor een aantal sectoren in de agrarische sector volgens een rekenmodel bepaald. Het rekenmodel gaat uit van normbedragen per sector, gecorrigeerd met de kosten voor pachtgronden, opbrengsten betalingsrechten (tot en met 2019) en mestafzetkosten. De twee laatstgenoemde posten worden extracomptabel meegenomen.

Specifieke regels
Naast de berekening van de normbedragen per sector gelden specifieke regels voor een aantal zaken. Het woonhuis (bedrijfsvermogen) moet afzonderlijk in de berekening worden meegenomen. Evenzo geldt dat voor financiële vaste activa, waaronder ledenbewijzen, aandelen, certificaten en obligaties en dergelijke vlottende activa, liquide middelen en kortlopende schulden worden in beginsel niet in de berekening meegenomen. De kortlopende activa en passiva vormen namelijk het werkkapitaal. Zijn er overtollige liquide middelen, dan horen deze in de inkomstenbelastingsfeer niet op de balans en zijn deze uitgesloten van de regeling. Binnen een besloten vennootschap geldt hierbij de grens van 5% van het aandelenkapitaal.

Nieuw: langlopende schulden en oneindige voortzetting
Nieuw is dat vanaf 2016 afzonderlijk rekening wordt gehouden met de op het bedrijf drukkende langlopende schulden. Dat gebeurt binnen de het bestaande rekenmodel niet. De contant making van de geldstromen in de onderneming vindt vanaf 2016 niet meer plaats op 15-jaar basis maar op basis van een oneindige voortzetting. Hierdoor zal in verband met de dekking van de kosten voor de vervangingsinvesteringen bij de normberekening vanaf 2016 rekening worden gehouden met de afschrijvingen. De “normbedragen” per ha of per vee-eenheid worden afgestemd op de financieringsruimte binnen het bedrijf.

Voor akkerbouw en veehouderij
Het rekenmodel geldt alleen voor bedrijven in de veehouderij en akkerbouwsector. Voor andere sectoren in de agrarische sector wordt de berekening van de voortzettingswaarde -per eenheid gebaseerd op de gecorrigeerde resultaten uit de voorgaande jaren- op een vergelijkbare wijze vastgesteld.

Slotsom
De bedrijfsopvolgingsregeling is tot stand gekomen na onderhandelingen tussen de Belastingdienst/Ministerie van Financiën en het landbouwbedrijfsleven. De vertegenwoordigers van het landbouwbedrijfsleven kernschetsen de nieuwe regeling als ‘toekomstbestendig’. Daarmee wordt bedoeld dat de continuïteit van een onderneming bij een bedrijfsopvolging in financiële en fiscale zin niet belemmerd zal worden door de erf- of schenkbelasting.
Heeft u vragen of wilt u meer informatie? Neem dan contact op met Flynth en kijk op www.flynth.nl/vestigingen voor een vestiging bij u in de buurt.

Bron: Flynth

Update Jonge Landbouwersregeling

In de beantwoording op vragen van de Tweede Kamer heeft staatssecretaris Dijksma van het ministerie van Economische Zaken toegezegd om te faciliteren bij een openstelling van de Jonge Landbouwersregeling in 2015. Staatssecretaris Dijksma deed deze toezegging in antwoord op vragen in het kader van de begrotingsbehandeling. De provincies, die verantwoordelijk zijn voor de Jonge Landbouwersregeling, hebben eind september bij de staatssecretaris aangegeven dat zij meer tijd nodig hebben voor de voorbereidingen voor de openstelling.

“Een openstelling van de Jonge Landbouwersregeling laat veel te lang op zich wachten”, zegt Sander Thus, dagelijks bestuurder met de portefeuille bedrijfsovername bij NAJK. “Wij hechten er groot belang aan dat de regeling zo snel mogelijk beschikbaar is voor de jonge ondernemers. We zijn blij dat staatssecretaris Dijksma dit belang deelt. Het is nu aan de nieuwe staatssecretaris Van Dam om dit een goede uitwerking te geven.” Uit de antwoorden van het ministerie blijkt dat facilitatie in openstelling door EZ ertoe moet leiden dat de Jonge Landbouwersregeling toch nog in 2015, met uitloop naar het eerste kwartaal van 2016, wordt opengesteld. “Bij zowel EZ als de provincies zijn de intenties om tot een snelle openstelling te komen goed, maar de uitwerking hiervan laat opnieuw lang op zich wachten” zegt Thus, “Het doel moet zijn om zo snel mogelijk tot een gezamenlijk gedragen oplossing te komen, zodat jonge landbouwers in staat zijn om de Jonge Landbouwerssubsidie aan te vragen. Want daar gaat het om!”

De boer en de ambtenaar nemen opnieuw een kijkje in elkaars keuken

Op 30 september en 1 oktober 2015 vindt ook dit jaar weer tweemaal het ‘Dagje Praktijk’ plaats. Op deze dagen lopen ambtenaren van het ministerie van Economische Zaken een dag mee op agrarische ondernemingen van leden van het Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt (NAJK) . Het initiatief heeft het doel inzicht te creëren in elkaars vakgebied. De agrarische bedrijven zijn verspreid door heel Nederland en komen uit verschillende landbouwsectoren. De ambtenaren zullen tijdens dit bezoek aan de boerderij ervaren welke invloeden de regelgeving heeft op de bedrijfsvoering en productie in de agrarische sector.

De beleidsmedewerkers reizen in de vroege ochtend in tweetallen af naar het platteland, waar zij tijdens een rondleiding over het bedrijf van de jonge boer uitleg krijgen over de omvang van het bedrijf en de bedrijfsvoering. Na de rondleiding zullen de ambtenaren zelf werkzaamheden uitvoeren op het bedrijf.

De beleidsmedewerkers ervaren deze dag wat de praktische gevolgen van de wet- en regelgeving zijn op agrarische bedrijven. Door de informele gesprekken met de boer komt de ambtenaar te weten voor welke uitdagingen de agrarische ondernemer staat. Deze kennis en ervaring kan dienen als inspiratie voor de beleidsmedewerker tijdens het schrijven van beleidstukken. NAJK organiseert het ‘Dagje Praktijk’ in samenwerking met het ministerie van Economische Zaken omdat de organisaties het belangrijk vinden dat de beleidsmedewerkers van het ministerie van Economische Zaken een realistisch beeld krijgen van de werkelijkheid op een agrarisch bedrijf.

Op 6 oktober zijn de agrarische ondernemers welkom op het ministerie van Economische Zaken. Zij zullen daar een dag met de beleidsmedewerkers meelopen en ervaren wat het leven van een ambtenaar inhoudt. Op het ministerie zullen de agrariërs op een actieve manier een beeld krijgen van de realiteit van de werkzaamheden op een ministerie door te participeren in onder andere simulaties en discussies.

Aanmelden

Voor de uitvoering van het ‘Dagje Praktijk’ is NAJK op zoek naar enthousiaste jonge boeren en tuinders die de ambtenaren een dag willen meenemen in de werkzaamheden op hun bedrijf en ook bereid zijn om een dag met een beleidsmedewerker mee te lopen. Ben jij trots op je bedrijf en wil je dit graag laten zien? Ben jij nieuwsgierig naar het werkveld van een ambtenaar? Meld je dan aan via deze link. Ambtenaren kunnen zich via deze link aanmelden voor het ‘Dagje Praktijk 2015’.

Aanmeldformulier agrarische ondernemers
Aanmeldformulier beleidsmedewerkers

Openstelling Jonge Landbouwersregeling eind 2015

In de afgelopen maanden is veel bewerkstelligt voor de komende (eerste) openstelling van de Jonge Landbouwersregeling vanuit POP3. Elke provincie heeft een eigen openstelling voor de Jonge Landbouwersregeling. Door het Regiebureau POP is het openstellingsbesluit voorbereid. Het regiebureau is op dit moment in overleg met RVO, SMK en NAJK over de concept investeringslijst. Hierop staan alle investeringen die voor de Jonge Landbouwersregeling in aanmerking komen. De investeringen op de lijst moeten bijdragen aan modernisering van het landbouwbedrijf, waarbij de meest duurzame methodes voorrang krijgen.

Onder de doelgroep van de Jonge Landbouwersregeling vallen de jonge boeren en tuinders die vlak voor of na bedrijfsovername een steun in de rug kunnen gebruiken bij de modernisering van hun bedrijf. Om te voorkomen dat elke jonge landbouwer die in een samenwerking zit in aanmerking komt vindt er op verzoek van NAJK een verrekening plaats op basis van het aandeel eigen vermogen van de jonge ondernemer in een samenwerking.

Naar verwachting zullen alle provincies op 2 november (uiterlijk 9 november) de Jonge Landbouwersregeling openstellen. De sluiting van de openstellingsperiode zal in december zijn. Vervolgens zijn circa vier maanden nodig om de aanvragen toe te kennen. Wanneer de exacte data van openstelling per provincie bekend is, wordt dit vermeld op de NAJK-website.

Onderzoek: agrarische jongeren zien toekomst in familiebedrijf

Veel agrarische jongeren hebben de ambitie om het bedrijf van hun ouders over te nemen of zijn daar al mee bezig. Dit blijkt uit onderzoek van het lectoraat Familiebedrijven van Windesheim in samenwerking met LEI Wageningen UR en uitgevoerd onder leden van NAJK. Liefst 85% van de ondervraagde jongeren heeft de intentie om het agrarisch familiebedrijf over te nemen, is daar mee bezig of heeft dit al gedaan. Met name de vrijheid, autonomie en de ruimte voor ondernemerschap zijn belangrijke drijfveren om agrarisch ondernemer te worden.

Hoog opgeleid en maatschappelijk actief

Meer dan 70% van de 220 ondervraagde jongeren vindt het belangrijk dat het bedrijf binnen de familie blijft. Uit het onderzoek blijkt verder dat de agrarische jongeren ambitieus, en ook hoogopgeleid en maatschappelijk actief zijn. Bijna de helft van de respondenten heeft een hogere beroeps- of universitaire opleiding gevolgd. Ruim 40% van de jongeren geeft aan naast het werk op het agrarisch bedrijf nog een andere baan te hebben en een meerderheid van de jongeren is bestuurlijk actief, bijvoorbeeld bij een sportvereniging, kerk, agrarische belangenorganisatie of maatschappelijke organisatie.

Knelpunten

Financiering van de overdracht ziet ongeveer de helft van de ondervraagden als mogelijk probleem bij een (toekomstige) bedrijfsovername. Ook maken agrarische jongeren zich zorgen over de winstgevendheid van het bedrijf en de al dan niet aanwezige mogelijkheden tot schaalvergroting.

Een ander knelpunt dat ruim een derde van de jonge ondernemers ervaart, is de verdeling van het bedrijf of het vermogen tussen familieleden. Goede communicatie tussen de generaties is cruciaal voor het succes van de overname, stelt dr. Ilse Matser, lector Familiebedrijven bij Windesheim. “Hoewel er binnen veel families heel open over de bedrijfsopvolging wordt gecommuniceerd, blijkt uit ons onderzoek dat er ook bedrijven zijn waar de familie nog nooit om tafel heeft gezeten om over de overname te praten.”

Twijfels bij jongeren in glastuinbouw

Ongeveer drie op de vier agrarische jongeren is sterk of volledig betrokken bij de dagelijkse en strategische besluitvorming binnen het familiebedrijf. Enige uitzondering vormen de jongeren in de glastuinbouw: hier geldt dit voor minder dan de helft van de respondenten. “Dit zou te maken kunnen hebben met het type management op deze bedrijven, waarbij veel mensen moeten worden aangestuurd en vaak ook niet-familieleden onderdeel van het management zijn”, zegt ir. Harold van der Meulen van LEI Wageningen UR. Relatief veel jongeren in de glastuinbouw geven aan het bedrijf niet te willen overnemen of twijfelen nog. Dit heeft te maken met het feit dat het economisch rendement in de sector de afgelopen jaren sterk onder druk staat waardoor de overname van glastuinbouwbedrijven op dit moment in combinatie met de bedrijfsomvang moeilijk te financieren is.

Ondernemers van de toekomst

“Agrarische jongeren, ambitieus en veelzijdig. Dit onderzoekt bevestigt voor ons dat de agrarische jongeren van nu echt de ondernemers van de toekomst zijn”, zegt Eric Pelleboer, voorzitter van het Nederlands Agrarisch Jongeren Kontakt (NAJK). “De uitdagingen waar zij voor staan zijn voor ons herkenbaar. Dat onze inzet nu gestaafd wordt door dit onderzoek, maakt ons des te meer vastberaden om obstakels voor deze aankomende ondernemers weg te nemen.”

Over het onderzoek

In 2014 hebben Windesheim en LEI Wageningen UR in opdracht van het ministerie van Economische Zaken onderzoek gedaan naar de rol van vrouwen in agrarische bedrijven. Hieruit bleek dat vrouwen een steeds belangrijkere rol binnen het bedrijf vervullen en sterk betrokken zijn bij bedrijfsbeslissingen en strategische zaken. Dit onderzoek onder agrarische jongeren is een vervolg hierop en geeft een beeld van de positie van jongeren op agrarische bedrijven in Nederland. Aan het onderzoek deden 220 respondenten mee, allen lid van NAJK. Met een aantal van hen is een diepte-interview gehouden om meer te weten te komen over het hoe en waarom van de keuzes die agrarische jongeren maken in het opvolgingsproces binnen het bedrijf.

Europese Unie ziet noodzaak tot betere invulling top-up voor jonge boeren

NAJK verwelkomt de conclusie van de Europese ministers over de vereenvoudiging van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB). Na afloop van de Landbouw- en Visserijraad afgelopen maandag in Brussel bracht de Europese Commissie en de Europese ministers van landbouw eensgezind hun zogenaamde ‘Raadsconclusies’ uit. Daarin wordt ook expliciet de betaling van jonge boeren benoemd. Lidstaten zouden meer flexibiliteit moeten kunnen krijgen om te bepalen welke rechtsvormen voor deze top-up in aanmerking komen.

“Elk land heeft immers zijn eigen specifieke omstandigheden. We zijn als NAJK blij dat dit punt wordt benoemd”, zegt Inge van Schie-Rameijer, dagelijks bestuurder van NAJK met de portefeuille internationaal. “De regels en voorwaarden die nu gelden voor een jonge boer om in aanmerking te komen voor deze top-up zijn buitenproportioneel. Veel jonge boeren zullen nu buiten de boot vallen. De kaders die de Europese Unie hiervoor heeft meegegeven passen niet in de Nederlandse landbouwstructuur. We zijn blij dat de dit nu ook op Europees niveau wordt ingezien.”

“NAJK probeert reeds geruime tijd in samenwerking met het ministerie van Economische Zaken de top-up te verbeteren in Den Haag en Brussel”, vervolgt van Schie. “Met deze Raadsconclusies kunnen we nu ook in Brussel echt stappen zetten.”

Link naar de Raadsconclusies.

Vragen en antwoorden over de top-up voor jonge boeren

Kom je in aanmerking voor de top-up?
Dit is afhankelijk van of je jonger bent dan 41 en de startdatum van jouw zeggenschap in het bedrijf. Voor de periode dat je in een samenwerking boert geldt dat je pas zeggenschap kunt hebben als je:

  • niet in proefmaatschap zit
  • investeringen van meer dan € 25.000,- kunt blokkeren (geldt voor bijna iedereen)
  • verantwoordelijk bent voor dagelijkse bedrijfsvoering

Voor welke jaren kom je in aanmerking voor de top-up?
De startdatum van de zeggenschap is bepalend voor welke jaren je in aanmerking komt voor de top-up.

  • Bent u gestart in 2010, dan krijgt u alleen in 2015 het extra bedrag ( 1 jaar).
  • Bent u gestart in 2011, dan krijgt u in 2015 en 2016 het extra bedrag (2 jaar).
  • Bent u gestart in 2012, dan krijgt u tot en met 2017 het extra bedrag (3 jaar).
  • Bent u gestart in 2013, dan krijgt u tot en met 2018 het extra bedrag (4 jaar).
  • Bent u gestart in 2014, dan krijgt u tot en met 2019 het extra bedrag (5 jaar).
  • Bent u in 2015 gestart voor 15 mei 2015, dan kunt je naar keuze tot en met 2019 of van 2016 tot en met 2020 het extra bedrag krijgen (beide 5 jaar).
  • Start u vanaf 15 mei 2015 dan krijgt u van 2016 tot en met 2020 het extra bedrag (5 jaar).
  • Enzovoorts

Hoe vraag je de top-up aan?
Dit kan bij de gecombineerde opgave.
Achtergrondinformatie is te vinden via deze link (Jonge Landbouwers en starters > Extra betaling jonge landbouwers. Bij Regelingen, geef aan dat je de ‘Aanvraag extra betaling jonge landbouwers’ wilt. Bij subblad Jonge Landbouwers onder het blad Regelingen vul je je BSN en de startdatum van de zeggenschap in.

Hoe bepaal je de startdatum van de zeggenschap?
De startdatum is in principe de datum waarop je voor het eerst bent toegetreden tot de rechtspersoon of het samenwerkingsverband. Deze datum controleert RVO met de registratie bij de Kamer van Koophandel (KvK). De jaren waarin je een proefmaatschap hebt (gehad) tellen niet mee voor de periode waarin je zeggenschap hebt. De startdatum kan niet eerder starten dan wanneer jouw proefmaatschap is geeindigd.

Verder kun je de startdatum later in laten gaan als je met bewijsstukken aan kunt tonen dat je:
a) op een later moment verantwoordelijk bent geworden voor de dagelijkse bedrijfsvoering, omdat je een dagopleiding volgde van gemiddeld meer dan 3 dagen per week of betaalde werkzaamheden deed in een andere onderneming voor gemiddeld meer dan 24 uur per week.
b) op een later moment blokkerende zeggenschap hebt verkregen.

Let op!
Bij een controle moet je aan kunnen tonen dat je niet in proefmaatschap zit. Deze jaren tellen niet mee voor de startdatum van je zeggenschap.

Waarom zou je de startdatum van zeggenschap op willen schuiven?
Om de ontvangsten uit de top-up zoveel mogelijk dicht bij de daadwerkelijke bedrijfsovername te krijgen. Dat is het moment waarop je de extra steun juist het hardst nodig hebt.

Voor degenen die voor 2014 in een samenwerking gestart zijn is het invullen van de juiste startdatum van belang voor welke jaren je in aanmerking komt voor de top-up.

Meer info over top-up:
– Top-up en Jonge Landbouwersregeling? Zorg voor je vermogensopbouw!
– UPDATE – Top-up voor jonge boeren in maatschappen
– Jonge boeren en GLB-subsidies, hoe zit dat nou?